Bossche Encyclopedie

afb. Kees Meyer, 1946

Diepstraat

Binnenstad Centrum

De kleine huisjes aan de Diepstraat. De huisjes die op het braakliggende terrein gestaan hebben, zijn inmiddels afgebroken. Het schilderachtige karakter verhult de armoe van de bewoners. Het torentje in het midden is de achterzijde van de vrijstaande voorgevel van de Sint-Anthoniuskapel.
Bron: 's-Hertogenbosch De geschiedenis van een Brabantse stad 1629-1990
~~~ Op de plek van het voormalige bejaardenhuis Antoniegaarde [1956-2000] komen twee straatjes terug die refereren naar de oorspronkelijke steegjes in de buurt. Links naast de kapel liep het St. Antoniestraatje en rechts de Stijfselpot. Daar waren ook nog de Krengelgang, Uilenspiegel en Achter de Roskam. Originele namen van dwarsstraatjes tussen de Diepstraat en de Windmolenbergstraat.
Bron: Nieuwsbrief Bastion Oranje, 5 september 2001

Diepe volkswijk

Foto: W. Heuveling

De Hinthamerstraat uitlopend, rechtsaf de Zuid-Willemsvaart ingaand, begon ter hoogte van Sluis 0 de Diepstraat. Deze straat dankte volgens Roelands haar naam aan het feit dat zij, lang en smal, nogal diep in de nu verdwenen volkswijk (Diepstraatwijk) doordrong. Vanuit de Zuid-Willemsvaart liep de Diepstraat als het ware taps toe naar de Windmolenbergstraat. Beide straten kwamen uit in de Sint-Jacobskerkhof. Diepstraat en Windmolenbergstraat waren met elkaar verbonden door vier steegjes: Krengelgang, Uilenspiegel, Roskam en Stijfselpot. Er liep ook nog een steegje zonder naam, dat van de Diepstraat naar de warmoezen (moestuinen) langs de Hekellaan voerde. Bij de bevrijding van de stad in 1944 is de Diepstraatwijk zwaar beschadigd geraakt. Na de oorlog werd de wijk langzaam maar zeker afgebroken, daardoor verdwenen alle stegen en ook de Diepstraat zelf. In 1976 werden de laatste huizen aan de Diepstraat gesloopt.

Op de hoek van de Diepstraat met nu de Zuid-Willemsvaart stond het Antoniusgasthuis, in 1361 door Jan Vinschot gesticht voor zes oude vrouwen. Arme reizigers mochten er ook een of twee nachten vertoeven. De eerste Antoniuskapel, die in de Diepstraat gebouwd werd, heeft waarschijnlijk haar naam aan dit gasthuisje te danken.

Binnen de oude vestingmuren woonde, evenals in de Tolbrugwijk (de Pijp), de Weversplaats met omgeving en de Uilenburg, ook hier een aparte en hechte gemeenschap. De Bossche stadstaal liet kleine klankverschillen horen, elke wijk had daar iets eigens in. En ook in deze kleurrijke wijk had ieder zijn of haar eigen bijnaam, zoals: Zilvernuske, Kouwvuutje, Mollenkatje, Preineus, Aerpel, Willy Wortel.

Stadsblad woensdag 9 april 2008

1983	A.H. van Drunen Het Maagdenhuis Van Bos tot Stad (1983) 146
1983	Hans L. Janssen Archeologische waarnemingen 1977-1979 Van Bos tot Stad (1983) 159

1361	Bij testament van Jan Toenys Vinschot wordt het St. Antoniusgasthuis voor zes arme vrouwen in de Diepstraat gesticht. Ook behoeftige pelgrims kunnen er voor één of twee nachten verblijven. Bron: Kroniek van 's-Hertogenbosch
1612	In 1612 kwamen de Capucijnen zich hier vestigen, hun eerste klooster stond in de Diepstraat. Bron: Straat in Straat uit

1923	Cornelis Boone (zonder)
1928	wed. C. Boone

1923	Martinus H. Broers (hovenier)
1928	M.H. Broers
1943	Broers. M.H. (hovenier)

1923	Johannes van Eijndhoven (landbouwersknecht)
1928	G. van Eijndhoven

Diepstraat

Binnenstad Centrum

Diepe volkswijk

A.H. van Drunen

Hans L. Janssen

Diepstraat, z.j.

Diepstraat, z.j.

Diepstraat, 1932

n: vermelding in een voetnoot

Op deze pagina

	Diepstraat, z.j. Hendrik de Laat (1900-1980) (potlood, 23.0 x 31.0 cm) Collectie de Laat, 's-Hertogenbosch
	Diepstraat, z.j. Hendrik de Laat (1900-1980) (ets, 35.0 x 38.0 cm) Prentenkabinet Bibliotheek Provinciaal Genootschap, 's-Hertogenbosch Was gelegen in de nabijheid van St. Antoniegaarde.
	Diepstraat, 1932 Hendrik de Laat (1900-1980) (potlood, 22.5 x 22.0 cm) Het Bossche Prentenmuseum, 's-Hertogenbosch

1923	Godefridus C. Ender (sigarenmaker)
1928	J. van Eijndhoven
1943	A. van Eijndhoven (stucadoor)

1923	echtg. Jacobus E. Denie (zonder) - Jacobus E. Denie (koopman in sigaren)
1928	L. van Loon
1943	A.J.S. Batens (sigarenmaker)

1923	Hermanus Damen (koopman)
1928	A. Kuipers
1943	A. Passon (koopman)

1923	Alphonsus C. van Esch (timmerman) - Carl W. Fonteijn (hoveniersknecht)
1928	A.C. van Esch

1923	Daniel van Boxtel (parapluienkoopman)
1928	A.J. Beekwilder

1923	Jacobus E. Denie (koopman) - Walterus P. van Gestel (sigarenmaker)
1928	Ch.H. Damen - wed. Ch.H. Damen - W.P. van Gestel - A.Th. Stakenburg

1923	wed. Martinus Broers (hovenierster)
1928	wed. M. Broers
1943	W. van Osch (arbeider)

1923	Rijnt Brinkman (vrijwilliger infie.)
1928	H. Damen - A. van Eijndhoven
1943	wed. H.J.W. Hendriks-Kuipers

1928	L. van Boxtel - M. van Ieperen
1943	A. Driessen (koopman) - J.H.B. Moonen (schoenmaker)

1923	Petrus H. Erp (koopman)
1928	P.H. van Erp

1923	Quirinus M. Ackermans (hovenier)
1928	Q.M. Ackermans

1923	Wilhelmus Baks (sigarenmaker)
1928	H.W. Baks - W. Baks

1923	Johannes de Bruin (korporaal kok veld artie.)
1928	G.J. van Elten - G.P. Knuvers
1943	J. v. Hassel (betonwerker) - C. van Zandvoort (houthandelaar)

1865	(St. Jacobstraat E 124): M. ten Burksen (conducteur der artillerie) - G. van den Heuvel (winkelier in komeneischwaren en tapper)
1875	(St. Jacobsstraat E 124): A. van de Leur (tapper)
1881	(St. Jacobstraat E 124): A. van de Leur (tapper)

1865	J. Deenen (goederenbesteller)
1865	P. den Hollander (ijzergietersknecht)

1928	M.H. v.d. Heuvel - wed. H.G. van Mierlo
1943	G.M. van der Kallen (petroleumventer)

1881	(St. Jacobsstraat E 114): W. van Selst (partikulier)
1908	(Diepstraat E 114): W. de Lor (slachter)

1928	G.M. van Hal - G.A. van Sleeuwen
1943	G.A. van Sleeuwen (schoenmaker)

1923	Petrus van Breugel (schoenmaker)
1928	P. van Breugel
1943	P. van Breugel (schoenmaker)

1881	C. van Liefland (sigarenfabriekant)
1908	L. Voets (sigarenmaker)

1923	Leonardus J. de Gruijter (sigarenmaker)
1928	L.J. de Gruijter
1943	H. Maas (sigarenmaker)

1923	Petrus A.J. Cruijsen (sigarensorteerder)
1928	wed. P.A.J. van Cruijsen
1943	L. Huijsmans (sigarenmaker)

1865	(Sint-Jacobstraat E 111): Pa. Borgée (wollennaaister) - P.M. Tervooren (mr. schoenmaker)
1908	(Diepstraat E 111): M. van Gent (sigarenmaker)

1865	(Diepstraat E 105): P. van Engelen (wagenmaker) - G. van der Heijden (warmoezenier)
1875	(Diepstraat E 105): G. van der Heijden (warmoezenier)

1923	Marinus van Boxtel (koopman)
1928	J.F.M. v.d. Bergh
1943	M. van Boxtel (koopman) - H.H. Spierings (locomotiefpoetser N.S.)

1923	Lambertus van Boxtel (koopman)
1928	L. van Boxtel
1943	J. Netten (koopman)

1928	J.G. Mulders - A. Netten
1943	J. Brouwer (manufacturenkoopman) - M. Heesbeen (grondwerker)

1928	J. van de Heijden
1943	J. van Gulik (koopvrouw) - J. Kuipers (koopman in lompen en metalen)

1923	Cornelis M. van der Aa (los arbeider) - wed. Renardus W. de Gruijter (zonder)
1928	C.M. van der Aa - wed. R.W. de Gruijter

1923	Joannes L.M. Dalessi (brievenbesteller)
1928	J.L.M. Dalessi - J.B.J. van Laarhoven - W. Spruijt
1943	J.L.M. Dalessi (brievenbesteller) - J.B.J. van Laarhoven (sigarenmaker) - W. Spruijt

1923	Wilhelmus van Drunen (opperman)
1928	W. van Drunen - wed. M. Hartogs
1943	H. Dissel (letterzetter) - Th. Netten (koopman in parapluies)

1928	G.Th.F. v.d. Horst
1943	G.Th.F. van der Horst (koopman in parapluies) - J. Popelier (bakkersknecht)

1923	Gerardus van Boxtel (koopman)
1928	G. van Boxtel
1943	J. van Drunen (koopman in manufact.)