afb. Fotopersbureau Het Zuiden, 1944
De eerste in de Prinses Irenebrigade vechtende Nederlandse soldaat die in onze stad werd gesignaleerd was onze stadgenoot Piet Kerssens. Hij vocht met heldenmoed, maar bij het helpen van een gewonde werd hij bij de Wilhelminabrug neergeschoten, op 26 oktober 1944. Ter zijner nagedachtenis werd deze gedenksteen aan de Wilhelminabrug aangebracht. |
Piet Kerssens was een mooie jongen die vaak met een zwarte bouvier op straat liep. Veel Bossche meisjes hadden een oogje op hem en dat was wederkerig. Hij was charmant en had een opgewekt humeur, maar bovenal ook een hang naar avontuur. Na een aantal jaren op het internaat St. Louis in Oudenbosch en de Bisschoppelijke Nijverheidsschool in Voorhout was hij werkzaam als | 111 |
banketbakker en kok. Op 30 maart 1941 was hij plotseling verdwenen. Later bleek dat hij op weg naar Engeland door de Duitse politie was gearresteerd en in Duitsland als dwangarbeider te werk gesteld. Pas twee jaar later, op 3 april 1943, kreeg zijn vader het bericht dat Piet, ontsnapt uit Duitsland en weer op weg naar Engeland, nu in een Sppanse gevangenis was opgesloten. Hij praatte zich daaruit door zich als tolk aan te bieden bij een groep Spanjaarden die naar Ludwigshafen gingen. Daar ontsnapte hij opnieuw maar aan de Zwitserse grens bij Basel werd hij weer gepakt, omdat hij geen geldige papieren had. Hij kreeg drie maanden arrest, werd overgebracht naar de strafgevangenis in Scheveningen en vandaar naar kamp Amersfoort, waar hij op 10 juli 1944 werd ontslagen. Mog één maand was hij bij zijn familie in Den Bosch, maar op 11 augustus was hij weer verdwenen. Hij zou en moest zich inzetten voor zijn vaderland in dienst van het geallieerde leger. Enige weken later werd hij gezien in het bevrijde Eindhoven, in het uniform van een Amerikaans soldaat. Op 24 oktober, toen hij met de Amerikanen gelegerd wa in Zetten, hoorde hij over de radio van de aanval op Den Bosch. Er was toen voor hem geen houden meer aan. Hij vroeg en kreeg van zijn overste verlof om zich voor zijn vaderland in te zetten. In de vroege ochtend van 25 oktober reed hij met een Amerikaanse vriend in een luxe militaire personenauto in razende vaart naar Den Bosch. Bij Sluis 0 stak hij onder granaatvuur de juist | 112 |
gereedgekomen tweede baileybrug over. Via de Hekellaan en de Bethaniëstraat kwam hij bij de St.-Jacobskerk. Op de hoek van de Hinthamerstraat stopte de auto. Meteen werd van de overkant door burgers geroepen dat de Hinthamerstraat onder vuur lag. Ze reden de Bethaniëstraat weer in. Piet is toen door de tuinpoort van het ziekenhuis Joannes de Deo gelopen en heeft even met de broeders en dokter Van Puyvelde staan praten. Via de achtertuinen van het Fraterhuis en Theresianenklooster kwam hij op de binnenplaats van de wasserij van de familie Scheffers. Dochter Frieda: 'We zaten in de kamer en hoorden onze buurvrouw De Rooij (van de kapper) gillen. Ze zat op het toilet en was hevig geschrokken toen zij door her raampje een soldaat door het poortje zag komen. Wat hebben we gelachen! Het was Piet Kerssens, die we al een tijd gemist hadden. Hij vroeg of hij even mocht doorlopen naar de voordeur. Voor we hem konden tegenhouden was hij al in de Clarastraat en liep meteen door naa de hoek van de Hinthamerstraat waar hij op zijn buik ging liggen schieten, richting St.-Jan. Aan de overkant zag hij zijn vader, die bij Van den Groenendaal, de schoenenzaak, logeerde en riep hem toe dat hij er zo meteen aan zou komen.' De schietpartij in de Hinthamerstraat ging tussen de Dutsers bij de St.Jan en het peleton van sergeant Lawson 7e RWF dat toen nog bij de Antoniuskapel achteraan in de Hinthamerstraat zat. Piet Kerssens werd overal met gejuich begroet. Hij genoot van zijn rol als bevrijder van zijn stad en viel van de ene verbazing in de andere... | 113 |
Bij de vuurgevechten rond de stationsbrug werd Piet Kerssens door een Duitse geweerschutter geraakt toen hij, met een Rode-Kruisvlag in de hand, rechtop naar een Brit liep, die gewond op straat lag. Piet werd zelf zwaargewond afgevoerd naar een eerste-hulppost in een café in de Snellestraat. Daarvandaan werd hij overgebracht naar het veldhospitaal bij Coudewater, waar hij de volgende dag, 26 oktober, zou overlijden. | 122 |
Geboren 7 maart 1921 's-Hertogenbosch
Gesneuveld 26 october 1944 's-Hertogenbosch Begraven te Oss Soldaat Levensloop van: Petrus Lucas KerssensVoor God, Vaderland en zijn geboortestad 's-Hertogenbosch viel op 26 october j.l. Petrus Lucas Kerssens, 23 jaar oud.
Hier volgt het relaas, zooals we dat vernamen uit den mond van vader Kerssens, wonende aan de Hinthamerstraat 116.
Van zijn 9de tot zijn 16de jaar doorliep Piet Kerssens enkele scholen; aanvankelijk St. Louis te Oudenbosch tot zijn 13de jaar; de Bisschoppellijke Nijverheidsschool te Voorhout tot zijn 16de jaar. Daarna was hij eenige jaren werkzaam als banketbakker en kok.
Met een voor de familie onbekende bestemming was de jeugdige Kerssens op 30 maart 1941 plots verdwenen, totdat de vader eerst op 3 april 1943 via den Nederlandschen gezant in Spanje de eerste tijding van zijn zoon ontving.
Het bleek achteraf in zijn bedoeling te hebben gelegen over te steken naar Engeland; daarvóór was hij eerst verzeild geraakt in Spanje, alwaar hij eenigen tijd is opgesloten geweest wegens het deelnemen aan een verboden vergadering.
Er was slechts één uitweg om vrij te komen, n.l. als tolk en vertrouwensman op te treden tusschen Spanjaarden en Duitschers te Ludwigshafen, een uitweg welke hij ter bereiking van zijn verdere doeleinden direct aanvaardde. Tusschen haakjes zij gezegd, dat Kerssens een zeer goeden aanleg voor talen gehad blijkt te hebben, want behalve Fransch, Duitsch, Engelsch en Spaansch kende hij ook nog een weinig Russisch en Italiaansch.
De ondernemingsgeest en wellicht ook de zucht naar avontuur, welke dezen Bosschenaar a.h.w. in het bloed zat, plaatste hem echter voortdurend voor nieuwe taken.
Uit Ludwigshafen zag hij kans te ontvluchten, maar op de grens bij Bazel, waar hij zonder geldige papieren wilde overwippen, kreeg men hem te pakken. Het kostte hem 3 maanden gevangenisstraf; toen losgelaten, werd hij daarna toch weer 2 maanden vastgezet, vervolgens overgebracht naar Scheveningen en vandaar naar het kamp in Amersfoort, alwaar hij eerst op 10 juli van dit jaar ontslagen werd.
Daarna heeft hij eenigen tijd bij zijn familie hier in Den Bosch vertoefd.
Maar op 11 augustus 1944 was Piet weer weg. Hij zou en moest zich inzetten voor zijn vaderland in dienst der geallieerde legers.Eenige weken later wisten enkele kennissen te vertellen, dat hij gezien was te Eindhoven als .... Amerikaansch soldaat. (wij herinneren eraan, dat Eindhoven op 19 September bevrijd werd).
In Eindhoven en omgeving schijnt Kerssens geweldig te hebben gevochten en wegens betoonde dapperheid zou hij zelfs bevorderd worden.
Toen het beleg van 's-Hertogenbosch aanstaande was, was Kerssens ingedeeld bij het Amerikaansche leger in Zetten.
Op dinsdag 24 october hoorde hij via de radio van den aanval op Den Bosch; er was voor hem geen houden meer aan. Hij vroeg en kreeg verlof van zijn overste zich voor zijn vaderstad in te zetten en in razende vaart met zijn eigen wagen, vergezeld van nog een Amerikaanschen vriend, ging het naar Den Bosch toe.
Door en door bekend in zijn geboortestad vond hij hier een kolfje naar zijn hand.
In den morgen van woensdag 25 october j.l., dus nog vóór het Engelsche leger dien middag de stad binnentrok, zag Den Bosch Piet Kerssens opduiken vechtend en schietend in de Hinthamerstraat.
Het was een ellendige morgen, vol van dreiging en spanning en de meeste burgers zaten zoo goed mogelijk verscholen in hun huizen. Het regende bijwijlen nog steeds granaten op de daken en uit verborgen schuilhoeken paften aanhoudend de duitschers door de straten. Het zij hier nadrukkelijk gezegd, dat Kerssens geheel zonder leiding vocht. Hij was de eerste, die met zijn auto des morgens de brug over de Zuid-Willemsvaart was gepasseerd.
Op verschillende plaatsen in de stad heeft hij dien dag hier alleen geopereerd, toen er van een leger nog geen sprake was. Op zijn „dooie eentje” verrichtte hij hier het moeilijke en doodelijk-gevaarlijke opruimingswerk.
U kunt zich de vreugde voorstellen van zijn vader en zijn kennissen, toen deze hem ontdekten vlak tegenover het ouderlijk huis, in de buurt van hoek-Clarastraat-Hinthamerstraat alwaar Piet, op den grond liggend, schoon schip aan het maken was met zijn automatisch geweer. Toen op een gegeven oogenblik, is hij, terwijl er nog een kogel langs zijn ooren floot, de straat overgesneld naar boven om een oogenblik te vertoeven te midden der zijnen. De tijd was kort; er waren weinig woorden; er was een groote vreugde!
In den vroegen morgen van donderdag was hij weer weg, om de zaak te dienen van zijn vaderland en zijn geboortestad.
Direct sloot hij zich bij het Engelsche leger aan en stelde onversaagd als steeds, vrees niet kennend, zijn diensten ter beschikking in het gevecht om de Wilhelminabrug. Des middags trof hem het tragisch lot van vele zijner wapenbroeders. Op het moment, dat hij een gewonde wilde helpen en hij de Roode Kruis vlag omhoog hief, hebben de duitschers hem tegen alle regels van oorlogviering in, neergeschoten.
Bij het redden van zijn evenmensch vond Piet Kerssens den dood.
Eerst kwam er een kogel in zijn been, daarna werd hij getroffen in de borst. Hij werd overgebracht naar het hospitaal Coudewater, alwaar hij aan zijn verwondingen bezweken is.
Een kruis en bloemen dekken zijn graf op het militaire heldenkerkhof te Oss, alwaar hij des zaterdags 28 october begraven werd.
In augustus 1940 heeft Piet Kerssens uitgeroepen: „Leve de Koningin”. Oogenblikkelijk werd hij door de duitschers gegrepen en in de marechaussee-kazerne aan den Vughterweg opgesloten.
Vier en een half jaar later, na een veelbewogen en heldhaftig leven is hij voor Koningin, Vaderland en zijn stad 's-Hertogenbosch gestorven.
| 22 |
Documentatie betreffende gesneuvelde Bosschenaren (1947) 22
Luc van Gent, October 1944 : Den Bosch Bevochten en bevrijd (1989) 111-112, 116, 122
René Kok, 'Wegens bijzondere omstandigheden...' : 's-Hertogenbosch in bezettingstijd 1940-1944 (2008) 374-375