1994 |
Bram Steketee
Bouwhistorische en archeologische berichten : De draaibrug over de rivier de Dommel
Bossche Bladen 1 (1994) 27-29
|
|
1996 |
Eddie Nijhof en Bram Steketee
Bouwhistorische en archeologische berichten : Sluis op het fort Crèvecoeur
Bossche Bladen 3 (1996) 99-101
|
|
1997 |
Sluis 0 : De bouwgeschiedenis en een toevallige archeologische ontdekking
Op 4 juli jl. heeft het Kabinet beslist dat de Zuid-Willemsvaart om 's-Hertogenbosch wordt geleid. Het had niet veel gescheeld of er was gekozen voor een verruiming van het kanaalgedeelte in de stad. Dat laatste zou het einde hebben betekend van onder meer sluis 0. De toekomst van deze sluis zal na realisering van de kanaalomleggingswerken niet meer in handen van Rijkswaterstaat liggen maar waarschijnlijk in die van de gemeente 's-Hertogenbosch. Verschillende argumenten pleiten voor het behouden van dit ruim 170 jaar oude waterbouwkundig werk. Behalve dat de sluis een karakteristiek element in het stadsbeeld vormt, heeft hij ook cultuurhistorische waarde. Bovendien kan aan de sluis een industrieel-archeologische betekenis worden toegekend. De bouwhistorische waarde moet nog blijken uit een nader te verrichten bouwhistorisch onderzoek. De ontstaans- en ontwikkelingsgeschiedenis, waarvoor in dit artikel aandacht wordt gevraagd, is hierbij van veel belang. Een episode uit de bouwgeschiedenis kreeg een extra accent door een archeologische vondst uit 1932, die de moeite van het vermelden waard is. Voor een goed begrip volgt echter eerst een kort overzicht van de aanleg van de Zuid-Willemsvaart.
Bram Steketee | Bossche Bladen 3 (1997) 100-103
|
|
2000 |
De peilschaal in de Binnenhaven
Eén van de objecten die op grond van het Monumenten Selectie Project (MSP) in aanmerking komt voor het predikaat 'monument', is de peilschaal in de kademuur van de Binnenhaven in de buurt van de Boombrug. Heeft dit weinig opvallende en vrijwel onbekende stuk steen uit 1864 dan echt zoveel cultuurhistorische waarde, dat het voor bescherming in aanmerking komt? Wellicht vindt de lezer het antwoord op deze vraag nadat hij letterlijk en figuurlijk op de hoogte is gebracht van de historie. Niet alleen de geschiedenis maar ook de voorgeschiedenis spelen daarbij een rol.
Bram Steketee | Bossche Bladen 1 (2000) 30-34
|
|
2005 |
De voormalige Empelsche sluis : Opgraving vroegindustrieel erfgoed
Bij de herinrichting van een terrein langs de oostzijde van de spoorlijn 's-Hertogenbosch-Utrecht werden op 18 oktober 2003 nabij de Sluisweg resten van metselwerk aangetroffen. Het bleek dat het hier ging om de voormalige Grote Empelsche Sluis, waarvan was aangenomen dat die omstreeks 1870 volledig was opgeruimd. De afdeling Bouwhistorie, Archeologie en Monumenten van de gemeente 's-Hertogenbosch werd ingeschakeld om de sluis te documenteren. De gebruikelijke vragen die dan aan de orde komen, hebben vooral betrekking op de datering, de constructie en de toegepaste materialen. Voor het beantwoorden van deze vragen bleken naast het archeologisch onderzoek ook waterbouwkundige en historische deskundigheid van nut te zijn, zodat hier gesproken kan worden van een multidisciplinaire aanpak.
Bram Steketee | Bossche Bladen 1 (2005) 3-8
|
|
2011 |
Zuid-Willemsvaart en Den Bosch : Richtingenstrijd 1819-1826
Eindelijk zijn de werkzaamheden voor de omlegging van de Zuid-Willemsvaart tussen Den Dungen en de Maas bij Empel begonnen. De eerste ideeën voor een dergelijk tracé werden veertig jaar geleden gelanceerd. Wat de gemoederen in die vier decennia vooral bezighield, was de vraag of het kanaalgedeelte in de stad moest worden verruimd, of dat voor een nieuw tracé buiten de stad om moest worden gekozen. Bij de aanleg van de Zuid-Willemsvaart stond dit laatste ook al ter discussie.
Bram Steketee en Hans Willems | Bossche Bladen 4 (2011) 106-113
|
|
2012 |
Onderzoek Bram Steketee en Hans Willems : Water en Verdediging
In de geschiedenis van ’s-Hertogenbosch speelt het element water onmiskenbaar zijn rol. Voor onderzoekers als Bram Steketee (85), gepokt en gemazeld bij Rijkswaterstaat, en Hans Willems, historicus bij BAAC, het bekende Bossche onderzoeksbureau voor Bouwhistorie, Archeologie, Architectuurgeschiedenis en Cultuurhistorie, een onuitputtelijke bron van informatie. Het resultaat van hun naspeuringen vond zijn weg in tal van publicaties. En een nieuw boek staat op het punt van verschijnen. Over de waterproblemen in de Maaspolders tussen Grave en Den Bosch. Impliciet het verhaal van een kanaal dat er nooit kwam...
Jac.J. Luyckx | Bossche Bladen 1 (2012) 2-6
|
|
2012 |
Stoomboot ontploft in 1849 : De ondergang van de ‘Jan van Arkel no. 2’
Op zondag 28 oktober 1849 om 7.00 uur ’s ochtends ontploften de stoomketels van het beurtschip Jan van Arkel, no. 2. Het schip zonk, de ravage was enorm, de ontzetting onder de Bosschenaren groot. Uiteindelijk bleken elf mensen het leven te hebben gelaten.
Bram Steketee en Hans Willems | Bossche Bladen 3 (2012) 83-91
|
|
2013 |
Spoorbruggen over de Dieze : Obstakels voor de scheepvaart
In de eerste Nederlandse spoorwegwet van 1860 was onder meer een spoorverbinding tussen Utrecht en Boxtel via ’s-Hertogenbosch opgenomen. Daarvoor moesten niet alleen de grote rivieren de Lek, de Waal en de Maas met bruggen worden gekruist, maar ook de Dieze. De bouw van deze laatste spoorbrug in 1870 vormde het sluitstuk van de spoorverbinding tussen het noorden en zuiden van ons land. Het betekende een grote verbetering van de handelsroute over de meestal slechte verkeerswegen. Zoals uit het volgende historisch overzicht blijkt, zou deze oeververbinding nog ettelijke malen worden aangepast.
Hans Willems en Bram Steketee | Bossche Bladen 3 (2013) 88-95
|
|