De Pieter van Osstraat is een van de verbindingsstraten tussen de Aartshertogenlaan en de Van Rijckevorsel van Kessellaan. Op 27 juli 1943 kregen straten, gelegen ten noorden van de Aartshertogenlaan, namen van personen die zich verdienstelijk hadden gemaakt voor de beschrijving van de historie van 's-Hertogenbosch. Daartoe behoorde ook Pieter van Os. Hij werd geboren in 's-Hertogenbosch halverwege de 15e eeuw, hij overleed op 2 december 1542. Zelf schreef hij zijn voornaam als Peter, de gemeente Den Bosch houdt het op Pieter. Hij was stadsklerk tussen 1483 en 1489 en vanaf 1489 tot 1536 een van de vier stadssecretarissen. Pieter van Os schreef in de jaren 1513- 1515 de oudst bewaard gebleven kroniek over stad en Meierij, met als titel 'Handschrift wegens Brabant en 's-Hertogenbosch'. In deze kroniek beschreef Van Os de historie van de stad en de Meierij binnen de context van het hertogdom Brabant, vanaf de geboorte van Adam en Eva tot 1515. Een andere, onbekend gebleven persoon, zette de geschiedschrijving voort tot 1523. Pieter van Os baseerde zich onder meer op 'Die Alderexcellenste Cronyke', een in 1512 uitgegeven kroniek van een onbekend gebleven auteur. Tevens maakt Van Os gebruik van Bossche en Brabantse diplomatieke bronnen. Deze beschreef hij in een uit twee delen bestaand cartularium, een verzameling afschriften van allerlei akten en andere juridische teksten. Vermoedelijk schreef Van Os zijn kroniek en cartularium in opdracht van het stadsbestuur. Een en ander ter legitimatie van de positie, voorrechten en aanspraken van de stad Den Bosch, in een tijd waarin het hertogdom Brabant in steeds groter wordende bestuurseenheden werd opgenomen. Van de kroniek van Pieter van Os is slechts één afschrift bekend, het in 1816 door geschiedschrijver Willem Cornelis Ackersdijck geschreven manuscript. Het is terecht gekomen in de abdij van Tongerlo. In 1997 gaf het Instituut voor Nederlandse Geschiedenis de kroniek van Pieter van Os uit, auteurs A.M. van Lith-Droogleever Fortuijn, J.G.M. Sanders en G.A.M. Van Synghel. De transcriptie kon geschieden op basis van de grotendeels door Van Os eigenhandig geschreven tekst, die het Rijksarchief in Brabant in 1960 in langdurige bruikleen gaf aan het Provinciaal Genootschap. Het originele handschrift wordt nu bewaard op de Universiteit van Tilburg (Brabant-Collectie). De kroniek van Pieter van Os staat in de literatuur bekend als zijnde een goed gedocumenteerd en betrouwbaar manuscript. | 5 |
In het midden van de vijftiende eeuw werd Pieter van Os in 's-Hertogenbosch geboren. In zijn geboortestad begon hij in 1483 op het stadhuis als klerk te werken. Deze funktie behield hij tot 1489. Toen werd hij, tot 1536, stadssecretaris. Hij zou in 1542 overlijden. Pieter van Os schreef een kroniek over 's-Hertogenbosch en de Meierij. Dit boek eindigde op 3 januari 1523. Om deze kroniek op de juiste gegevens te kunnen later berusten, vervaardigde hij eerst twee delen met daarin opgenomen de privileges die 's-Hertogenbosch in de loop der eeuwen had verkregen. Met die gegevens als basis zou hij zijn kroniek kunnen vervaardigen.
Op een dag in 1486 kwam er een deportatie van het stadsbestuur van Dormalen (gelegen in het huidige België) naar 's-Hertogenbosch. Zij hadden blijkbaar moeite met een bepaalde rechtszaak en kwamen daarom voor hoofdvonnis naar 's-Hertogenbosch. Als bewijs dat zij daarvoor naar hun moederstad toekwamen, brachten zij de vertaalde (uit het latijn in het diets) tekst mee van het oudste Bossche stadsrecht. Deze tekst was in 's-Hertogenbosch niet meer bekend.
Pieter van Os zag onmiddellijk de belangrijkheid van dit stuk in en schreef het over in zijn „privélegeboek”. Maar deze privilegeboeken zouden verloren raken… En ook in Dormalen was deze oudste Bossche stadsrechttekst niet meer te vinden.
De door Pieter van Os vervaardigde kroniek kwam in het begin van deze eeuw op het Rijksarchief in 's-Hertogenbosch terecht. Deze gaf het in langdurig bruikleen aan het Provinciaal Genootschap, terwijl men een Bossche kroniek eigenlijk op het Stadsarchief zou verwachten...
De twee privilegeboeken bleven onbekend, totdat dr. H. Camps deze in de zomer van het jaar 1953 terugvond op de handschriftenafdeling van de Koninklijke bibliotheek in Den Haag. Sedert dien is deze oudste tekst van het Bossche stadsrecht ons weer bekend.
Straatnamen worden gegeven door de gemeenteraad. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was er echter geen gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders of ook wel de burgemeester alleen oefenden toen deze taken uit. Zo gebeurde dat ook met de straatnamem; op 27 juli 1943 met de straatnamen ten noorden en zuiden vann de Aartshertogenlaan. ten noorden van deze laan werden namen gegeven aan personen, die zich verdienstelijk hadden gemaakt voor de beschrijving van de geschiedenis van 's-Hertogenbosch. Daartoe hoorde ook peietr van Os, hoewel zijn kronoek nooit in druk is verschenen.
|
1985 |
Henny MolhuysenStraat en naam : Pieter van OsstraatBrabants Dagblad donderdag 30 mei 1985 (foto) |
1952 |
Nummerwijziging2 > 2A Visser H.F.Gemeente 's-Hertogenbosch 24 juni 1952 Afdeling Erfgoed 's-Hertogenbosch (AEH)
|
5212 GA 1..25 5212 GB 27..53 5212 GC 2..36