6 juni 2012
| 59 |
InleidingHet garagebedrijf met kantoor en woningen is gelegen aan de oostelijke zijde van de Vughterstraat en is aan beide zijden aan de belendende panden vastgebouwd. Het garagebedrijf bestaat uit een diep pand, dat zich uitstrekt tussen de Vughterstraat en de Parklaan, waar de woningen op nummers 28-29 het complex aan de achterzijde afsluiten. Het garagebedrijf dateert uit omstreeks 1930 en werd opgetrokken in de vormentaal van de Nieuwe Zakelijkheid met enige verwijzingen naar de late Amsterdamse School.OmschrijvingHet garagebedrijf heeft een langgerekte L-vormige plattegrond; aan de voorzijde een drielaags bouwdeel onder plat dak voor de kantoren en bovenwoningen. Dit is via een lager tussenlid onder plat verbonden met de bredere achterliggende garagehal. Deze hoge éénlaags hal is voorzien van een flauw hellend zadeldak met een noklantaarn. Aan de zijde van de Parklaan is deze hal -opnieuw door middel van een lager tussenlid onder plat- verbonden met een vierlaags bouwdeel, waarin woningen zijn ondergebracht. Het pand telt aan de Vughterstraat drie, aan de Parklaan vier bouwlagen onder een plat dak. De gevels zijn opgetrokken in imitatiehandvorm baksteen, deels -boven de pui- in koppenverband. De gevel aan de Vughterstraat heeft op de begane grond een diepe portiek met een brede inrijpoort voor de garagehal. Aan linker- en rechterzijde hiervan respectievelijk een voormalig directiekantoor en een administratiekantoor voor de garage. Deze driezijdig gesloten vertrekken zijn voorzien van een vijftal grote, aaneengesloten ramen in stalen kozijnen met bovenlichten in de vorm van valramen met glas-in-lood. Hieronder een betegelde plint.Ter hoogte van de eerste en tweede verdieping driedelige vensters met stalen kozijnen, met een iets smallere bovenlichten. In de meest linker helft van de gevel zijn de stalen kozijnen vervangen door aluminium kozijnen. Over het midden van de voorgevel loopt de aanzet van een in staal en glas uitgevoerde vierkante lichttoren, die boven de gevel uitsteekt - hierin vereenvoudigde glaspanelen. De voorgevel wordt afgesloten door een dubbele rij pannen. De zuidelijke zijgevel van de garagehal is vlak onder het dak voorzien van brede twaalfruits vensters met stalen roeden. De achtergevel aan de Parklaan 28-29 telt vier traveeën. In de middelste twee traveeën twee garagedeuren (links nog oorspronkelijk met drie vierruits ramen) Aan weerszijden hiervan de ingangspartijen naar de woningen, bestaande uit houten paneeldeuren met smalle, verticale raampartij. Bovenlicht in de vorm van vier smalle spleetvensters met glas-in-lood. In de twee middelste traveeën, ter hoogte van de eerste en tweede verdieping, een sterk uitkragende erker op uitkragende betonnen consoles, afgedekt met pannen. Op de tweede verdieping loggia's. Hierboven balkons. In de buitenste traveeën éénruits vensters met bredere bovenlichten, voorzien van glas-in-lood. In de erker op de eerste verdieping driedelige vensters, eveneens voorzien van bredere bovenlichten met glas-in-lood. De bovenrand van de gevel is afgedekt met pannen. Inwendig toont het garagebedrijf in hoofdlijnen nog de oorspronkelijke indeling. Aan de voorzijde links het voormalige directiekantoor, rechts het voormalige administratiekantoor met kluis en een smalle gang naar de garagehal. In beide kantoren nog eikenhouten lambriseringen. Onder het dak van de garagehal stalen vakwerkspanten. In de garagehal (delen van) een tegellambrisering. WaarderingHet garagebedrijf is van algemeen belang. Het object heeft cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een typologische ontwikkeling: het object vormt een vroeg voorbeeld van een garagebedrijf, met kantoortjes en achtergelegen garagehal. Het object bezit architectuurhistorische waarde vanwege de stijl, een voorbeeld van de Nieuwe Zakelijkheid, met elementen van de Late Amsterdamse School, met name de lichttoren -die fungeerde als blikvanger en reclameobject- en vanwege het bijzondere materiaalgebruik. Het object is van belang vanwege de gaafheid van exterieur en interieur. Tot slot is het object als gaaf voorbeeld van een garagebedrijf uit de jaren dertig van de 20ste eeuw van belang vanwege typologische en functionele zeldzaamheid. |
2016 |
Pompen en VerlouwDeze voormalige Ford-garage dateert uit omstreeks 1930. Het is qua architectuur gebouwd in de vormentaal van de nieuwe zakelijkheid, maar heeft ook kenmerken van het expressionisme. Dat is onder meer te zien in de toepassing van baksteenmetselwerk in de gevels, naar ontwerp van architect J. van Kaathoven. Het bedrijf bestaat uit een diep pand, dat zich uitstrekt tussen de Vughterstraat en de Parklaan, waar bedrijfswoningen het complex aan de achterzijde begrenzen. Aan de Vughterstraat bevindt zich een voorbouw met centrale hoofdtoegang, lankerende kantoorruimten en bovenwoningen. Boven de inrijpoort is een markante lichttoren in staal en glas. De garagehal is voorzien van een lauw hellend zadeldak op stalen vakwerkspanten. Een glaskap (noklantaarn) geeft de ruimte daglicht. Rechts in de hal bevindt zich een kantoortje uit de bouwtijd. De garage Pompen en Verlouw was tot 1980 de Bossche vestiging van het automerk Ford.
Magazine Open Monumentendag (2016) 16
|