afb. Frater Bonifacio (Sonniusstraat), 1963
Op kerstmis 1818 werd Ludovicus Schutjes in Eindhoven geboren. Daar bezocht hij ook de lagere school. Hierna vervolgde hij zijn opleiding aan het klein en het groot seminarie. Al voor zijn priesterwijding (1843) was hij als leraar werkzaam op het klein seminarie dat hij juist verlaten had. Het leraar-zijn beviel hem niet, de zielzorg zou hem beter liggen. Want hij zegt zelf: "eene geknakte gezondheid, door een twaalftal jaren werkens ontstaan herstelde weldra na de benoeming in 1853 tot kapelaan van Goirle." Na Goirle volgde Vorstenbosch, terwijl hij in 1855 benoemd werd tot rector van de Godshuizen te 's-Hertogenbosch. Vooral bij de zielzorg in het huis Reinier van Arkel voelde hij zich betrokken. Twee jaar tevoren hadden de "Broeders van Dongen" de verpleging van de patiënten in Reinier van Arkel op zich genomen. Dit hield een verbetering in. De groei van het aantal opgenomen patiënten nam daardoor eveneens toe. Zielzorger Schutjes beschreef zijn taak bij dit genezingsproces: "Zeer veel indruk maakte de Godsdienst op hunne gemoederen, de menig geschokte en verwarde ziel vindt dáár verligting en vertroosting, zoo niet de geheele genezing door het gebruik der Heilige Sacramenten."
Op 22 april 1864 werd Schutjes door de bisschop benoemd tot pastoor van Orthen. Hij kerkte in een gebouw aan de straat Orthen, dáár waar de Engelense Dijk begint. Het kerkgebouw was de voormalige schuurkerk, die er van buiten als een boerderij uitzag. Het stond vlak bij de later aangelegde spoorweg 's-Hertogenbosch-Utrecht. Vonken uit de stoomlokomotief op deze spoorweg zorgden er op 19 september 1886 voor dat een groot aantal huizen in Orthen, waaronder de kerk, verbrandden. Er diende een nieuwe kerk te komen. Vele Orthenaren wilden dat het nieuwe gebouw meer centraal in de gemeenschap zou komen te liggen: eigenlijk was de oude schuurkerk gebouwd voor de inwoners van zowel Orthen als Engelen en lag daarom ver uit het centrum. Deze argumenten mochten niet baten. De nieuwe kerk werd gebouwd ongeveer op de plaats waar de vroegere kerk stond. Het werd een neoromaanse kerk, een kerk met veel muren en weinig ramen. Dat zou veel brandveiliger zijn in verband met de aanwezigheid van de stoomlokomotieven in de buurt. Op de verjaardag van de pastoor, 25 december 1887, werd de kerk in gebruik genomen.
Pastoor Schutjes overleed op 29 januari 1892. Schutjes is vooral bekend geworden doordat hij een uitgebreide geschiedenis heeft geschreven van het bisdom 's-Hertogenbosch. De uit te jaren 1870-1876 daterende boeken zijn voor een deel nog steeds hèt standaardwerk.
De kerk van pastoor Schutjes is er niet meer. Zij werd in 1955-1956 vervangen door de San Salvatorkerk. De oude kerk werd verhuurd aan de gemeente en later gesloopt. In de buurt van de San Salvatorkerk, op de plek die honderd jaar geleden Pastoor Schutjes beslist niet gewenst had, gaf de gemeenteraad van 's-Hertogenbosch op 21 september 1933 de straatnaam "Pastoor Schutjesstraat" aan een plek in het "bebouwingsplan Orthen".
|
1985 |
Henny MolhuysenStraat en naam : Pastoor SchutjesstraatBrabants Dagblad donderdag 18 juli 1985 (foto) |
1943 | P.R. van Teeffelen (onderladingmeester N.S.) |
1943 | J.A. v.d. Ven (slager) |
1943 | J. van Mansum (remmer N.S.) |
1943 | Th.C. de Groot (steenhouwer) |
5231 PW 1..39 5231 PX 2..22