IJ.Th. Heins, 1997
Redengevende omschrijvingPastorie, gebouwd omstreeks 1885, van twee bouwlagen en een schilddak.De voormalige pastorie is uitgevoerd in een sobere classicistische stijl. Het gebouw bevindt zich ten zuiden van de R.K. kerk, waarmee het via een gang is verbonden, en bestaat uit twee bouwlagen en een schilddak. De gevels zijn gemetseld in kruisverband. De vijf traveeën brede voorgevel is voorzien van een lage vooruitspringende plint, die niet de doorlopende hardstenen onderdorpels van de begane grond vensters een basement vormt. Ter hoogte van de verdiepingsbalklaag wordt de gevel gedeeld door een horizontale hardstenen band. Centraal in voorgevel bevindt zich de ingang, die is uitgevoerd met een hardstenen geprofileerde omlijsting, voluut consoles, een architraaf en lijstwerk. Het houten deurkozijn, waarin een paneeldeur met snijwerk versiering is opgenomen, heeft een bovenlicht. De houten luifel ter hoogte van de bovenkant van de deur op geprofileerde zandstenen consoles is secundair aangebracht. Voor de deur ligt een gemetselde stoep. In de vensters aan weerszijden van de ingang bevinden zich houten raamkozijnen met stalen ramen die acht ruiten bevatten. De vijf verdiepingsvensters hebben identieke zes-ruits ramen. Een horizontale band waarboven schoon metselwerk suggereert een fries, waar boven een weinig overstekende houten bakgoot is geplaatst. Het dak is gedekt met leien. In rechter zijgevel bevinden zich vijf vensters, gelijk aan die in voorgevel en één blindnis. Het pand is van cultuurhistorische waarde vanwege zijn nog gaaf aanwezige, architectuur in een sobere classicistische stijl en als historisch onderdeel van de religieuze geschiedenis van de gemeente. | 1 |
2015 |
Kerk en Kerkmuseumin de kerktorenDe eerste kerk, gewijd aan Sint-Jans Onthoofding werd in de 14e eeuw gebouwd op de dekzandrug aan de rand van de Maaslandse polder. De kerk werd tijdens de Tachtigjarige Oorlog in 1635 door de hervormden in beslag genomen. Toen de katholieken de kerk na de Franse tijd terug konden krijgen, was die enorm verwaarloosd en stond, als de Beerse Overlaat werkte, regelmatig in het water van de overstroomde polder. In 1857 werd besloten een nieuwe kerk op hogere gronden te bouwen en werd als voorganger van de huidige kerk een neogotische parochiekerk met pastorie gebouwd. Architect was Hendrik van Tulder. Deze kerk werd tijdens de oorlog in 1944 door beschietingen verwoest. Na de bevrijding werd in 1950 een nieuwe kerk gebouwd naar ontwerp van architect J. Magis in de traditionele architectuur van de Delftse school, al schrijven sommigen deze toe aan de hieraan verwante architectuur van de Bossche School. De toren werd pas in 1958 afgebouwd, omdat de benodigde bakstenen aanvankelijk voor de wederopbouw van Nederland nodig waren. De kerk is een driebeukige basiliek met een massieve westtoren en halfronde apsis. In het middenschip en de zijbeuken ziet u, naast veel heiligenbeelden, siersmeedwerk van edelsmeden zoals Guillaume Cordang uit ’s-Hertogenbosch en Toon van Amelsvoort uit Nuland. De kruisweg en de Calvarieberg op het eerste spant werd geschilderd door Pieter Geraedts uit Warmond. In het kerkmuseum ziet u liturgische voorwerpen zoals misgewaden, kandelaars, flambouwen, kelken, missalen en communiebenodigdheden. Het museum bevindt zich in de toren op de plek van het voormalige zangkoor.
Magazine Open Monumentendag (2015) 62
|