G.J. Dukker
Dit betrekkelijk smalle pand vormde met de beide buurpanden één breed perceel van 70 voet (zie bij Markt 7/7a). Hierop stond een stenen huis, waarvan de fundering van de voorgevel in 1991 vóór de huidige rooilijn is waargenomen. Het metselwerk kan gezien de baksteen- | 360 |
formaten nog uit de 13de eeuw stammen en is in relatie te brengen met het baksteenwerk in het naastgelegen pand Markt 7/7a. Samen met beide buurpanden vormde het een stenen gebouw dat evenwijdig aan de Markt stond. Dit grote pand, het huis 'De Groenenborch', moet een buitenwerkse maat van circa 8,50 x 20 m gehad hebben. Waarschijnlijk was het door dwarsmuren verdeeld. De linker zijmuur in de kelder van nummer 9 is waarschijnlijk de fundering van deze dwarsmuur. Na de deling van het perceel van 'De Groenenborch' zijn op de linkerhelft twee kleinere panden gebouwd, waarvan de bakstenen zijmuur op de fundering van de oudere tussenmuur in de kelder is gezet. De rechter zijmuur van het smallere pand is ook nog gedeeltelijk uit deze bouwperiode, die gezien de baksteenformaten in de 15de eeuw geplaatst moet worden. Beide zijmuren werden voorzien van trapgevels, zodat er een smal pand evenwijdig aan de Markt ontstond met een hoge asymmetrische kap, die aan de achterzijde lager doorliep. J. A. van Beerstraten tekent in de 17de eeuw het langspand met zijn uitkragende houten langsgevel en stenen zijgevel met grote trappen zoals het er na de bouw in de 15de eeuw zal hebben uitgezien. Onder het hele pand werd een kelder aangelegd, die in verbinding werd gebracht met een keldertje onder de straat. Gezien de baksteenformaten kan een gedeelte van het metselwerk van het straatkeldertje nog in de 14de eeuw gedateerd worden. In het begin van de 16de eeuw is Peterken Brueders, de weduwe van Jan van Amstel de bezitster van het pand. Zij betaalt ook de hertogcijns van ¼ deel van het gehele perceel. Haar erfgenamen verkopen het huis aan de kannengieter Jan Nagels. Hij wordt aangeslagen voor twee schouwen en één fornuis. De huurder van de kelder moet voor één schouw betalen. Er zijn nog meer huurders, waaronder een ijzerkoopman, die niet worden aangeslagen voor een stookplaats. Het pand bezat een houten gevel die tussen 1730 en 1777 vervangen is door een nieuwe stenen lijstgevel. In 1952 is het geheel vernieuwd, zodat alleen in de kelders en de zijmuren nog bouwhistorische zaken aanwezig zijn. | 361 |
Voorkelder, kelder eind 16e eeuw zeker aanwezig. |
Lammers, Apotheek233. "Het gekroond Vosken". Na 1610 "De witte Flesh". | 31 |
1865 | P.J. Kijn (apotheker) |
1869 | P.J. Kijn (apotheker) |
1875 | P.J. Kijn (apotheker) |
1881 | P.J. Kijn (apotheker) |
1908 | J.C. Eisma (firma P.J. Kijn) apotheker |
1910 | J.C. Eisma (firma P.J. Kijn) apotheker - mej. G. Sijbrandij (adsistente) |
1928 | J.C. Eisma |
1943 | Eisma (apotheek) - A. Eisma-Bouma |
A.F.O. van Sasse van Ysselt, De voorname huizen en gebouwen van 's-Hertogenbosch (1910) III. 442