In de raadsvergadering van 29 oktober 1947 werden elf straatnamen voor bouwterreinen vastgesteld, gelegen in de wijk de Vliert. Deze straatnamen waren ontleend aan de grote Noord-Nederlandse schilders uit de 16e en 17e eeuw. Een van de straten kreeg de naam Gerard Doustraat. De straat verbindt de Aartshertogenlaan met de Van Rijckevorsel van Kessellaan, zij loopt parallel met de Gerard Terborchstraat en de Paulus Potterstraat. Gerard Dou werd op 7 april 1613 te Leiden geboren. Aanvankelijk leerde hij graveren en glasschilderen bij zijn vader, Douwe Jansz., die glasgraveur was. Op zijn veertiende ging Gerard Dou in de leer als (eerste) leerling bij zijn stadgenoot Rembrandt van Rijn. In 1632 vestigde Dou zich als zelfstandig schilder in Leiden en verwierf daar al snel grote bekendheid en roem. Zeker in het begin vertoonde zijn werk grote invloed van Rembrandt, zodanig zelfs dat het onderscheid soms moeilijk te maken valt. Van hem leerde Dou te werken met licht- en donkercontrasten (chiaroscuro, clair-obscur). Het werd zijn specialiteit, Dou's 'kaerslichten' werden razend populair. Bij clair-obscur worden de licht- en donkercontrasten sterker uitgebeeld dan ze in werkelijkheid zijn. Er wordt weinig gebruik gemaakt van de zogenaamde middentonen. De schilder gebruikt het licht en donker om nadruk te leggen op vooral de lichte delen, waarbij donkere schaduwen naar de achtergrond worden gedrongen. Ook zijn ander werk - Dou maakte veel genrestukken - is een thema in de schilderkunst. Tot in de 16e eeuw hadden de meeste schilderijen religieuze onderwerpen. Tegen 1600 veranderde dit, schilders gingen zich specialiseren in één onderwerp. Deze waren meestal niet of slechts zijdelings religieus georiënteerd. Voorbeelden van nieuwe onderwerpen waren: het landschap, het stilleven, de architectuur en het historiestuk. Er bestond ook een stijl, die 'genre' werd genoemd, hierbij werden mensen afgebeeld in hun dagelijkse omgeving. Vanaf omstreeks 1640 legde Dou zich toe op het vervaardigen van deze genrestukken. Taferelen werden vaak geschilderd als gezien door een boogvenster, wat de intimiteit van de schets bevorderde. Deze techniek heeft veel navolging gevonden. Dou ging zeer gedetailleerd te werk, hij wordt gerekend tot de 'fijnschilders'. Zijn schilderijen (ruim 200) gingen voor hoge prijzen van de hand. Hij genoot ook internationale faam: een aantal buitenlandse vorsten verzamelde werken van hem. Toch liet Gerard Dou zich niet uit Leiden weglokken. Hij stierf er op 9 februari 1675. | 7 |
5212 EJ 2..30