Gerard Monté, 8 september 2001
Context(Bouw)historieHet pand Postelstraat 30-32, vroeger genaamd "De Groote St. Antonis", ligt aan de westelijke zijde van de Postelstraat, op de hoek met het Lamstraatje.Dit typisch middeleeuwse hoekhuis van het Bossche type, met nog een tweede achterhuis, is in de tweede helft van de 19e eeuw sterk verbouwd. In de zijgevel langs het Lamstraatje is duidelijk te zien dat de begane grond (met de kelder) nog dateert uit de middeleeuwen. De voorgevel, met de oorspronkelijke winkelpui, de twee verdiepingen en de kap dateren geheel uit de 19e eeuw. In 1932 wordt in deze 19de-eeuwse houten pui de huidige venster- en deurinvulling geplaatst. In dat zelfde jaar is de 1-laags achterbouw met plat dak op het achtererf gebouwd, waarbij een deel van de bestaande tuinmuur ter plaatse gebruikt is. Het pandje dat helemaal achter op het erf staat en grenst aan de Dieze behoort tegenwoordig niet meer tot het perceel Postelstraat 30-32. Op de kadastrale minuut van ca. 1823 staat er op deze plek nog geen bebouwing aangegeven. Op de verdiepingen zijn in 2000 enkele appartementen gerealiseerd. Ten behoeve van deze appartementen wordt ook de indeling van de achtergevel gewijzigd. LiggingDe Postelstraat dankt zijn naam aan het voormalige Refugiehuis van de nog altijd bestaande Abdij van Postel. De Abdij had in 1258 van een vrijgevige Bossche poorter, Lambertus Sus genaamd, daar een huis gekregen. De Capucijnenpoort, destijds het Oude Waterstraatje, leidde er via een bruggetje over de Dieze heen.Het perceel waar nu Postelstraat 30-32 op staat behoorde tot ver in de 19de eeuw tot het rechter buurpand "Het Wit Lam", Postelstraat 36 (kadastrale minuut 1823), en liep van straat tot stroom. Het Lamstraatje is naar dit pand vernoemd. In de loop van de 19de eeuw is het perceel opgedeeld. Tegenwoordig hoort ook het pandje aan de Dieze niet meer bij het perceel van Postelstraat 30-32. In de zijgevel aan het Lamstraatje is de toegang tot Lamstraatje 1 opgenomen. BeschrijvingAlgemeen (hoofdvorm, kap)Het pand bestaat uit een voorhuis en twee vaste achterhuizen. Het voorhuis omvat een kelder (niet meer toegankelijk), hoge begane grond, twee verdiepingen en een zolder onder een zadeldak met voor- en achterdakschild. Dit dak is gedekt met gesmoorde Hollandse pannen. Het twee vaste achterhuizen hebben een kelder, hoge begane grond, verdieping en zolder onder een zadeldak met een klein dakschild aan de achterzijde.Op het achtererf staat een éénlaags werkplaatsje met een plat dak uit 1932. VoorgevelDe hoge twee vensterassen brede voorgevel is opgetrokken in baksteen (kruisverband) en heeft op de begane grond nog de oorspronkelijke 19de-eeuwse houten winkelpui met pilasters, getoogde bovenlichten, hardstenen borstwering en een kroonlijst op consoles. Op de hoeken in pleisterwerk uitgevoerde hoekblokken. Rechts zit de ingang tot de appartementen (30, 32 en 32A) op de verdieping. De deur dateert uit 1932, net als de invulling van de bovenlichten (glas-in-lood), het etalagevenster en de ingang tot het kantoor links. Zowel op de eerste als tweede verdieping twee getoogde vensters met een geprofileerde omlijsting (stucwerk) en een | 1 |
kuifje. De kozijnen en ramen van deze vensters zijn in 2000 naar het oude voorbeeld vernieuwd. Onder de vensters een hardstenen lekdorpel. De gevel wordt afgesloten door een hoofdgestel met architraaf, fries met verdiepte velden en een kroonlijst op drie consoles. ZijgevelsHet pand wordt rechts begrensd door bebouwing. De linker zijgevel ligt aan het Lamstraatje. Zoals gezegd zijn de verdiepingen in de 19de eeuw vernieuwd. Dit is zichtbaar in het metselwerk van de zijgevel. Het metselwerk ter hoogte van de kelder en begane grond dateert uit de 16de eeuw, terwijl het hoger gelegen metselwerk duidelijk met machinale baksteen is gebouwd. De begane grond is over de gehele breedte van de gevel geschilderd, over de resten van pleisterwerk.Over de gehele breedte van de gevel zijn in deze bouwlaag vier (dichtgezette) kelderlichten zichtbaar. De drie vensters met 8-ruits schuiframen in de begane grond zijn tijdens de verbouwingswerkzaamheden in 2000 nieuw aangebracht. Net voor het eerste achterhuis zit een kleine ingang in de gevel. Van de vier bestaande vensters op de eerste verdieping zijn de kozijnen en T-schuiframen vernieuwd. Dit geldt ook voor de kozijnen en | 2 |
T-schuiframen op de tweede verdieping van het voorhuis. Boven alle vensters een rollaag en er onder een hardstenen lekdorpel. Tussen het voorhuis en het eerste achterhuis is geen bouwnaad zichtbaar, ook niet op de begane grond. Er kan dus aangenomen worden dat beiden gelijktijdig gebouwd zijn. De balkankers van het eerste en tweede achterhuis zijn identiek aan elkaar (S-vorm). Dit wijst op een gelijktijdige bouw. In het geveldeel van het voorhuis zijn staafankers zichtbaar. De gevel (voorhuis en achterhuizen) wordt afgesloten door een eenvoudige gootlijst. Tussen het tweede achterhuis en de oude werkplaats uit 1932 staat een gepleisterde tuinmuur met een poort naar Lamstraatje 1 (verdieping tweede achterhuis). De zijgevel van het werkplaatsje is opgetrokken in baksteen (kruisverband) en bevat twee liggende tweelichten. AchtergevelDe achtergevel (van het tweede achterhuis) is gepleisterd en de gevelindeling is in 2000 gewijzigd. De begane grond is vanuit de openbare ruimte niet zichtbaar, maar op de ontwerp tekening uit 2000 is op de begane grond rechts een rondboogingang aangegeven met deur en zijlicht en links dubbele openslaande deuren met bovenlicht.Op de verdieping zijn twee gevelopeningen met openslaande deuren met 2-ruits bovenlicht en Frans balkon zichtbaar. In de geveltop zit een venster met 4-ruits valraam. De afgeknotte topgevel wordt afgesloten door een eenvoudige daklijst. Ruimtelijke indeling:Op de ontwerptekening uit 2000 is de ruimtelijke indeling van het pand als volgt weergegeven: De gehele begane grond van het pand (voorhuis en achterhuizen) is in gebruik als kantoor. De brandmuur tussen voorhuis en achterhuis is grotendeels bewaard gebleven. De ingang in de zijgevel, net voor deze brandmuur, geeft aan dat de trap oorspronkelijk op deze traditionele plaats zal hebben gezeten. In de gang tegen de rechter zijgevel zit de opgang naar de appartementen op de verdiepingen. De indeling van de verdiepingen is in 2000, ten behoeve van de nieuw te realiseren appartementen, gewijzigd.De achterhuizen zijn onderkeldert (tongewelf). Gezien het bouwspoor van een kelderlicht in de zijgevel ter plaatse van het voorhuis, bezat ook het voorhuis een kelder. ConstructiesUit documentatie blijkt dat het pand (voorhuis en achterhuizen) samengestelde eerste verdiepingsbalklagen heeft. In het eerste achterhuis is een sleutelstuk aangetroffen. De overige balklagen zijn 19de-eeuws en vermoedelijk enkelvoudig. Over de samenstelling van de kapconstructie is geen documentatie voorhanden. Wel is bekend dat deze dateert uit de 19de eeuw.Interieurelementen:Op foto's uit 1999 is een fraai gedetailleerde trap zichtbaar (voorhuis, naar zolderverdieping) en stucplafonds op de eerste verdieping van het voorhuis.Erf, bijgebouwen, diversenOp het achtererf staat een voormalig éénlaags werkplaatsje uit 1932. Deze is tegenwoordig in gebruik als berging ten behoeve van de appartementen in het hoofdgebouw. | 3 |
Motivering voor plaatsing op de gemeentelijke monumentenlijst1. Architectonische en stedenbouwkundige waardenAls voormalige 19e-eeuwse winkel-woning, gelegen op de hoek van de Postelstraat met het Lamstraatje heeft het pand Postelstraat 30-32 stedenbouwkundige waarde. Tevens is het van belang vanwege de ligging op een oud kavel dat tot halverwege de 19de-eeuw doorliep tot aan de achterliggende Dieze en onderdeel was van het perceel van het rechter buurpand, waarmee wordt verwezen naar de historische verkavelingsstructuren in dit gedeelte van de binnenstad van 's-Hertogenbosch. De voorgevel is een gaaf bewaard gebleven en goed voorbeeld van winkel-woning architectuur uit de tweede helft van de 19de eeuw, waardoor het pand een architectonische waarde heeft.2. Bouw- en/of kunsthistorische waardenHet laat 19de-eeuwse pand heeft een waardevolle middeleeuwse kern, waarvan de kelder en het muurwerk van de begane grond bewaard zijn gebleven. Ook zijn er in het pand nog oude samengestelde balklagen aanwezig. Het pand heeft dan ook een hoge bouwhistorische waarde.5. Cultuurhistorische waardenAls voormalige en nog goed als zodanig herkenbaar winkel-woning uit de tweede helft van de 19de eeuw met een middeleeuwse kern, heeft het pand cultuurhistorische waarde. Het pand is representatief voor de ontwikkelingen in de tweede helft van de 19e eeuw, toen vele oude huizen in de Bossche binnenstad geheel of gedeeltelijk werden vernieuwd en vaak van nieuwe voorgevels werden voorzien.Het object Postelstraat 30-32 - Lamstraatje 1, een in kern middeleeuws hoekpand met voorhuis en twee vaste achterhuizen, is op basis van bovenstaande criteria beschermenswaardig als gemeentelijk monument in de gemeente ‘s-Hertogenbosch. | 4 |
| 44 |
2002 |
Dit van oorsprong middeleeuws hoekhuis is van het gangbare Bossche type, dat wil zeggen onderverdeeld in een voor- en onderkelderd achterhuis. Het pand is in de tweede helft van de 19e eeuw aanzienlijk verbouwd, waarbij vanaf de eerste verdieping het pand geheel is herbouwd met twee nieuwe verdiepingen en een kap. In de zijgevel langs het Lamstraatje is duidelijk te zien dat alleen de begane grond (en kelder) nog dateert uit de middeleeuwse periode. De voorgevel, met oorspronkelijke winkelpui, dateert geheel uit de 19e eeuwse bouwperiode. Recentelijk zijn tijdens de herstellng van het winkelinterieur de oorspronkelijke 15e eeuwse moer- en kinderbalken teruggevonden, na het verwijderen van het verlaagde plafond. Deze zijn door de huidige eigenaar weer in zicht gebracht.
Gemeente 's-Hertogenbosch 2002
|
1822 | Petronella Valkenburg (koopvrouw) |
1865 | H.N. Boerrigter (1e luitenent bij het 2e regement vestingartillerie) - G.M. van de Ven (assuradeur en expediteur) |
1875 | D. Molenaar (gepens. kapit. O.I. leger) |
1908 | F.C. Dicker (huis- en decoratieschilder) |
1910 | F.C. Dicker (huisschilder) |
1928 | A. Niewold - J.W. Niewold - mej. M.A.M. Niewold |
1943 | Th.W.C. de Groot (schoenmaker) |
19?? | Jan de Raad (Antiques & Interior) |
1908 | J.H.A. van Ravenhorst (leeraar R.H.B.S. en gymn.) |
1910 | H.P. van Hoof (broodbakker) - J.H.A. van Ravenhorst (leeraar R.H.B.S. en gymn.) |
1923 | Johannes van den Berg (bouwkundige) |
1928 | J. van den Berg - H.P. van Hoof - wed. R. Rozenstraten |
1943 | F.W.H. Creemers (vertegenwoordiger) - N.W.H. Creemers (kantoorbed. in stofzuigerszaak) - J.G.A.A. van Dijk (winkelbediende) - M.P.E. van Zelst (adm. stalenmeubelfabriek) |