Tussen Hooge Steenweg 20 en 22 én Karrenstraat 25 en 29 ligt het Loodgietersstraatje. Dit straatje werd aangelegd over een groot terrein, zich uitstrekkende van de Hooge Steenweg tot de Karrenstraat en de achterzijde van de percelen van de Visstraat. Het is een oud straatje, in 1438 bestaat het al. Het heette toentertijd Hinckartstraatje, genoemd naar de toenmalige eigenaar van het gebied, de invloedrijke en welgestelde ridder Philip Hinckart. Het straatje diende ter ontsluiting van de achtererven van de grote panden aan de Hooge Steenweg. Het steegje is genoemd naar een 16e-eeuwse 'Reinier, lootgieter op den hoek'. Volgens de gemene zettingen (belastingen bij verervingen) moeten er in de eerste helft van de 16e eeuw minstens vijf cameren (eenkamerwoningen) gestaan hebben. De aanslag voor de 100ste penning in 1569 geeft zelfs zeven cameren in het Hinckartstraetken aan. De huisjes werden bewoond door snijders, kuipers, visverkopers en mandenmakers. In het oudste doopboek van de St.-Jan is in 1566 de doop van een kind te vinden, van wie de ouders woonden in het Lootgietersstraetken. Volgens het Adresboek 1928 woonde er in 1910 iemand met het beroep 'morgenwekker'. Grootschalige nieuwbouw in de dertiger (pakhuizen van de firma Van Miert) en veertiger jaren van de vorige eeuw (hotel De Postzegel), heeft de oude bebouwing in het straatje bijna geheel doen verdwijnen. Tegenwoordig is het onbewoond, aan beide zijden is het afgesloten door een ijzeren hekwerk. Het straatje wordt vooral gebruikt als opslagruimte. Hoewel het officieel een openbare weg is, ontbreekt er al jaren een straatnaambord. |
Dit straatje is aangelegd over een groot terrein, dat liep van de Hooge Steenweg tot de Karrenstraat, vanaf het pand Hooge Steenweg 18 of mogelijk zelfs vanaf nummer 12, tot de achterzijde van de percelen van de Visstraat. In 1438 bestaat het straatje reeds. Het wordt dan Hinckartstraatje genoemd naar de toenmalige bezitter, de invloedrijke Philip Hinckart. Vóór hem was het perceel vermoedelijk in bezit van Willem Vranken, aangezien er in voornoemd jaar sprake is van de uitgifte van een klein, bijna vierkant perceel van 11½ x 11 voet (3,31 x 3,16 m), dat behoorde tot het grondstuk van wijlen Willem. Bepaald wordt dan dat het straatje niet door bouwwerken verkleind mag worden. Deze afspraak heeft men tot op heden gerespecteerd, zij het dat het openbare steegje tegenwoordig door een hekwerk niet meer toegankelijk is. Of het kleine, bijna vierkante perceel aan de noord- of de zuidzijde van het straatje gelegen was, is uit de huidige percelering niet meer af te leiden. In het straatje stonden kleine huizen of kameren, maar de situering ervan is niet geheel duidelijk. Volgens de zettingen moeten er minimaal vijf huisjes gestaan hebben in de eerste helft van de 16de eeuw. Ze werden bewoond of gebruikt door onder anderen snijders, kuipers, visverkopers en een mandenmaker. Deze ambachtslui woonden dichtbij de Vismarkt. Er was sprake van eigendom en van huur. De haardentelling van 1553 geeft zes panden aan met ieder één schouw. De aanslag voor de 100ste penning geeft in 1569 zelfs 'in het Hinckartstraetken' zeven kameren aan, waarvan er drie in handen zijn van de hoefsmid Jan Jacobs. Grootschalige nieuwbouw in de jaren dertig van de 20ste eeuw (pakhuizen van de firma Van Miert) en na de Tweede Wereldoorlog (hotel 'De Postzegel') heeft de oude bebouwing in het straatje bijna geheel doen verdwijnen. Alleen het pandje nummer 4, dat op het achtererf van Hooge Steenweg 20 staat, waartoe het vroeger ook behoorde, kan nog op een oudere structuur teruggaan. Het bestaat uit een gedeelte voor aan de straat en een daarvan functioneel gescheiden achterhuisje. Het pandje is echter in de 19de eeuw geheel vernieuwd, zodat de 16de-eeuwse situatie niet meer is te reconstrueren. De afmetingen komen overigens niet overeen met het in 1438 afgescheiden perceeltje van 11½ x 11 voet. Aan de rechterzijde van Loodgieterstraatje 4 bevindt zich een perceel dat niet tot een van de twee hoekpanden behoorde. Het is nu onderdeel van het grote pakhuis dat hier in 1934 is gebouwd. Het is voorzien van een later aangebracht souterrain. | 240 |
HINCKARTSTRAATJE. Oudere naam (1533) voor het Loodgieterstraatje. Wordt ook wel Huikartstraatje genoemd. | 77 |
1908 | J. van Ooijn (winkelbediende) |
1910 | J. van Ooijen (winkelbediende) |
1928 | J. van Ooijen |
1865 | W. Lutters (goederenbesteller) |
1875 | J. Masseling (brievenbesteller) |
1908 | J.M.A. van Foppele (sigarenmaker) - M. Wolfs (schoenmaker) |
1923 | Johannes M.A. Foppele (sigarenmaker) |
1910 | J.M.A. Foppele (sigarenmaker) |
1928 | M.C. Buitenkamp |
1910 | M. Wolfs (schoenmaker) |
1923 | Martinus C. Buitenkamp (schoenmaker) |
1928 | wed. J.F. van den Dungen |
1908 | J. Veltman (morgenwekker) |
1910 | J. Veltman (morgenwekker) |
1923 | Petrus Ackermans (hovenier) |
1928 | H.J.M. Schreuders |
1881 | J. Masseling (assistent bij het postkantoor) |
1908 | L. van de Werff |
5211
1909 : rechts 1..5, links 2..6 1995 : 4..4 (Huisnummerkaart H16)