Rogier van Heeze (1671-1719)
door Ed Hupkens
Rogier van Heeze werd in 's-Hertogenbosch geboren, gedoopt St.-Jan op 17 augustus 1671. Hij was priester, in 1691 studeerde hij aan de Universiteit van Leuven, alwaar hij in 1693 promoveerde. Hij overleed op 24 oktober 1719.
Na het beleg en de inname van 's-Hertogenbosch in 1629 door Frederik Hendrik, werden alle katholieke kerken, kapellen en kloosters geconfisqueerd. Alle mannelijke geestelijken moesten de stad verlaten. Vrouwelijke religieuzen konden blijven, maar mochten geen novicen meer aannemen. Dit gebeurde ook met het klooster Zusters van Orthenpoort. De kloostergebouwen werden geleidelijk en in onderdelen verkocht aan particulieren. Rogier van Heeze had in 1692 een belangrijk deel van het voormalige klooster van de Zusters van Orthen opgekocht. Enkele gebouwen werden in kleine woningen opgesplitst. Deze pandjes werden verhuurd aan armen en minvermogenden. De voormalige refter, met de naam 'Het Pand', kwam eveneens in 1692 in handen van Rogier van Heeze. Hij bracht Het Pand onder in een naar hem genoemde fundatie, het gebouw maakte hij geschikt voor de huisvesting van arme, alleen zijnde, oude mannen en vrouwen. De rest van het vermogen was belegd in een rogpacht in Rosmalen en een stuk land onder Schijndel. De stichting verleende uitkeringen aan diverse personen.
De Stichting Rogier van Heeze werd gesticht bij testament in augustus 1719 (zie de bijlagen). Het executeurschap werd toen in handen gelegd van Willem van Grevenbroek en Theodoor van Berkel. In zijn testament van 1719 deed Rogier van Heeze enige legaten. Al zijn andere goederen werden bestemd voor bepaalde arme personen, van wie de namen aan de executeurs bekend werden gemaakt. Hoewel hij dat niet met zoveel woorden zei, was het de bedoeling van Rogier van Heeze om een blijvende voorziening te treffen voor arme personen. Dit nam de vorm aan van een gasthuis voor arme, oude mannen en vrouwen.
De executeurs kregen het recht om opvolgers te benoemen, waarbij de familie van de stichter voorrang had. De familie Van Grevenbroek verdween al snel uit beeld, de familie van Berkel maakte rond 1830 plaats voor de adellijke familie Van Meeuwen. Volgens het Stichtingenregister beheert deze familie nog steeds de stichting en is daardoor eigenaar van Het Pand. Het wordt momenteel verhuurd aan beeldende kunstenaars.
In zijn testament van 1719 deed Rogier van Heeze enige legaten. Al zijn andere goederen werden bestemd voor bepaalde arme personen, van wie de namen aan de executeurs bekend werden gemaakt. Hoewel hij dat niet met zoveel woorden zei, was het de bedoeling van Rogier van Heeze om een blijvende voorziening te treffen voor arme personen. Dit nam de vorm aan van een gasthuis voor arme, oude mannen en vrouwen.
In afwijking van wat bij de Bossche Godshuizen gebruikelijk was, had het stadsbestuur geen enkele zeggenschap over deze stichting. Mede om deze reden bleef zij in 1810-1815 zelfstandig en ging zij niet, zoals de andere kleine gasthuizen, deel uitmaken van de overkoepelende Godshuizen.
's-Hertogenbosch december 2014