Nos. 40, 38, 36, 34, 32 en 30 Ging men langs de Oostzijde van den Vughterdijk marktwaarts dan kreeg men aan zijne rechterhand het huis de Vergulde Klok, thans genummerd 76, waarachter zich een steegje bevond, dat geheeten werd Achter de vergulde Klok; daarin stonden zeven kamers of huisjes, welke de echtelieden Jan van den Wiel en Barbara de Cock, die toen ook eigenaars waren van het huis de Vergulde Klok, in 1547 bij hun testament bestemden tot een gasthuis voor zeven oude vrouwen. Dit gasthuis is in 1756 met voorschreven huis, dat daaraan door genoemde echtelieden vermaakt was, voor schuld verkocht, waarna het ophield te bestaan. (R.A. van Zuylen Inventaris der archieven van den Bosch n° 1014).
Een eindweegs in dezelfde richting verder gaande kreeg men aan zijne rechterhand vier naast elkander staande huizen, genaamd de Druif of het Land van Belofte, In Antwerpen of het Gekroond Ramshoofd, het Schaapshoofd en de Klokhen.
Het eerstgenoemde van die huizen werd 20 October 1705 (Reg. n° 519 f. 280 vso), als wanneer het werd gezegd te zijn: „eene schoone, bequame huysinge, erve, hof, loyerye en aghterhuys”, staande tusschen dat van Rogier van Boxmeer 1) ex uno en het huis het Ramshoofd ex alio, door Johan Baptist Huygermans verkocht aan Hendrik de Lepo, notaris en praktizijn te den Bosch.
Het daarop volgend huis werd 4 April 1701 (Reg. n° 514 f. 68), - toen het nog heette In Antwerpen en gezegd werd te zijn: huis, erf en tuin, staande tusschen het huis, dat eertijds was van Jenneken van Vessem en dat van Helena van Vucht weduwe van Nicolaas van Gestel, genaamd het Schaapshoofd, - door Johan Paters, weduwnaar van Catharina
| 321 |
van Kaldekerken, in diens hoedanigheid van vader en voogd over zijne 5 minderjarige kinderen, geboren uit zijn huwelijk met haar, (die het geërfd had van haren vader, welke het 5 November 1661 gekocht had van Abraham Huybertszn van den Henxtheuvel), verkocht aan denzelfden de Lepo. Ten diens laste werden de beide zooeven genoemde huizen, thans genummerd 40, 38 en 36, den 2 Mei 1739, (Reg. n° 559 f. 297 en 298), - als wanneer het huis In Antwerpen, toen genaamd het Gekroond Ramshoofd, was eene aanzienlijke bierbrouwerij, die alstoen aldus omschreven werd: „eene hechte, wel ter nering staande huizing, bestaande uit een groot voorhuis, voor- en achterkamers, met eene extra schoone nieuwe brouwerij, twee bierhuizen, een royalen tuin van twee erven met een zomerhuisje ten einde daarvan aan de Dieze, staande tusschen het huis van Anthonij van Hulst ex uno en het huis, genaamd het Land van belofte ex alio, strekkende van achter dit laatste huis tot aan de Dieze, - voor schuld verkocht aan Adriana Tarremans weduwe yan Seger Crayvanger, woonachtig te Rotterdam.
Het daarop volgend huis het Schaapshoofd, thans genummerd 34 en 32, werd in 1629 (Reg. n° 365 f. 348) verkocht aan Jan van Vucht. Diens dochter Heylken van Vucht weduwe van Nicolaas van Vechel verkocht 18 Januari 1700 (Reg. n° 513 f. 123) de helft in dit huis aan Willem van Hulst, koopman te den Bosch, die toen reeds eigenaar was van de wederhelft daarvan doordien deze ze 3 November 1698 (Reg. n° 511 f. 221) gekocht had van Jan van Cronenburg als man van Elisabeth Venix c.s. (welke die wederhelft geërfd hadden van Nicolaas van Vechel en diens echtgenoote Heylken van Vucht voornoemd, haddende gezegde Nicolaas van Vechel, welke als man van Heylken van Vucht reeds eigenaar was van de helft in dit huis, de wederhelft daarvan 2 December 1671 (Reg. n° 471 f. 70) gekocht van zijnen zwager Anthony Janszn van Vucht weduwnaar van Margriet, dochter van Huybert van Heesch, als lasthebber hunner dochter Adriaantje).
| 322 |
Genoemde Willem van Hulst kocht 7 Februari 1707 (Reg. n° 485 f. 203 vso) van Jacobus van Welhuysen bij dit huis nog een ledig erf, gelegen achter het huis de Klokken, begrensd ex uno door het erf van zijn huis het Schaapshoofd, ex alio door eenen gang, loopende naar de bleek van den heer van 's Gravesande, welk ledig erf door zijnen vader Johan van Welhuysen 27 Januari 1693 gekocht was van Laureyns Vercamp, in diens hoedanigheid van voogd over diens kinderen.
Hierop volgde marktwaarts het huis, genaamd de Klokken (thans genummerd 30), welk huis 8 Februari 1670 (Reg. n° 470 f. 129), - als wanneer het gezegd werd te zijn: huis met erf, tuin, plaats, waarop een achterhuis had gestaan en het recht van gebruik van eenen gang 2), loopende langs dat huis tot aan de Dieze, staande het tusschen het huis van Gerard Jacobszn van Rundt 3) ex uno en seker huys, hof ende poortje, toecomende aan de erffgenaemen van Juffr. Judith van Bierbeeck, eenen ganck tusschen byde liggende, ex alio ende streckende voor van de straet tot liet poortken aldaer by den bleyckvelt mette heymuere tusscken dese erffenisse ende het bleyckvelt staende, - door Catharina Nieulaet weduwe van Balthasar van Druenen en Johan Maes als man van Theodora van Gestel Willemsdr, bij gerechtelijke uitwinning verkocht werd aan Gerrit Vercamp Gerritszn. Laureyns Vercamp, chirurgijn te den Bosch, als vader en voogd over zijne drie minderjarige kinderen, door hem verwekt bij Wilhelmina van Beuchem, voor 1/4; Mechelina, Wilhelmina, Allegonda, Paulina, Anthony en Gerardus, kinderen van Anthony van Walschuth en Micolaeske Vercamp, ook voor 1/4; Rogier van Zuylen als vader en voogd over Catharina van Zuylen, door hem verwekt bij Maria Vercamp, eveneens voor 1/4 en Johan Spinnenwyl te Haarlem als gehuwd met Christina van der Haegen weduwe van genoemden Gerrit Gerritszn
| 323 |
Vercamp, voor het overige 1/4, allen als erfgenamen van laatstgenoemden Vercamp, (wiens zoon was gezegde Laureyns Vercamp), verkochten 22 Januari 1693 het huis de Klokken, dat toen gezegd werd te staan tusschen dat van Juffr. van Vechel ex uno en dat van van Heck ex alio en zich achterwaarts uit te strekken tot aan het poortje bij het bleekveld, aan Jan van Welhuysen. Jau Henrixzn Turne als man van Catharina van Welhuysen, c.s. verkochten in 1719 (Reg. n° 539 f. 110 vso) dit huis, dat nu gezegd werd te staan tusschen dat van Sr van Hulst ex uno en dat van Leonard van Heek ex alio en zich achterwaarts uit te strekken tot aan het erf van gezegden van Hulst, weder aan den broodbakker Henrick van Nimwegen. Johan van Hanswijk, die in den Bosch 24 Januari 1710 gedoopt was als zoon van Willem van Hanswyk en Cecilia van Wynbergen 4), kocht successievelijk de huizen de Klokken en het Schaapskoofd. Den 18 April 1754 (Reg. n° 575 f. 307 vso) had hij reeds van de curators over de verlaten boedels van Rogier Bakkers, Adriana Tarremans weduwe van Seger Crayvanger en Anna Maria Tarremans weduwe van Jean François Gast, welke blijkbaar met elkander tot het drijven eener suikerraffinaderij in compagnieschap hadden gehandeld en tot dat bedrijf de beide na te melden huizen zullen hebben ingericht, — gekocht de huizen het Land van Belofte en het Gekroonde Ramshoofd, die nu gezegd werden te zijn: „een hegte, sterke, doortimmerde en wel geconditioneerde zuykerraffinaderye van drie pannen, mitsgaders moderne huysinge, pakhuysen, solders, agterhuysinge, thuyn en thuynhuys, uitkomende aan de rieviere de Dieze, gestaan op den Vugterendijk, zijnde de twee huysingen, op welkers erve de rafinaderye is getimmert en opgerigt, het eene genaamt het Gekroonde Ramskoofd en het andere het Land van Belofte, aan de weduwe Craeyvanger aangekomen in twee distincte schepenbrieven van 2 Mei 1739.
| 324 |
Van Johan van Hanswijk voornoemd erfde gezegde vier huizen zijne weduwe Johanna Maria Catharina van Hyssel 5) en van haar hun beider kinderen: a. mr Antonie van Hanswyk, hoogschout der Stad en Meierij van den Bosch, die 15 Maart 1751 huwde met Catharina Goverdina Bles, geboren en wonende te Tilburg 6); b. Wilhelmina van Hanswyk, die in 1758 huwde met mr Stephanus Rosendaal Jacob Frederikszoon, geboren te Rotterdam; c. mr Johannes Wilhelmus van Hanswyk 7), allen wonende te den Bosch; d. mr Nicolaas Johannes van Hanswyk, wonende te Amsterdam; e. Wilhelmus Petrus van Hanswyk, wonende te Rotterdam; f. Johanna Margaretha van Hanswyk, voor welke bij plaatsvervulling optraden de vier minderjarige kinderen, geboren uit haar huwelijk met Jan Dirk van Heemskerk; dezen verkochten bedoelde vier huizen met erven 24 Augustus 1796 aan Catharina van den Heuvel 8), huisvrouw van Adrianus Franciscus Mulders, bierbrouwer en later ook nog wethouder te den Bosch; zij werden toen omschreven als volgt: a. eene huyzinge, koetshuis en stallinge op den Vugterdijk, ex uno de navolgende huizinge, de suikerrafinaderye, ex alio een straatje, strekkende van gezegde straat tot aan de suikerrafinaderye; b. eene huizinge en suikerrafinaderye met de pakhuizinge en gereedschappen, ex uno voormelde huizinge, ex alio de huizinge den Bril 9); c. tuin, tuinkamer en koepel agter de rafinaderye, ex uno na te melden bleek en ex alio, strekkende van de rafinaderye tot aan de Dieze en hebbende uitgang door voormeld straatje; d. eene lindebleek, bestaande in binnen- en buitenbleek met de bleekerswoning en door het straatje uitkomende op den Vugterdijk, ex uno Constant Mourick 10), ex alio voormelde tuin en achterwaarts zich uitstrekkende met een brug over de waterstroom.
| 325 |
Noten | |
1. | Deze had zijn huis, dat de Bril heette, 29 Nov. 1679 bij gerechtelijke uitwinning gekocht. (Reg. n° 475 f. 24). |
2. | Men zie over dien gang akte van 28 April 1599 in Reg. n° 262 f. 387 vso. |
3. | Dit huis was het huis, genaamd het Schaapshoofd. Zie akten Reg. n° 306 f. 103 vso en id. n° 424 f. 269. |
4. | Hun andere zoon Anthony van Hanswyk werd aldaar 12 Januari 1707 gedoopt en huwde in 1736 met Petronella Ragay weduwe van Godfried Fettmenger. |
5. | Hij was met haar gehuwd in 1739. |
6. | Taxandria XVII p. 220. |
7. | Hij huwde in 1773 met Debora Bouwens, woonachtig op het Kasteel Durendaal onder Oisterwijk. |
8. | Zij was de dochter van Nicolaas van den Heuvel en Geertrui Gast, de dochter van François en Maria Bos. |
9. | De naam van dit huis was oudtijds In den Roymeulen, later de Vergulde bril, nog later de Gekroonde bril; het stond Vughtwaarts naast het huis de Gulden bierton, dat weder stond naast het huis In de drie zwanen. |