Hendrik Palier werd op 10 juli 1785 te 's-Hertogenbosch geboren als zoon van Hendrik Palier en Arnolda Schouw. Hij huwde op 20 mei 1812 met Amelia Sterk (1791-1821). Uit dit huwelijk werden vijf dochters geboren. Op 7 november 1832 hertrouwde hij met Elisabeth Gerdina van Hoften (geboren op 21 augustus 1805). Uit deze echtverbintenis werden vijf dochters en vijf zonen geboren. Hendrik Palier is overleden op 14 juni 1853 te 's-Hertogenbosch. Hendrik Palier groeide op in een familie van boekdrukkers en boekhandelaren. Hij was de achterkleinzoon van Charles Palier. Deze Franse hugenoot was, evenals zijn meeste familieleden, uit zijn geboorteplaats Bergerac in de Dordogne gevlucht om aan geloofsvervolging te ontkomen. Toen hij in 1700 huwde met Magdalena van der Hoeven was hij korporaal-schrijver in het garnizoen van 's-Hertogenbosch. Later heeft hij de boekdrukkerij en boekhandel van zijn schoonvader Hendrik van der Hoeven overgenomen. De zaak van de Paliers bevond zich aan de Bossche Markt in het huis met de naam 'Het gulden lavoir'. Vanaf 1741 droeg het pand de naam 'De vijf vocalen'. Bij een verbouwing van het pand in 1761 werden de vijf vocalen A.E.I.O.U. aangebracht in de kroonlijst van de gevel. Twintig jaar later ging de firma 'H. Palier & Zoon' heten. Toen zijn vader in 1796 stierf, was de elfjarige Hendrik nog te jong om de boekhandel en drukkerij over te nemen. Nadat zijn moeder was hertrouwd, kwam het bedrijf onder leiding van zijn stiefvader, Salomon Krul, te staan. Hoe de schoolloopbaan van Hendrik precies is verlopen, is bij gebrek aan gegevens niet meer na te gaan. In ieder geval komen we hem in 1800 tegen als leerling van de Latijnse school in Heusden. Waarschijnlijk genoot hij daar slechts enkele maanden onderwijs, want vanaf 3 maart 1800 was hij werkzaam in de boekhandel en -drukkerij. Hendrik ging echter liever studeren en in 1806 liet hij zich inschrijven als student in de letteren aan de universiteit te Utrecht. Van studeren kwam evenwel weinig, omdat hij zich tegelijkertijd moest voorbereiden op de overname van de familiezaak. In 1812 kreeg hij de leiding over de drukkerij en de boekhandel. Opmerkelijk is dat Hendrik Palier zijn inschrijving als student vermeldde in zijn manuscript Alphabetische
| 94 |
lijst van gepromoveerde Noord-Brabanders. Mogelijk vond hij het jammer zelf nooit gepromoveerd te zijn
Als drukker en uitgever ontplooide Hendrik Palier tal van nieuwe initiatieven. Zo begon hij in 1815 met de Almanak voor de Provincie Noord-Brabant. Een jaar eerder had hij van het provinciebestuur het alleenrecht gekregen om in een almanak allerlei Brabantse overheidsinstanties gedetailleerd te beschrijven. Het resultaat was een voor die tijd typografisch goed verzorgd jaarboekje dat boordevol stond met statistische informatie over de provincie. Tot 1865 werd het bij de firma H. Palier & Zoon uitgegeven. Ook gaf hij van 1818 tot 1822 de 's-Hertogenbossche Courant uit. In 1822 deed hij deze krant over aan boekhandel W.F. Duncan. Een van Paliers vrienden, W.J. Ackersdijk te Rotterdam, gaf in zijn adressering aan dat hij niet zo maar een boekhandelaar was. Steevast schreef hij als nadere aanduiding onder de naam H. Palier: 'Voornaam boekhandelaar te 's Bosch'.
Naast drukker-uitgever en boekhandelaar was Palier een groot verzamelaar van boeken, manuscripten, prenten, munten en penningen. Een belangrijk deel van zijn verzameling had betrekking op de geschiedenis en letterkunde van Noord-Brabant. De vijf banden tellende 'Collectie Palier' in het Stadsarchief van 's-Hertogenbosch, bestaande uit allerlei gedichten en prozawerk van vrienden en van bekende dichters en schrijvers uit de eerste helft van de negentiende eeuw, getuigt van deze verzameldrift. De vele manuscripten en boekwerken in de verzameling van het Provinciaal Genootschap van Kunsten en Wetenschappen, thans ondergebracht in de Brabant-Collectie van de Katholieke Universiteit Brabant te Tilburg, geven een beeld van zijn brede culturele belangstelling. Zo maakte hij lijsten van beroemde mannen uit Noord-Brabant, van huizen in 's-Hertogenbosch, van stads- en dorpsgezichten, van portretten van leden van het Huis van Oranje en van boekdrukkers in Noord-Brabant. Ook alles wat in relatie stond tot Bilderdijk had zijn grote belangstelling. Deze manuscripten zijn zeer indrukwekkend vanwege de grote hoeveelheid gegevens én vanwege het vele werk dat het gekost moet hebben om dit alles bij elkaar te brengen. De manuscripten waren voor een belangrijk deel bestemd voor publicatie. Soms drukte Hendrik Palier ook iets van zijn hand om aan een beperkt gezelschap rond te sturen met de uitnodiging hem ontbrekende informatie terug te zenden. Zo publiceerde hij drie boekjes over de vroedschaps- en stadhuispenningen van 's-Hertogenbosch.
Niet minder groot dan zijn verzameling Brabantica was zijn vrienden-
| 95 |
en kennissenkring. Zo onderhield Hendrik Palier veelvuldig contact met Herman Eliza Verschoor, burgemeester van De Werken en Sleeuwijk. Sinds 1817 logeerde hij vrijwel jaarlijks in de zomer bij hem. Nadat Hendriks vrouw Amelia in 1821 op nog geen dertigjarige leeftijd was overleden, schreef en sprak hij veelvuldig over dit tragische verlies met zijn vriend in Sleeuwijk. Met andere vrienden en kennissen correspondeerde Palier over zijn culturele interesses. Op deze wijze completeerde hij zijn verzamelingen en gegevens hierover. Ook mr. Carel Gerard Hultman, de eerste gouverneur van Noord-Brabant en evenals Palier een bibliofiel, behoorde tot zijn kennissenkring. Na het overlijden van Hultman in 1820 mocht Palier zijn kostbare bibliotheek veilen. Overigens veilde hij herhaaldelijk boeken. Voorafgaande aan de veiling verzorgde hij de catalogus. De te veilen boeken lagen opgeslagen in een afzonderlijk gebouw in de Kolperstraat. Palier noemde dat pand het 'lokaal der medeklinkers'. Heel bijzonder was het contact met dr. C.R. Hermans, met wie Palier zijn grote belangstelling voor de Noord-Brabantse geschiedenis en letterkunde deelde. De twintig jaar jongere Hermans had veel profijt van deze vriendschap. Mede door toedoen van Paliers relatie met
| 96 |
gouverneur Van den Bogaerde van Terbrugge en de onderwijsinspecteur Wijnbeek had Hermans binnen het jaar uitzicht op de betrekking van rector van de Latijnse school in 's-Hertogenbosch. Bovendien had hij binnen een jaar Paliers gehele kostbare bibliotheek over de geschiedenis van Noord-Brabant gelezen. Wellicht hierdoor geďnspireerd kwam Hermans met het plan een provinciale bibliotheek op te richten met als kern de kostbare verzameling boeken en prenten van Palier. Enige jaren later wilde Hermans dat deze bibliotheek deel zou gaan uit maken van een te stichten Provinciaal Genootschap van Kunsten en Wetenschappen, zoals dat ook in andere provincies bestond. Een andere vriend van Palier, de Heusdense predikant C.W. Pape, had reeds in 1818 een dergelijk plan tot oprichting van een genootschap geopperd. Blijkbaar vond Palier Hermans te opdringerig, want toen deze in maart 1836 de gouverneur geďnteresseerd kreeg voor zijn ideeën, schoof Palier zijn vriend Pape als eerste initiatiefnemer naar voren. Na de oprichting van het Provinciaal Genootschap in 1837 werd Palier de eerste penningmeester. In 1840 legde hij deze functie neer, om vervolgens van 1849 tot 1851 weer bestuurslid te zijn. De bibliotheek bleef echter in handen van Palier, omdat men het niet eens kon worden over de aankoopprijs. Palier had veel geld en moeite gestopt in zijn verzameling en was dan ook bijzonder gehecht aan zijn boeken. Tegenover zijn vrienden sprak hij van 'mijn bijenkorf'. Naast zijn interesse voor wetenschap en cultuur heeft Hendrik Palier tijdens zijn leven ook blijk gegeven van een grote maatschappelijke betrokkenheid. Zo was hij sinds 1810 lid van de sociëteit De Harmonie. Van 1819 tot 1829 is hij lid geweest van het Letterkundig gezelschap Tot Oefening en van 1823 tot 1829 lid en bestuurder van het in 1819 in zijn woonplaats opgerichte departement van de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen. Tevens ondersteunde hij de pogingen van ds. J. van Heusden uit Hilvarenbeek om een Maatschappij van Weldadigheid specifiek voor Noord-Brabant op te richten. Van de Bossche afdeling van het Bijbelgenootschap was hij in de periode 1820-1839 thesaurier. Diezelfde functie vervulde hij bij het Genootschap tot zedelijke verbetering der gevangenen (1826-1840). Van het Nederlandsch Godsdienstig Traktaatgenootschap en van het Instituut voor Blinden te Amsterdam was hij correspondent. Ook binnen de Nederlandse Hervormde Gemeente in 's-Hertogenbosch was hij actief. Hij bekleedde in deze kerk zowel het ambt van ouderling als dat van diaken. Bovendien was hij een aantal jaren president van het college van notabelen, dat bestond uit gekozen gemeenteleden die op
| 97 |
hun beurt de kerkvoogden kozen en samen met dezen het beheer van de kerkelijke goederen uitoefenden. In Oisterwijk was Hendrik Palier van 1842 tot 1848 ouderling. Hij was in 1840 naar deze plaats verhuisd, nadat hij had besloten zijn bedrijf wegens lange perioden van ziekte en wellicht ook overwerktheid over te doen aan zijn zwager Willem Christiaan Sterk. In 1848 voelde Palier zich echter weer gezond genoeg en keerde hij naar 's-Hertogenbosch terug om de leiding van de boekhandel en de drukkerij weer op zich te nemen. Op 3 maart 1850 vierde Hendrik Palier met het gehele personeel, bestaande uit negen gezellen, het feit dat hij vijftig jaar - hij telde de jaren 1840-1848 mee - in het bedrijf werkzaam was. Datzelfde jaar publiceerde hij Dissertatiën en Theses van Noord-Brabanders en in 1851 een Lijst eener Prentverzameling der Vaderlandsche Geschiedenis en Aardrijkskunde der Nederlanden. In 1853 begon Palier het tijdschrift Noord-Brabant, gewijd aan de geschiedenis van de provincie, waarmee hij een wens vervulde die hij reeds een kwart eeuw had gekoesterd. Door zijn overlijden in datzelfde jaar zijn echter slechts twee afleveringen verschenen.
Na zijn dood werden zijn boeken, manuscripten, prenten, munten en penningen geveild. De Catalogus van boeken, atlassen, landkaarten, platen, plaatwerken, muzijkwerken, munten, penningen, liefhebberijen enz. besloeg 76 pagina's. Zo zijn veel van Paliers boeken en manuscripten door aankoop uiteindelijk toch nog in de verzameling van het Provinciaal Genootschap terechtgekomen. Zelfs de drukpers van de firma Palier is bewaard gebleven en is thans terug te vinden in het Noordbrabants Museum in 's-Hertogenbosch.
Als drukker en boekhandelaar Hendrik Palier werd opgevolgd door zijn zoon Hendrik (geboren in 1833). Hendrik junior stopte echter in 1868 met het familiebedrijf. Het pand aan de Markt werd verkocht en kreeg een andere bestemming. Alleen de 'vijf vocalen' in de kroonlijst van de gevel herinneren tot op heden aan het letterkundig verleden van dit huis.
| 98 |
Bronnen | |
• | A.J. van der Aa, 'Hendrik Palier', in: Biografisch Woordenboek der Nederlanden IX, Haarlem 1872, 11-12 |
• | A.R.K., 'Palier, een Hugenoten-geslacht van Bossche drukkers en uitgevers', Gens Nostra, 22 (1967), 123-125 |
• | René Costedoat, Le peuple 'Rebelle' des Huguenots de Bergerac entre despotisme et tolérance, Beauregard-et-Bassac 1987 |
• | C.G. Mulder, 'Palier; een Hugenotengeslacht voor drukkers en uitgevers te 's-Hertogenbosch', Gens Nostra 46 (1991), 256-257 |
• | H. Palier, Iets over het geslacht der Paliers, 's-Hertogenbosch 1848 |
• | G.D.J. Schotel, 'H. Palier', in: Bijdragen tot de geschiedenis van den Nederlandschen boekhandel 1, Amsterdam 1884, 44-48 |
• | Karin Strengers-Olde Kalter, 'De achttiende-eeuwse boekhandel in 's-Hertogenbosch, Brabants Heem 50 (1998), 90-100 |
• | J.M.M. van de Ven, Over Brabant geschreven. Handschriften en archivalische bronnen in de Tilburgse universiteitsbibliotheek, 2 delen, Leuven 1994 |
• | Ch.C.V. Verreyt, 'De boekdrukkers Palier te 's-Hertogenbosch', Taxandria 13 (1906), 189-193, 210-219 en 323-324 |
• | E. Zuidema, 'Hendrik Palier', in: Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek 3, 949-950 |
Noordbrabants Historisch Jaarboek 17-18 (2000-2001) 313
Varia Historica Brabantica III (1969) 297
Maarten van Boven, Bossche Heeren : Een biografie van het Bossche sociëteitsleven 1789-2019 (2019) 22
Klaasje Douma, De adel in Noord-Brabant, 1814-1918 (2015) 475
H.F.J.M. van den Eerenbeemt, 's-Hertogenbosch in de Bataafse en Franse tijd (1955) 292
A.F.J. van Kempen, Gouvernement tussen Kroon en Statenfacties LXXVI (1988) 128
A.R.M. Mommers, Brabant van generaliteitsland tot gewest (1953) 486-487
Charles de Mooij, Eindelyk uit d'Onderdrukking (1988) 31, 32, 81
C.J.A. van den Oord, Twee eeuwen Bosch' Boekbedrijf 1450-1650 LXII (1984) 21
Maarten Prak, Republikeinse veelheid, democratisch enkelvoud (1999) 180
Pieter A. Scheen, Nederlandse Beeldende Kunstnaars 1750-1950 M-Z (1970) 153
Ch. C.V. Verreyt, 'De boekdrukkers Palier te 's-Hertogenbosch' in: Taxandria (1906) 189-193, 210-219, 323-324
Aart Vos, Burgers, broeders en bazen (2007) 66, 272
H.J. Zomerdijk, Het muziekleven in Noord-Brabant 1770-1850 LI (1981) 73, 197
H.J. Zomerdijk, Het muziekleven in Noord-Brabant 1850-1914 LV (1982) 217
Bram Vroon, 'Hendrik Pallier (1785-1853)' in: Brabantse biografieën 5 (1999) 94-99
Chris Will, Noordbrabants Museum Bezoekersgids (1987) 97