In zijn vergadering van 27 juli 1943 stelde het Bossche college van B & W een aantal straatnamen vast, waaronder de Coppensstraat. De Coppensstraat begint bij de Van Zuylenstraat en eindigt bij de Van Rijckevorsel van Kessellaan. De straat is vernoemd naar Josephus Antonius Coppens, geboren te 's-Hertogenbosch op 13 mei 1800 en overleden te Handel op 15 januari 1850. In 1823 werd Coppens in Mechelen tot priester gewijd en volgde zijn benoeming tot assistent te Veldhoven. Hij was verder assistent van de Sint Jacobskerk in Den Bosch en kapelaan in Schijndel. Op zijn aanvraag verkreeg Coppens in 1834 het kleine rectoraat van Handel (bij Gemert), hij bedankte voor de hem in 1848 aangeboden promotie voor het pastoraat van Raamsdonk. De reden hiervan was, dat hij zich in het rustige Handel geheel wilde wijden aan zijn omvangrijke werk: de geschiedenis van het bisdom 's-Hertogenbosch. Vanaf zijn jeugd had Coppens alle mogelijke documenten en bronnen over dit onderwerp verzameld. Jaren lang werkte hij aan zijn opus magnum 'Nieuwe Beschrijving van het Bisdom van 's-Hertogenbosch', 4 kloeke delen in 5 boeken uitgegeven, het eerste deel verscheen in 1840. Met dit werk trad hij in de voetsporen van Anthonius van Gils, die in 1819 het Katholiek Meyerysch Memorieboek had uitgebracht, 'behelzende de Oprigting van het Bisdom 's-Hertogenbosch'. Tussen 1870 en 1876 verschenen de 5 delen 'Geschiedenis van het bisdom 's-Hertogenbosch' van Ludovicus Schutjes. De boeken van deze drie 19e-eeuwse geestelijken zijn deels nog steeds standaardwerk over de oprichting en geschiedenis van het bisdom 's-Hertogenbosch. In de in 1599 uitgevaardigde bul Super Universas beschreef paus Paulus IV een hervorming van de bisschoppelijke hiërarchie voor de Bourgondische Kreits. Dat was in die tijd een gebied ongeveer gelijk aan het huidige Nederland, België, Luxemburg en Frans-Vlaanderen. Directe aanleiding was het tegengaan van corruptie en zedeloosheid onder sommige leden van de geestelijkheid, maar ook tegen de sterke opkomst van het protestantisme. De bul was ook een poging om tot centralisatie van de gewesten te komen. In de Nederlanden werd het aartsbisdom Mechelen gesticht. Hieronder vielen naast Antwerpen, Gent en Brugge ook de nieuwe zetels van 's-Hertogenbosch en Roermond. De feitelijke oprichting van het Bossche bisdom vond plaats op 11 maart 1561. Eerste bisschop was Franciscus Sonnius. De Sint-Jan werd de kathedraal van het bisdom. | 9 |
1951 |
Gemeente 's-Hertogenbosch 16 augustus 1951 Aanbrengen huisnummer 13 Stadsarchief dossier 40557 |
5212 ET 1..13 5212 ET 2..32