afb. Fotopersbureau Het Zuiden, 15 september 1965
In tegenstelling tot wat soms wordt gedacht en geschreven, is de Van der Venstraat niet vernoemd naar bisschop Wilhelmus van de Ven. De straat dankt haar naam aan Johannes Antonius van der Ven ('s-Hertogenbosch 1799 - De Mortel 1866). Hij was een belangrijke, 19e-eeuwse beeldhouwer. In 1812 (Van der Ven was toen dertien jaar) behoorde hij tot de eerste leerlingen van de in dat jaar in onze stad opgerichte tekenschool, de Académie Impériale et Royale de Peinture, Sculpture et Architecture. De school heeft verschillende onderkomens gekend: St.-Jorisstraat, Keizerstraat, Wolvenhoek, Achter het Wild Varken, Duhamelplein. In 1828 werd de academie omgevormd tot de Koninklijke School voor Nuttige en Beeldende Kunsten. Juridisch is zij de voorganger van de Academie voor Kunst en Vormgeving, afgekort AKV|St. Joost, dat tegenwoordig onderdeel is van Avans Hogeschool. Oktober 2012 zal de hogeschool het 200-jarig bestaan van die rechtsvoorganger vieren. Van der Ven studeerde later in Antwerpen (tekenen en schilderen), Brussel en Parijs (beeldhouwen). Al tijdens zijn studies onderscheidde hij zich door zijn vakmanschap en won hij verscheidene prijzen. Zo won hij in 1830 te Brussel de 'Prix de Rome' en werd daardoor in de gelegenheid gesteld in Rome zijn studies te voltooien. Vóór zijn vertrek daarheen werd hem op 24 april 1833 door het Bossche stadsbestuur een gouden erepenning toegekend. Hij verbleef jaren in Rome, waar hij tekeningen naar beelden uit de klassieke oudheid maakte in het Vaticaan en op het Capitool. Hij kwam in Rome in aanraking met andere classicistisch werkende beeldhouwers. Zo kwam hij onder invloed van de neoclassicistische beeldhouwer Bertel Thorvaldsen, die als een van de belangrijkste kunstenaars van die tijd werd beschouwd. De uitwerking van het neoclassicisme is volop aanwezig in het beeld De Bekoring van Eva (in bezit van het Noordbrabants Museum). Koning Willem II had beelden van hem in zijn verzameling. In 1850 keerde Van der Ven voorgoed naar zijn geboortestad terug. Hij had een groot aandeel in de restauratie van de St.-Jan in de 19e eeuw. Hij is de maker van de veertien prachtige apostelbeelden in het hoogkoor van de Bossche kathedraal. Van 1858 tot 1861 was hij directeur van de Koninklijke School. Van der Ven overleed onverwacht in 1866 tijdens het plaatsen van een levensgrote piëta in de kerk van De Mortel bij Gemert. Hij werd in Vught begraven. | 5 |
In tegenstelling tot wat veel mensen denken, is deze straat niet vernoemd naar bisschop Wilhelmus van de Ven. Deze toonaangevende bisschop, geboren op 12 mei 1834 te Schijndel, overlijdt te 's-Hertogenbosch op 22 december 1919. De straat dankt haar naam aan de hoogbegaafde Bossche beeldhouwer Johan Antonius van der Ven, geboren in 1800 en overleden in 1866. Hij is de maker van de prachtige apostelbeelden in het koor van de Sint-Jan. Hij is ook directeur geweest van de Koninklijke School voor Beeldende en Nuttige kunsten. | 102 |
Naar een aantal van de Bossche bisschoppen en vicarissen die sedert 1561 in 's-Hertogenbosch geresideerd hebben, is een straat genoemd: Sonnius, Ophovius, Van Alphen, Zwijsen, Van de Ven en Diepen. De bekende bisschop - zeker landelijk gezien - mgr. Bekkers, heeft nog steeds geen straatnaam, al wordt daar sinds zijn overlijden in 1966 regelmatig bij het Bossche stadsbestuur op aangedrongen... Wilhelmus van de Ven is bisschop va 's-Hertogenbosch geweest tussen 1892 en 1919. In 1834, op de twaalfde van de Mariamaand mei was Wilhelmus van de Ven in Schijndel geboren. Na zijn studies aan het seminarie ontving hij op 2 juni 1860 de priesterwijding en vertrok een jaar later als kapelaan naar Oirschot. In 1862 ging hij naar 's-Hertogenbosch om er aan de Sint-Jan kapelaan te worden. Vanaf die tijd tot aan zijn overlijden bleef hij steeds in de schaduw van de kathedraal werken. Na de funktie van kapelaan te hebben uitgeoefend, werd hij plebaan van de kerk en deken van de stad. Hij heeft er gewerkt onder de bisschoppen Zwijsen (tot 1877) en Godschalk. Na het overlijden van Adrianus Godschalk op 2 juni 1892, werd Wilhelmus van de Ven op 27 mei van dat jaar tot bisschop van 's-Hertogenbosch benoemd. Hij was toen 58 jaar, „met half gebroken krachten, zowel naar ziel als naar lichaam”. Toch zou hij deze benoeming aanvaarden, omdat hij door God hiertoe geroepen was. De tweede reden was dat hij steun van Maria zou krijgen voor het uitoefenen van deze taak, terwijl de derde reden voor hem was dat hij gedurende zijn lange werktijd in de Brabanse hoofdstad (1862-1892) de sympathie en genegenheid van zijn diocesanen, zowel geestelijk als leken, had gekregen.
Op 7 juli 1892 werd hij in 'zijn' kerk door aartsbisschop Snickers geconsacreerd. Hij nam als een vurig vereerder van Maria de wapenspreuk 'sub tutela Matris' (onder de bescherming van de Moeder) aan.
Daags na de inhuldiging stond er in de Provinciale Noordbrabantsche en 's-Hertogenbossche Courant een advertentie van Pierre Weijnen, die meedeelde dat 'het welgelijkend portret' van de nieuwe bisschop te bewonderen was in zijn 'Photographisch Atelier'.
Gedurende de periode dat Van de Ven bisschop was werden er in zijn diocees 40 nieuwe parochies opgericht en ontvingen 700 jongens de priesterwijding. Hij stichtte in 's-Hertogenbosch de Bisschoppelijke Kweekschool die vele honderden onderwijzers af zou leveren, ter opvoeding van de katholieke jeugd. Hij was aktief betrokken bij de drankbestrijding en vocht tegen het socialisme. Van de Ven zag duidelijk het nut in van de sociale beweging op zich (en stimuleerde priesters om geestelijk adviseur bij deze verenigingen te worden), maar hij waarschuwde in 1918 nog voor het socialisme, waarvan de doelstelling zou luiden 'om troon en altaar omver te werpen en alle rechten met voeten te treden'.
In 's-Hertogenbosch had Wilhelmus van de Ven als kapelaan al direkt deel uitgemaakt van de restauratiekommissie voor de Sint-Jan. Bijzonder veel sympathie kreeg hij van de Bosschenaren door zijn houding tijdens de cholera-epidemie in 1866. Er vielen toen 299 doden te betreuren. Van de Ven had als zielzorger op en heeft ook de herleving van de Omgang gesteund.
Op 22 december 1919, 85 jaar oud, overleed bisschop Van de Ven. De Bossche Gemeenteraad noemde op 28 februari 1921 een straat in de nieuwe wijk De Muntel naar hem: Van de Venstraat. Deze straatnaam, Van de Venstraat, leverde moeilijkheden op, toen in 1978 burgemeester mr. G. van de Ven afscheid nam als eerste burger; hij kon geen straatnaam meer krijgen! Daarop besloot de Bossche gemeenteraad de burgemeester te eren door het voormalig Redemptoristenklooster in de St.-Jozefstraat naar hem te noemen: het Burgemeester van de Ven-huis. Dit gebouw zou eerst dienen tot huisvesting voor het Stadsarchief, doch heeft nu een woonbestemming gekregen.
Er werd echter een foutje gemaakt: de gemeenteraad stelde officieel de straatnaam vast op 'Van der Venstraat'. Ook het straatnaambordje heeft deze fout overgenomen.
|
1985 |
Henny MolhuysenStraat en naam : Van de VenstraatBrabants Dagblad donderdag 10 november 1985 (foto) |
1928 | J.M. Hurkmans |
1943 | B.J.J. Eerden (kantoorbed.) - H. Eerden (hoofdagent van politie) - J.B.A. Eerden (kantoorbed. distributie) |
1928 | P.J.D. Kraak |
1943 | A. v.d. Brandt |
1928 | P.H. van de Loo |
1943 | A.M. Heesbeen (carosseriemaker) |
1928 | J.M. van Berkel |
1943 | J.M. van Berkel (sigarenmaker) - wed. E. de Waal-Trum |
1928 | J.J.L. van der Hoeven |
1943 | P.S. Beunis (timmerman gem. werken) |
1928 | A.F.J. Zwanenberg - wed. P. Zwanenberg |
1928 | Chr.A. de Gier |
1943 | A.R.E. Aarts (vertegenw. Zaltbommelsche schroevengieterij) |
1923 | Jacobus M. van Berkel (sigarenmaker) |
1928 | A.J. Klomp |
1943 | J.A.C. Aarts (winkelbediende) |
1928 | W.F.J. Craamer |
1943 | G.W.J. Craamer (kantoorbediende) - W.F.J. Craamer (schoenmaker) |
1928 | W. van den Broek |
1943 | H.M. Schoonenberg (typograaf) |
1923 | Christianus A. de Gier (steenhouwer) |
1923 | Willem F.J. Craamer (schoenmaker) |
1923 | Wilhelmus van den Broek (loodpletter) |
1943 | E.J. van Gool (kantoorbed.) - J.F.C.M. van Gool (drogist) |
1928 | J.M. van den Heuvel |
1943 | H.H.W. van Lieshout (handelsagent drukkerij-materialen) |
1923 | Johannes M. Beset (smid) - wed. Johannes A. Beset (zonder) |
1928 | L.M.H.E. van Bunge |
1943 | M. Hooijmans (administrateur W.B.A.) - H. Wouda (heerenkapper) |
1923 | Gerardus H.C. Bos (behanger) |
1928 | A.M. Valentijn |
1943 | P.A. Peperkamp (handelaar in kaas) |
1928 | G.H.C. Bos - J.C. Bos |
1943 | G.H.C. Bos - J.C. Bos (timmerman) |
1923 | Jacobus H. van Diermen (arbeider) |
1928 | J.C. Beaart |
1943 | P.L.H. Bouwmans (boekdrukker) |
1923 | Johannes H. Feldjes (gevangenbewaarder) |
1928 | J. Beekmans - W. van Ravesteijn |
1943 | W. van Ravenstein (spoorwegbeambte) |
1943 | M.H.H. Deenen (vertegenwoordiger) |
1923 | Antonius G. van Amelsvoort (smid gasfabriek) |
1928 | G.C.J. van Bers |
1943 | J.C.A. Verhulst (bakkersknecht) |
1928 | J.H. Feldjes |
1943 | B.A.F. Makaij (timmerman) |
1923 | Petrus J. van Eggelen (overleersnijder schoenfabriek) |
1928 | W.H.M. van Loenhout |
1943 | F. Blom (sigarenmaker) - wed. M.C. van Rijn-Copier |
1923 | Henricus P. Corvers (sigarenmaker) |
1928 | J.J.C. Faber |
1923 | Johannes J. Deenen (letterzetter) |
1928 | J.G.Ph. Lukassen |
1943 | J.G.P. Lukassen (typograaf) |
1928 | E. Miltenburg |
1943 | C.M.J. van den Dungen (fabrieksarbeider) - T.J. Pulles (reiziger) |
1928 | H.P. Corvers |
1943 | H.P. Corvers (sigarenmaker) |
1928 | J.J.M. Deenen |
1943 | J.J.M. Deenen - W.J.A.H. Deenen (vertegenwoordiger) |
1928 | A. van Stiphout |
1943 | J.G. Hartjens (sigarenmaker) |
1928 | A. van der Loo - P.A. van Wijngaarde |
1943 | M.J. van der Horst (monteur koeltechniek) |
1928 | A.J. Stevenaar - W.C. Stevenaar |
1943 | M.C.A. Swarts (kruidenier) - wed. W. Swarts-Horn |
1928 | J.H. Gombert |
1928 | W.H. Beekwilder |
1943 | H.C.M. de Coster (broodbakkerij) |
5212 NL 1..45 5212 NM 2..24