A.F.A.M. Wetzer, 18 april 2009

Klooster - Landhuis - Psychiatrische inrichting

Rosmalen, Berlicumseweg 8G

In 1434 stichtte Vrouwe Milla uit Kampen op de plaats die de naam Coudewater droeg een klooster, waarin geleefd ging worden volgens de regel van de heilige Birgitta van Zweden.
Het was een dubbelklooster, een voor vrouwen en een voor mannen, zoals dat in de orde van de H. Birgitta gebruikelijk was. Het geheel stond onder leding van een abdis, die naast zich een priorin voor het vrouwe klooster en een prior voor het mannenklooster had.
Aan de keuze voor de locatie Coudewater door Milla van Kampen is een legende verbonden over de landman Peter de Gorter, die zag, dat zijn bijen in hun korf van was een kloosterje hadden gevormd. Hun gezoem daaromheen klonk als een hemels lied en voor Peter de Gorter was dit een teken, dat God daar een klooster verlangde.
Vrouwe Milla, die in Kampen niet slaagde in het stichten van een klooster, hoorde wat Peter de Gorter was overkomen en bood hem aan op zijn land een klooster te bouwen.
Dat werd het klooster Coudewater, ook wel Mariënwater geheten. Het kende gedurende meer dan een eeuw een rustig en bloeiend bestaan. Vanuit Coudewater werd een aantal dochterkloosters gesticht.
Aan dit rustige bestaan kwam een eind op 24 augustus 1566, toen Coudewater de onlusten van de beeldenstorm ondervond. Enkele jaren later, in 1572, moesten de paters en zusters vluchten naar 's-Hertogenbosch.
Pas in 1584 konden zij terugkeren baan Coudewater. Het aantal paters en zusters was zeer geslonken. In 1591 telde het convent van de zusters nog zestien leden, dat van de paters slechts twee. In de decennia daarna kon Coudewater zich van de tegenslagen herstellen. Maar de ellendige tijden herleefden tijdens de belegering van 's-Hertogenbosch en na de val van de stad. Na de inneming van 's-Hertogenbosch in 1629 door Frederik Hendrik braken opnieuw zwarte tijden aan, die tot de ondergang van de beide kloosters zouden leiden.
In 1648, na de Vrede van Munster, kregen de paters opdracht te vertrekken. De zusters mochten voorlopig blijven, maar zij mochten geen nieuwe zusters aannemen. Het was de bedoeling dat het klooster zou uitsterven.
Inmiddels waren al hun bezittingen geconfisceerd. Zij leefden van een alimentatie van de rente van hun bezittingen. De paters vertrokken in 1652 naar Hoboken bij Antwerpen. Eén pater bleef als rector voor de zusters in het klooster achter.
De zusters hebben zich lang verzet tegen vertrek, maar verlieten in 1713 toch het klooster van Coudewater. Zij gingen naar Uden, waar zij uit voorzorg in 1711 een huis, het kasteeltje Vorstenburg, hadden aangekocht. Dit werd de abdij Maria Refugie die daar thans nog gevestigd is.
Coudewater 130 jaar psychiatrisch ziekenhuis in beeld (2000)
Benaming
Jaar
Naam
Bron
1527
Caudewater
Stads Rekeningen van het jaar 1527-1528. Deel 1, blz 448
1604
Convent vande Cauwater
Stads Rekeningen van het jaar 1604-1605. Deel 2, blz 1163
MIP

Klooster (XVI-XVII) - Landhuis - Zwakzinnigeninrichting (1870)

18
Monumenten Inventarisatie Project (MIP)
Rijksmonument

Berlicumseweg 8

Rijksdienst voor de Monumentenzorg 2004
Smits

Voormalige kloosters in complex Coudewater

Berlicumseweg 8

697
Jan Smits, Vademecum van religieuzen en hun kloosters in Noord-Brabant (Alphen aan de Maas 2010) 697
Artikelen
1922

C.J. Zwijsen

Uit de doodenlijst (Obituarium) van Mariënwaeter of Couwater
Bossche Bijdragen V (1922) 187-196
 
1930

W. Nolet

De Zusters Birgittinessen in Nederland
Katholiek Nederland II ('s-Gravenhage 1932) 166-167
 
1986

Redactie

Mariënwater
Encyclopedie van Noord-Brabant 3 (1986) 31-32
 
1996

Harry Boekwijt

Bouwhistorisch onderzoek Landhuis Coudewater: een kloostervleugel uit ca. 1513
's-Hertogenbosch 4 (1996) 153-155
2003

Martien Veekens

• Klooster Koudewater in Maasland
• De Legende van de Abdij Mariënwater
Rosmalla 2 (2003) 12-14
 
2003

Martien Veekens

• Personen die bij de stichting een rol speelden
• Bourgondiërs kenden Rosmalen
• Het scriptorium van Mariënwater
• De Meester van Koudewater
• Kunstschatten uit Mariënwater
• Mariënwater als moederklooster
• Mariënboom te Kalkar
• Maria Kruis te Hoboken
• Maria Refugie te Uden
• Birgittijn Gerard en het Rosmalens Gilde
• Judocus Roosen, Pastoor te Rosmalen
• Birgittijns Kruis in de Rosmalense dorpsvlag
Rosmalla 2 (2003) 24-47
 
2010

Jan Smits

Voormalig H. Hartklooster, huis Van Meeuwen
in: Vademecum van religieuzen en hun kloosters in Noord-Brabant (2010) 700
 
2013

Abdij Coudewater krijgt haar driehonderd jaar oude naam terug

Hoeveel mensen zullen weten dat de Abdij op Landgoed Coudewater ooit Mariënwater heette? Bijna niemand, denkt Leo Balmer die al twintig jaar gids is op het landgoed. „Het oude hoofdgebouw, zo staat het bekend.”
Linda Akkermans | Brabants Dagblad dinsdag 30 april 2013 | 28
 
2013

Redactie

Naam oude hoofdgebouw op Coudewater weer ‘Mariënwater’.
Brabants Dagblad woensdag 28 augustus 2013 | 31
 
Boeken
2018

Bronnen van Coudewater

Dr. Lucas G.C.M. van Dijck

Birgitta van Zweden en haar kloosters in de Lage Landen
De Birgittakloosters in de Nederlanden zijn allen voortgekomen uit het moederklooster Coudewater te Rosmalen, dat in 1437 vanuit Stralsund opgericht werd en nog steeds vanaf 1713 te Uden bestaat. Het betreft hier de huidige gemeenten Brielle (1483-1533), Soest (1460-1619), Gouda (1477-1551), Utrecht (1434-1580), Kampen (1456-1582) en Dendermonde (1466-1784).
De geschiedenis van de eerste twee eeuwen van Mariënwater te Coudewater en zijdelings ook van de genoemde dochterkloosters wordt thans in een omvangrijke publicatie op de markt gebracht. Het werk van 530 pagina's belicht uitgebreid de stichtingsfasen, de samenstelling van monialen en monniken, en voor bijna alle kloosters tevens de ondergang. De stichteres te Rosmalen was Milla van Campen, de eerste sponsoren waren Peter die Gorter en zijn vrouw Aleid Troyaes. Het boek wordt verlucht met een 30 tal afbeeldingen van vóór 1700.
Daarnaast wordt uitgebreid aandacht besteed aan de Bossche kroniekschrijfster en Birgittines Maria van Oss (ca. 1422-1507), ingetreden te Coudewater, later abdis te Dendermonde, die ons een zeldzame kroniek heeft nagelaten. Het boek wordt afgesloten met de complete tekstuitgave van de kloosterregel van Birgitta van Zweden. Ook zijn de obituaria in detail bewerkt en getranscribeerd.
Joenvanaken | 's-Hertogenbosch 2018
 
Exterieur

ca 1900

1989

1989

Onbekend
Interieur

Onbekend

29 april 2009

29 april 2009

29 april 2009
Kelders

Onbekend

29 april 2009

29 april 2009

29 april 2009
Open Monumentendag
2010

Landhuis Coudewater

Berlicumseweg 8, Rosmalen

Landhuis Coudewater, gelegen in een fraai park in landschapsstijl, dateert in aanleg uit het einde van de middeleeuwen. Aanvankelijk was het een dubbelklooster van de orde van Sint-Birgitta. De nu bepleisterde buitenmuren, gangmuur, kelders en kapconstructie (gedateerd 1512) van het middelste deel van het landhuis zijn hiervan het laatste restant. In 1713 verhuisde het klooster en werd Coudewater een landgoed waar welgestelde families woonden. In 1870 werd Coudewater aangekocht door de Maatschappij tot verpleging van Krankzinnigen op het land. In de loop der tijd werden diverse vrijstaande verpleegvilla’s rondom het landhuis gebouwd, maar ook een woning voor de geneesheer-directeur, technische en huishoudelijke gebouwen en een klooster.
Magazine Open Monumentendag (2010) 60
 
Raadsbesluiten
2009

Trouwzaal Coudewater

Het college beantwoordt de vragen van mw. Schults-Pols van de VVD-fractie over de trouwlocatie Coudewater in Rosmalen. Het college heeft nogmaals afgetast of het mogelijk is om de trouwlocatie te behouden. Er is duidelijk gebleken dat Signum zoveel ruimteproblemen heeft, dat zij hiervoor geen enkele mogelijkheid zien.
B&W Besluitenlijst 23 juni 2009
 
Stadsrekeningen
1542 Kapittel 10.
Het convent van coudenwater.
R.A. van Zuijlen, Inventaris der Archieven van de Stad 's-Hertogenbosch 1 ('s-Hertogenbosch 1866) 591
 
1543 Kapittel 122.
De schuttersgilden trekken naar het klooster Coudewater, om de zwarte ruiters te verdrijven die dat klooster geweldadig ingedrongen waren.
R.A. van Zuijlen, Inventaris der Archieven van de Stad 's-Hertogenbosch 1 ('s-Hertogenbosch 1866) 619
 
1604 Kapittel 16.
De slobben, in het klooster Caudewater, tijdens de verrassing van Grave achtergebleven, te 's Hertogenbosch gebragt.
R.A. van Zuijlen, Inventaris der Archieven van de Stad 's-Hertogenbosch 2 ('s-Hertogenbosch 1866) 1163
 
Literatuur en bronnenpublicaties

Henk Henkes, Van den Raethuys tot Stadhuis (2016) 221

n: vermelding in een voetnoot