afb. Ad Hartjes, 1891
Alardus Kuppen werd tot priester gewijd op 14 juni 1851. Hij was ruim een jaar lang kapelaan te Wijchen en vanaf 1 juli 1852 kapelaan in de Sint-Cathrienparochie in 's-Hertogenbosch. Op 30 juli 1869 werd hij hier tot pastoor benoemd. In 1878 kreeg hij de functie van provisor van beide seminaries, het klein en het groot. In 1879 volgde een benoeming tot kanunnik van het kathedraal kapittel. Hij overleed op 19 juli 1892, na een pastoraat van bijna 23 jaar. In het dagblad De Noord Brabanter van 23 juli 1892 werd verslag gedaan van de uitvaartdienst van de pastoor. Hieruit bleek hoe hij zijn taak opvatte en met hoeveel instellingen hij contacten onderhield. De kerk was verlicht met waskaarsen en gasvlammen. Bisschop W. van der Ven leidde de uitvaartdienst en nadien vertrok een lange stoet van 26 rijtuigen door de stad naar de begraafplaats in Orthen.
De stoet was samengesteld als volgt: 1 Banier van de fraterschool, afdeling van de parochiale school, jongens. Afdeling van de parochiale school, meisjes. Weesmeisjes, weesjongens. De beide Jongens-Congregatiën der parochie. 2 Geestelijken in rijtuigen, voorop de reguliere, daarna de seculiere geestelijkheid. 3 Deputaties uit beide seminaries. 4 Het Hoogwaardig Kapittel uit de Kathedrale Kerk. 5 Diaken en Subdiaken der Pontificale Mis. 6 Z.D.H. Mgr. W. v.d. Ven., Bisschop van 's Bosch. 7 Lijkwagen, geëscorteerd door de leden der Congregatie van de H.H. Harten. 8 De familie; kerkbestuur der parochie; de leden van het parochiaal koor van St. Catharina; het Bestuur der Vereniging van den H. Vincentius à Paulo; Regenten van het R.C. Weeshuis; Jhr. Jos. de la Court, president van de Godshuizen; het Bestuur van de Udensche processie; Het Bestuur der Vereniging onder bescherming der H.H. Harten; Enige vrienden; Buren.
Langs de straten stond een talrijke menigte. In Orthen wachtte een Commissie van het toezicht op de gevangenis, met haar president Jhr. Mr. Serraris en secretaris Jhr. M. Verheijen. De commissie toonde de overledene, als aalmoezenier van de gevangenen, een laatste blijk van hoogachting. Na de gebeden en toespraken in de kapel werd het lichaam bijgezet in de grafkelder. PortretHet portret van pastoor Kuppen werd geschilderd en is gesigneerd en gedateerd: 'H. Bogaerts 1891'.Het doek meet 113 bij 94 cm. De pastoor is gekleed als kanunnik, zit aan een tafel met de rechterhand op het brevier. Op de tafel liggen een boek en een bonnet en achter de tafel staat een boekenkast. De kunstenaar, Henricus Adrianus Bogaerts zag het levenslicht op 18 november 1841 in 's-Hertogenbosch en overleed te Boxtel op 22 december 1902. Aanvankelijk was hij uitgever en boekhandelaar, maar hij tekende en graveerde ook. Hij heeft veel graveurs opgeleid, onder meer J.B. Bolle, Th. H. Kerstel, G.B.M. Sühl en A.C. Verhees. Henri Bogaerts behoort tot Nederlands grote negentiende-eeuwse pioniers op het gebied van uitgeven en drukken. In 1880 stichtte hij in Boxtel een atelier, met het doel om goede kopieën te vervaardigen, de 'Peinture H. Bogaerts'. Het portret van pastoor Kuppen is een voorbeeld van dit procedé. Het is na de dood van de pastoor naar een fotografisch portret tot stand gekomen. Henricus Aloysius Wilhelmus Maria Bogaerts (1877-1933) was zijn zoon, een kunstschilder en kopiist. Hij was zijn compagnon in Boxtel, samen met zijn broer, Aloysius A.H.M. Bogaerts. |
Francien van den Heuvel (red.), Vijf eeuwen Sint-Cathrien in 's-Hertogenbosch (2023) 371
Ton Vogel, Vijf eeuwen Sint-Cathrien in 's-Hertogenbosch (2023) 361