A.G. Oldenmenger, 20 november 2003
BeschrijvingAlgemeen:Bouwblok van vier beneden- en bovenwoningen, gebouwd in sobere Amsterdamse Schoolstijl. Het bestaat uit drie niveaus, namelijk een begane grond, een eerste verdieping en een zolderverdieping. Het bouwblok is voorzien van een mansardedak, dat doorloopt over de belendende bebouwing aan de rechterzijde (Van Noremborghstraat 91-93-95-97) en is gedekt met gesmoorde verbeterde Hollandse pannen. Voor een eventuele onderkeldering zijn geen aanwijzingen.Voorgevel:De voorgevel kent een spiegelsymmetrische opzet van tweemaal drie vensterassen. Het opgaand muurwerk is opgetrokken in kruisverband en staat op een uitgemetseld trasraam in kruisverband, vervaardigd van een iets donkerder steen. Karakteristiek voor de gevels als totaalbeeld is de afwisseling tussen de horizontale geleding op de buitenste vensterassen en de verticale opbouw van de vier middelste vensterassen. In het midden bevinden zich vier deuren op een rij, die toegang geven tot respectievelijk de benedenen de bovenwoningen. Alle deuren zijn nog de oorspronkelijke en hebben een strakke, geometrische vormgeving. Boven de deur bevindt zich een iets smaller, met glas-in-lood gevuld bovenlicht met verticale roeden. De deuropening is geaccentueerd met twee gemetselde pilasters die vanaf de uitspringende plint zijn opgemetseld tot de bovenzijde van het deurkozijn. De onderste en bovenste baksteenlagen zijn gecementeerd, waardoor het lijkt alsof de pilasters aan de onder- en bovenzijde zijn voorzien van een blok natuursteen. Het muurwerk boven het bovenlicht is gedecoreerd met een driehoek van siermetselwerk. De verticale, rijzige opbouw van deze vier vensterassen wordt voortgezet op de verdieping met vier smalle staande vensters, zogenaamde laddervensters (draairamen). Aan de bovenzijde sluiten deze vensters met een houten lijst die de breedte van de vensteropening heeft, aan op de uitstekende bakgoot. In sterk contrast hiermee zijn de brede, samengestelde vensters op de buitenste twee vensterassen. Het venster op de begane grond, geplaatst op het uitgemetselde trasraam, is identiek aan het venster op de verdieping. Het onderste deel van de venster wordt gevormd door een driekantige erker die niet buiten het gevelvlak steekt maar is opgenomen in een gevelopening die zich met overhoeks gemetselde neggen verdiept. Deze erker heeft een breed draairaam in het middelste deel en twee vaste, smalle ramen in de zijstukken. | 1 |
Het hierboven gelegen deel ligt in hetzelfde vlak als het opgaand muurwerk bestaat uit een door horizontale roeden geleed venster, waarin weer een onderverdeling is gemaakt met verticale roeden. Het bovenste deel van dit raam is bewegend (valraam); in plaats van een roede is hier een kalf aangebracht. Ter accentuering van het horizontale karakter van het venster, zijn de verschillende raamdelen voorzien van een smal in gekleurd glas-in-lood uitgevoerde rand. Het samengestelde raam is geplaatst in een opvallend breed gedimensioneerd kozijn, dat hierdoor gaat fungeren als omlijsting van de gevelopening. Het muurwerk tussen de gevelopening op de begane grond en het venster op de eerste verdieping is uitgevoerd met een fries van siermetselwerk, bestaande uit uitgemetselde strekkenlagen, afgewisseld met banen verticaal gemetselde stenen op hun plat. Net als de smalle vensters op de middelste as, sluit het bovenste venster met een houten lijst van kraaldelen aan op de gootlijst. In het dakvlak bevindt zich, een reeks dakkapellen met een spits zadeldakje, geplaatst in het verlengde van de vensterassen van de gevel.Linkerzijgevel:Niet zichtbaar.Rechterzijgevel:Niet zichtbaar.Achtergevel:Niet zichtbaar.Interieur:Het interieur behoort niet tot de context van dit onderzoek.Redengevende omschrijvingHet bouwblok Van Noremborghstraat 99-105 is beeldbepalend en heeft monumentale waarde vanwege de bouwstijl en bijzondere vormgeving van de gevels met belangwekkende details en vanwege de in originele staat verkerende karakteristieke bouwmassa. De panden hebben monumentale waarde als particuliere middenstandswoningen aan één van de hoofdstraten van de in de jaren ‘20 van de 20ste eeuw tot stand gekomen uitbreidingswijk De Muntel. De panden hebben ensemblewaarde vanwege de architectonische en visuele eenheid die deze vormen met de panden nr. 91-97 en vanwege hun plaats in de gevelrij in het algemeen. | 2 |