afb. Albert Schreurs
In zijn huis in Rosmalen getuigen meer dan 8000 foto's van zijn grote belangstelling voor de heemkunde in het naburige Den Dungen, naast niet minder dan zo'n 900 drukken van het aloude verhaal 'Van den vos Reynaerde', die zijn autoriteit op dit gebied bewijzen, afgestudeerd als hij is op de 'volksboeken' van 'Reinaert de vos'. In 's-Hertogenbosch echter vooral gekend als medewerker van Boekhandel Adr. Heinen: Erwin Verzandvoort. Voor het toeval geboren!? Tot zichtbaar genoegen van Erwin Verzandvoort - officieel drs. E.R.H.J.M. Verzandvoort (46) - heeft zijn huis, aan de Vendelierstraat in Rosmalen, onmiskenbaar trekjes Bossche School, zoals de betonnen latei boven de voordeur en de symmetrie van de achterkant. Gebouwd door de Vinkelse architect Van Genugten, ooit eerste gezel van de bekende Bossche bouwmeester Gerard Wijnen. Hoewel geboren in Berlicum, vlakbij het mooie protestantse kerkje aldaar, en - vanaf 1960 - getogen in Den Dungen, én trots te mogen werken in de middeleeuwse stad 's-Hertogenbosch, was het dit huis dat hem innam voor Rosmalen. In 1983 studeerde hij aan de katholieke universiteit Nijmegen af als Neerlandicus, met als specialisme het Middelnederlands. Daar leek niet veel mee te beginnen, want het was de tijd van de explosieve opkomst van de computer én van de computertaalkunde. 'Alle talen zijn in regels te vatten, maar als je één regel Middelnederlands in de computer stopte, sloegen bij wijze van spreken de stoppen door. Er was dan ook geen enkele belangstelling voor. Jammer, omdat ik ervan overtuigd ben dat onze taal uit het vroege Middelnederlands is ontstaan.' `Het Nederlands heeft zich in het begin snel ontwikkeld. Het heeft een fantastische bloeiperiode gehad met een paar mystieke schrijvers die tot op de dag van vandaag tot onze verbeelding spreken. Zoals Ruusbroec, nu gezien als een van de grootste mystici, en Hadewych, wier poëzie niet alleen hier nog wordt gelezen maar ook tot op de dag van vandaag vertaald in het Engels, het Frans, het Grieks.' Erwin Verzandvoort noemt voorts het onverslijtbare 'Roelantslied' en, hoe kan het anders, 'Van den vos Reynaerde'. In de oudste Nederlandse versie, 1250, geschreven door ene Willem 'een van de absolute toppunten van de Nederlandse literatuur binnen de wereldliteratuur, samen met Multatuli's Max Havelaar'. 'Het feit dat in zo'n (vroege) periode een taal is ontstaan die we nu met zo'n twintig miljoen mensen spreken, vind ik van ongemeen belang. Ik betreur het dat hier binnen de universitaire wereld maar matig aandacht aan wordt besteed.' Hoewel Erwin Verzandvoort zich 'totaal verslingerd' noemt aan Reinaert, heeft hij 'door het vele en drukke werk niet de tijd, maar overigens ook niet de behoefte, om er academisch mee bezig te zijd. Wat hij echter wel en hartstochtelijk doet is het verzamelen van boeken van Reinaert de Vos, en academici die bibliografieën maken ondersteunen. De bibliografie van alle Franse uitgaven die een paar jaar geleden is verschenen van de hand van Kenneth Varty, zou niet mogelijk zijn geweest zonder zijn hulp. 'Dat klinkt misschien opschepperig, maar het is wel zo.' Niet voor niets wordt zijn naam in talloze uit- | 82 |
gaven met dank vermeld. In Varty's 'Roman de Renart tot twee keer toe zelfs, dankbaar als de schrijver is dat de Rosmalense kenner hem de weg wees 'naar tal van zeldzame Reinaert-teksten, met name collectors items'. In de Duitse uitgave van een overzicht van alle gedrukte Reynaerden tot 1800, zegt de schrijver, Hubertus Menke, doodleuk: 'Voor verdere onderzoeken heb ik gebruik gemaakt van het boek E. Verzandvoort, 1983, pag. 40 tot 354.' Zo ongeveer de hele doctoraalscriptie van Erwin Verzandvoort...Toeval 1Toch is het maar toeval dat Erwin Verzandvoort Reinaertkenner bij uitstek is geworden. 'Ik ben indertijd naar Nijmegen gegaan met de gedachte een studie te maken van de schrijver W.F. Hermans, waaraan ik helemaal verslingerd was. Maar binnen de kortste keren dreef ik af naar de Middeleeuwen. Dankzij prof. H. Vekeman, die op een fantastische manier college kon geven, mensen kon inspireren.''Ik had mijn kandidaats gehaald en dan moet je kiezen. Van een andere docent, de neerlandicus P. Wackers kreeg ik een lijstje onderwerpen. Een van die onderwerpen: onderzoek naar de volksboeken van Reinaert de Vos. Het gekke was: ik werkte al een aantal jaren bij Heinen, dacht alles van boeken te weten, maar ik wist niet wat volksboeken waren.' Inmiddels terzake kundig, legt Erwin Verzandvoort uit: 'Volksboeken zijn heel eenvoudig gedrukte boekjes in de landstaal - 'geleerde' boeken waren in Latijn of Frans - op slecht papier en met simpele illustraties, bedoeld voor het gewone publiek. De plaatjes waren essentieel. Als de mensen niet konden lezen konden ze aan de hand van plaatjes het verhaal volgen.' Erwin Verzandvoort noemt deze volksboeken `de Bouquet-reeks van de 15e-19e eeuw'. 'Interessant is, dat de teksten van de vijftiende en zestiende eeuw nauwelijks zijn aangepast, ze werden nagenoeg ongewijzigd herdrukt tot 1904 of 1905 aan toe.' Toen Erwin Verzandvoort aan zijn onderzoek begon waren 24 van die volksboeken bekend, 'maar Paul Wackers was ervan overtuigd: er zijn er meer'. Dat klopte. 'Aan het eind van m'n studie had ik er 55. Inmiddels heb ik bijna zeventig - let wel: verschillende - drukken kunnen beschrijven... Ook uit België, want daar is het verhaal immers ontstaan. De oudste Nederlandse Reinaert, rond 1473 in Utrecht gedrukt, behoort tot de eerste tien gedrukte boeken in ons land na de uitvinding van de boekdrukkunst. In Engeland zelfs het eerste. Aardige bijzonderheid: de Engelse uitgave, `The history of Reynart the foxe' van William Caxton, was een vertaling vanuit het Nederlands: 'Als Caxton er af en toe niet uitkwam liet hij een Nederlands woord of zelfs een Nederlandse zin gewoon staan'. `De Nederlandse Reinaert is de basis geweest voor de internationale furore die het verhaal heeft gemaakt. Het is verschenen in ik weet niet hoeveel talen, tot zelfs het IJslands toe. Opmerkelijk dat op zo'n klein eiland met zo'n kleine bevolking toch een gedrukte Reinaert verschijnt.' Moeiteloos diept Erwin Verzandvoort uit zijn boekenkast naast een Latijnse druk uit 1584 een Japanse versie op. Z'n laatste aanwinst is er eentje uit Mexico. 'Reinaert de vos heeft een internationale verspreiding die werkelijk gigantisch is.' Maar het is dan ook 'een schelmenroman die voor alles te gebruiken is. Louis Paul Boons Wapenbroeders' (Reinaert en Izegrim) is een lofzang op het socialisme. Een NSB-er misbruikte Reinart tijdens de oorlog zelfs voor puur anti-semitische propaganda.' Erwin Verzandvoort kan zich niet alleen beroemen op z'n prachtige eigen Reinaert-collectie, hij heeft via de grote collectioneurs in de wereld tal van bibliografieën in handen gehad. Daardoor heeft hij zelf een (bijna) complete bibliografie kunnen schrijven. Door alle studie heeft hij `een formidabele basis om iedereen van dienst te zijn'. En 'omdat de wereld van Reinaert-vorsers niet zo groot is weten ze, dat ze niet om mij heen kunnen. Prof. Varty uit Schotland, prof. H. Menke uit Kiel, prof. Jan Goossens uit Leuven, om maar een paar namen te noemen, hebben een bibliografie kunnen schrijven, die compleet, beter gezegd: completer is door de gegevens die ik kon verstrekken.' Nog altijd is Erwin Verzandvoort prof. Vekeman dankbaar door wie hij geraakt is voor de Middeleeuwen. 'Eenmaal voor mij geopend zijn de Middeleeuwen me tot op de dag van vandaag blijven fascineren. Als ik in Den Bosch ben ervaar ik bij voortduring de Middeleeuwen. Niet alleen in de Sint-Jan, maar in heel het stadscentrum. Te ervaren dat ik in een middeleeuwse stad werk vind ik heel leuk.' | 83 |
Toeval 2Hoewel neerlandicus, noemt Erwin Verzandvoort het ook hier! - toeval dat hij in het boekenvak terecht is gekomen. 'Ik heb nooit gesolliciteerd. Na vakantiewerk bij een verzekeringsmaatschappij wilde ik het jaar daarop iets anders. Ben ik bij Heinen binnengelopen of ze vakantiewerk hadden. In 1973 of '74 is dat geweest. Het begin van mijn carrière.'Ofschoon Erwin Verzandvoort zich niet meer - maar ook niet minder - dan 'medewerker van Heinen' wil noemen, ziet de buitenwacht in deze steun en toeverlaat voor velen toch een beetje 'het smoel van Heinen'. Erwin Verzandvoort zelf daarover. 'Doordat ik fulltimer ben en veel in de winkel sta, en dat al zo lang, ken ik heel veel mensen. Ik weet vaak wat de mensen willen. En ik denk dan ook dat ik een tamelijk eerlijk advies kan geven. Ik probeer het althans zo eerlijk mogelijk te doen. Als ik iets niet weet zeg ik dat ook. Als ze vragen naar een goede thriller moeten ze niet bij mij wezen. Daar zijn weer anderen voor in de winkel. Ik heb er in mijn leven ooit één gelezen en reken maar dat het bij die ene zal blijven.' Maar als het om literatuur gaat, poëzie, kunst, politiek en wat dies meer zij, dan weet hij het wel `zo'n beetje', vat hij bescheiden samen. Daarnaast was Erwin Verzandvoort als naaste medewerker van Ad Heinen, later Ton Meulman, betrokken bij de vele uitgaven op lokaal historisch gebied die bij Heinen het licht hebben gezien. Z'n trots is het Bosch Woordenboek, waarvan hij zich een van de samenstellers mag noemen. Heeft hij bij de meeste van de vele Heinen-uitgaven wel op de een of andere manier bemoeienis gehad - 'van heel weinig tot heel veel' - 'het Bosch Woordenboek vind ik nog altijd het leukste wat ik gedaan heb. Prachtig van inhoud, prachtig vormgegeven. Het leuke is ook dat er nog altijd grote belangstelling voor bestaat. Vier- of vijfmaal herdrukt zijn er intussen tussen de negen- en tienduizend exemplaren verkocht. Dat is nogal wat.' Met trots doordesemd weerklinkt Erwin Verzandvoorts credo: 'Heinen is veel meer dan een boekhandel. Dat wil ik graag uitdragen. Dat is ook de lol die ik in mijn werk heb.' En hij vervolgt: 'Onder de rustige, erudiete Ad Heinen was het boekenvak nog boekenvak, een uniek verschijnsel. Onder Ton Meulman, meer een doener, is er niet alleen het moderne antiquariaat bijgekomen maar ook CD-rom en Internet. Het heeft de zaak laagdrempeliger gemaakt, maar dat neemt niet weg dat iedereen het er over eens is dat ondanks de modernisering boekhandel Heinen boekhandel Heinen is gebleven. Dat is het grootste compliment dat je Meulman mag maken.' Toeval 3Ook de manier waarop Erwin Verzandvoort in de heemkunde terecht is gekomen ziet hij als een merkwaardig toeval. 'Ik wist amper wat heemkunde was. Maar de meneer van het postkantoor, waar ik nogal eens kwam omdat ik postzegels spaarde, zei op een keer je moet bij de heemkundevereniging komen. Want ik had op kostschool gezeten en als je op kostschool was geweest dan was je geleerd.''Een van de mensen van de heemkundevereniging 'Op die Dunghen', die allerlei situaties op foto vastlegde, was naar Leiden verhuisd. Het leek mij leuk op die manier heemkunde te bedrijven. Lekker rond te fietsen en dingen die veranderden vereeuwigen. Niet alleen interessante objecten als gebouwen e.d. maar bijvoorbeeld ook de veranderingen in de landbouw. Rond 1975, toen ik m'n eerste fototoestel kocht, was Den Dungen nog de groententuin van Den Bosch. Geen maisveld te bekennen! Dat zie je allemaal veranderen.' Erwin Verzandvoort is systematisch foto's gaan verzamelen. 'Naast veel eigen werk - ik heb m'n toestel altijd bij me - ook oude ansichtkaarten en foto's van anderen die ik de moeite waard vind. Het liefst de originele natuurlijk, maar er zijn tegenwoordig heel goede methodes om repro's te maken.' Meer dan 8000 foto's omvat de collectie van Erwin Verzandvoort inmiddels. Waaronder tal van opnames die later tot officiële monumentenfoto's zijn gepromoveerd. Daaronder nogal wat mooie oude boerderijen, die afgebrand of, erger nog, afgebroken zijn. En met oog ook voor details, zoals een jaartal in de deurstijl en dat soort dingen. De oudste foto is van 1895, van het bezoek van de koninginnen Emma en Wilhelmina. Op de achtergrond de kerk van Den Dungen nog zonder de hoge toren die in 1899 aan de zestiende-eeuwse kerk werd toegevoegd. Een fotoboek van Den Dungen dat Erwin Verzandvoort in 1982 samenstelde, draagt een toepasselijke titel: 'Bekijk 't maar'. Naast het verzamelen, bewaren en documenteren van foto's maakt Erwin Verzandvoort als vanzelfsprekend ook deel uit van de redactie van het blad 'Het Griensvenneke', naar het Griensven, 'een van de oudste namen die we in Den Dungen kennen'. Over belangstelling heeft de heemkundekring niet te klagen. 'Ik denk dat we 't redelijk goed doen. Ons tijdschrift verschijnt regelmatig en heeft een behoorlijke oplage. In het cultureel centrum 'De Blauwe Scholk' hebben we een heemkunde-zolder met een heel bijzondere collectie van gebruiksvoorwerpen, gereedschappen - o.a. instrumenten uit de praktijk van de befaamde dokter Prinsen - die goed geconserveerd en waar nodig gerestaureerd zijn. Daar is belangstelling voor.' Erwin Verzandvoort, die ook Dungense toponiemen heeft beschreven, werkte voorts mee aan publicaties die van tijd tot tijd verschenen zoals o.a. 'Den Dungen goedendag' bij het opgaan van Den Dungen in de gemeente Sint-Michielsgestel. 'Op die manier leeft 't enorm, mag Erwin Verzandvoort voldaan vaststellen. | 84 |