M. Bimmel, 14 november 2003
BeschrijvingAlgemeen:Uit de jaren ‘50 van de twintigste eeuw daterende wederopbouwboerderij, bestaande uit een lang, driebeukig stalgedeelte evenwijdig aan de straat en een breder, dwars op de kopse zijde geplaatst woongedeelte. De boerderij is traditioneel van opzet; beide delen omvatten een begane grond niveau en een zolderverdieping onder een hoog zadeldak met wolfseinden. Het langsdeel is zowel aan de voor- als aan de achterzijde voorzien van een afgetopte Vlaamse gevel met dakschild. Het hele dak is gedekt met gesmoorde verbeterde Hollandse dakpannen. In de late 20ste eeuw is het pand aan de achterzijde uitgebreid met een éénlaags aanbouw onder een plat dak.Voorgevel (straatzijde):Voor het opgaand muurwerk in het algemeen geldt dat de gevels zijn geplaatst op een met een kleine sprong teruggelegd, met portlandcement plat vol gevoegd trasraam. Het bovenliggende muurwerk is opgemetseld in kruisverband en voorzien van een verdiepte voeg.De gevelindeling is grotendeels nog de oorspronkelijke. In het midden, ter plaatse van de uitgemetselde afgetopte Vlaamse gevel, bevindt zich een brede, aan de bovenzijde getoogde deur met daarboven een dubbel hooiluik. De Vlaamse gevel is gemetseld met vlechtingen en een uitgemetselde strekkenlaag. Aan weerszijden van de deuropening bevinden zich vier respectievelijk zes vensteropeningen, die zowel aan de onder- als aan de bovenzijde van een rollaag voorzien zijn. Zowel de kozijnen als het raamhout zijn vernieuwd. Deze reeks vensters wordt aan de linkerzijde afgesloten met twee moderne vensters, die geplaatst zijn in nieuw aangebrachte gevelopeningen. Het metselwerk rondom is over de volle hoogte van de gevel opnieuw opgemetseld. De deur en het venster links hiervan behoren nog tot de oorspronkelijke situatie. Boven de deur van kraaldelen bevindt zich een (klappend) vierruits bovenlicht. Het venster is tweeledig van opzet, ge-scheiden door een vaste middenstijl met aan weerszijden twee zesruits draairamen. De ramen kunnen met luiken gesloten worden. Typerend voor deze vensters is de traditionele opzet met het relatief zwaar gedimensioneerd kozijnhout en de kleine roedenindeling in de bovenlichten. De gevelindeling in de kopgevel van het dwarsgeplaatst woongedeelte is nog geheel oorspronkelijk, evenals de vensters zelf. Rechts bevindt zich een kruisvenster met vaste onderramen en vallende zes-ruits bovenlichten. Enkel de onderramen kunnen gesloten worden met luiken. Geheel links is een kloostervenster. De twee vensters op de verdieping, die door een smalle gemetselde muurdam van elkaar gescheiden | 1 |
zijn, zijn tweeledig van opzet, in het midden gescheiden door een vaste middenstijl met aan weerszijden twee zesruits draairamen. De gevel eindigt met een sobere, uitgemetselde lijst van strekkenlagen met daartussen een steenshoge rollaag, waarop de licht overkragende bakgoot rust. In het dakvlak bevinden zich drie brede houten dakkapelen met plat dak, met daarin twee zesruits draairamen.Linkerzijgevel:De linkerzijgevel vormt de representatieve gevel van het woonhuis. De gevel omvat één bouwlaag en is drie vensterassen breed. De voordeur is in het midden van de gevel gepositioneerd. Het ingangsportaal kenmerkt zich door een verzorgde, ambachtelijke vormgeving. Het kozijn waarin de nog originele deur is geplaatst, heeft aan de bovenzijde afgeronde hoeken. Aan beide zijden bevindt zich een smal en hoog drie-ruits venster op een gemetselde borstwering. De luifel is aan de onderzijde uitgevoerd met cassetten en in het bovenliggende muurwerk verankerd met twee ankerstangen. Boven de luifel is een vierruits bovenlicht boven de deur. Aan weerszijden bevindt zich een kruisvenster, gelijk aan de kruisvensters in de gevel aan de straatzijde.Rechterzijgevel:In schoon metselwerk opgetrokken kopgevel, eindigend met vlechtingen en een uitgemetselde strekken- danwel koppenlaag. Gelijktijdig met de uitbouw aan de achterzijde, is in deze gevel een moderne entree met luifel gerealiseerd. Zowel links als rechts bevinden zich kleine vierkante stalramen, met vernieuwde vierruits vensters. De voormalige stalfunctie van het langsdeel is tevens nog te herleiden aan de hand van het hoge hooiluik dat zich op zolderniveau bevindt. Rechts hiervan is nog een oorspronkelijk venster met opvallend dik kozijnhout en een kleine roedenindeling. Links lijkt zich een soortgelijk venster te bevinden; door een dicht rolluik is dit echter niet goed te zien.Achtergevel:De langgerekte achtergevel is in opzet grotendeels gelijk aan de voorgevel. Tegen het linkerdeel is recent een eenlaags aanbouw met een plat dak gebouwd ten behoeve van een zaal waartoe ook dit deel van de gevel is uitgebroken. Het overige deel van de gevel, horende bij het voormalig staldeel, omvat een aantal getoogde en aan de bovenzijde rechte doorgangen. Hiertussen bevinden zich kleinere en grotere vensters, alle ge-plaatst in de oorspronkelijke gevelopening. Voor de vierruits vensters geldt dat zowel het kozijn- als het raamhout vernieuwd zijn. Rechts in de gevel bevinden zich nog enkele originele één-ruits vensters. In de kopgevel van het woongedeelte is ter plaatse van een vensteropening recent een deuropening met een kleine uitgebouwde portiek gerealiseerd. Het kruiskozijn rechts hiervan is nog origineel en in opzet gelijk aan de kruisvensters in de overige gevels van het woongedeelte. De twee vensters op zolderniveau zijn vernieuwd, waarbij ook de gevelopeningen zijn gewijzigd: bij beide zijkanten van de gevelopening is de hoek van het metselwerk vernieuwd.Interieur:Het interieur maakt geen deel uit van dit onderzoek. | 2 |
Redengevende omschrijvingDeze uit de jaren ‘50 daterende wederopbouwboerderij heeft monumentale waarde vanwege de onaangetaste, grotendeels nog oorspronkelijke bouwmassa en de markante ligging van dit pand aan de Peter de Gorterstraat. Het pand vormt een goed voorbeeld van de kort na de Tweede Wereldoorlog gebouwde boerderijen en is daarmee representatief voor een bepaalde bouwperiode.Het pand heeft ensemblewaarde. | 3 |