's-Bosch. Imm. Leuven tussen 29 augustus 1706 en 28 februari 1707 (pauper). Gedoopt (R.K.) 12 juni 1686; zoon van Theodorus en Margaritha Matthijsen van der Horst. Op 17 juli 1710 ingekleed als capucijn (kloosternaam: Columbanus). Priester gewijd te Mechelen 6 juni 1716. Vicaris te Antwerpen (1675-1677). Werkzaam te Mechelen. Roermond en Grave, waar hij 21 augustus 1728 overleed.MUL, VII, 243; NSH, 148; Hildebrand, V, 32, VII, 149; DTB 's-Bosch 16 | 212 |
Kloosternaam: Columbanus van 's-Hertogenbosch. Kapucijn van de Vlaamse provincie. Zoon van Theodorus en Margaritha Matthijssen van der Horst. Gedoopt op 12 juni 1686. Geimmatriculeerd in de Leuvense universiteit tussen 29 augustus 1706 en 28 februari 1707. Inkleding op 14 juli 1710; professie op 14 juli 1711. Tot priester gewijd te Mechelen op 6 juni 1716 (woont in Mechelen). Jurisdictie in Roermond (1719, 1727). Sterft als predikant te Grave op 21 augustus 1728. |
H. Bots, J. Matthey, M. Meyer, Noordbrabantse studenten (1979) 212
P. Hildebrand, De Kapucijnen in de Nederlanden en het Prinsbisdom Luik VI (1951) 227; VII (1952) 190