Kwam uit Bossche uitgeversfamilie, studeerde rechten in Amsterdam; kreeg in 1920 samen met zijn broer Leo de leiding van het uitgeversconcern, werd in 1934 voorzitter van de Katholieke Nederlandse Dagbladpers, tevens vice-voorzitter van de Nederlandse Dagblad Pers, trad in 1938 af als directeur van de Alg. Uitg. Mij voor Dag- en Weekbladen in Den Bosch. Teulings ging zich geheel aan de politiek wijden, werd lid van de Tweede Kamer voor de R.K. Staatspartij, na de oorlog in de 50er jaren minister van Binnenlandse Zaken tot 1953, heeft als zodanig in 1950 pensioen toegekend aan de weduwe en | 166 |
kinderen van mr. M. Rost van Tonningen, in de oorlog als NSB-er directeur van de Nederlandse Bank en vertrouweling van Himmler, die in gevangenschap in 1945 na een val overleed. De kwestie zou in 1986 en 1987 opnieuw in het nieuws komen. | 167 |
Maarten van Boven, Bossche Heeren : Een biografie van het Bossche sociëteitsleven 1789-2019 (2019) 187
H.J. Dieben, Biografisch Lexicon (1928) 138-139
H.F.J.M. van den Eerenbeemt, Geschiedenis van Noord-Brabant (1996-1997) II. 47; III. 42
Peter-Jan van der Heijden e.a., Sint-Janslyceum 75 jaar (1994) 5
J. Hemels, Encyclopedie van Noord-Brabant 4 (1986) 166-167
Th.G.A. Hoogbergen, Over Geestdrift en Bevlogenheid : 75 jaar Ons Middelbaar Onderwijs 1916-1991 LXXXVI (1991) 84, 85, 100, 103, 104, 107, 159, 162, 166, 167, 168, 177, 183, 184, 185, 186, 187, 189, 194, 201, 202
A.F. Manning, Biografisch Woordenboek van Nederland 4 (1994) 492-493
A.F. Manning, 'Zoeklicht op mr Frans Teulings', in: Van Blauwe Stoep tot Citadel (1988) 321-334
A.H.M. van Schaik, Dr. Hendrik Moller 1869-1940 (1988) 125-126
Aart Vos, 's-Hertogenbosch : De geschiedenis van een Brabantse stad 1629-1990 (1997) 390