Moderne gevels zie je tegenwoordig genoeg in de Bossche binnenstad. Maar dikwijls stond er eens een oud gebouw waar veel gebeurd is. Zo natuurlijk ook achter de voorgevel van: St.-Jorisstraat 36-42. De Sint-Jorisstraat ontleent aan de kapel van De Oude Schuts haar naam. Reeds in 1411 bezat dit schuttersgilde deze kapel, toegewijd aan hun patroonheilige, Sint Joris. Natuurlijk was er op het altaar een beeld van hem aanwezig: „Sint Joris... met sijne volle wapenen te perde met harnas, lance ende sweert gelijck behoort... hebbende den draecke onder den perde liggende ende de lance daerover gebroken sijnde, heet het uijtgetrocke swerdt in de hant om den draecke daermede voorts te verwinnen.” In het begin van de achttiende eeuw werd deze kapel - waar na 1629 geen godsdienstoefeningen meer werden gehouden - in drieën gesplitst en afzonderlijk verkocht. Ze kregen de funktie van woon- of pakhuis. In één van deze huizen werd op 11 mei 1865 Jan Hendrik Leopold geboren, als zoon van Martinus Leopold en van Anna Elizabet Plaat. Vader Martinus Leopold was leraar aan de Rijks Kweekschool. Toen hij enkele jaren later elders benoemd werd, vertrok het gezin uit 's-Hertogenbosch. De kleine Jan Hendrik zal weinig opgestoken hebben van 's-Hertogenbosch: hij was er te klein voor. Zo zal hij zeker niet de studenten gezien hebben die naar de vijftig meter van zijn huis in dezelfde straat gelegen Koninklijke School hebben gelopen. Leopold werd later leraar in Rotterdam, maar heeft vooral landelijke bekendheid gekregen als dichter. Hij debuteerde honderd jaar geleden, in 1893. Zijn poëzie wordt gekenmerkt als uiterst individueel en tragisch. Van een groot meesterschap getuigen zijn vertalingen van hem verwante mystiek van de Perzische dichter Omar Khayyam. Jan Hendrik Leopold overleed in 1925. In zijn nalatenschap vond men op enkele snippers papier enige regels vol wijsheid en inzicht die zijn levensprogramma bevatten: „O rijkdom van het onvoltooide. De mogelijkheid der gedachten. De strikte dwang der werkelijkheid.” De eerste regel van dit 'gedicht' vormt tevens de titel van een boek over de geschiedenis van de Bossche Hogeschool en diens voorgangers waaronder de Koninklijke School, dat deze week verschenen is. Precies een eeuw na het debuut van Leopold. De bebouwing ter plekke werd enige jaren geleden definitief gesloopt. Archeologisch onderzoek toonde in 1979 - voordat er nieuwbouw op het terrein zou plaatsvinden - aan dat rond 1400 de Sint-Joriskapel gebouwd werd. De Oude Schuts was het enige Bossche gilde dat over een eigen kapel beschikte; andere gilden hadden eigen altaren in een bestaande kerk. Trouwens: nergens elders in Nederland is bekend dat een gilde een eigen, aparte kapel bezat. Er gebeurde dus veel opmerkelijks achter deze moderne voorgevel. |
1993 |
Henny MolhuysenAchter de voorgevel : RijkdomBrabants Dagblad donderdag 4 november 1993 |
1865 | M. Leopold (3e onderwijzer aan 's rijks kweekschool voor onderwijzers) |
1875 | J.P. Leijendekker (candidaat-notaris) |
1881 | gez. J.T. Verhagen (partikuliere) |
1908 | A.J. Scheerstra (commissionair) |
1910 | A.J. Scheerstra (handelsagent) |
1923 | Maria J.E. Bruijn (zonder) - Johannes M. van Erp (boekhouder) |
1928 | Petrus de Bruin - G.H.J. Huijboom - mej. S.W.M. Huijboom |
1943 | H.A. Kennis (onderwijzeres) - wed. A.M. Kennis-Vaes - E.M.P. Scheefhals |
1979 | appartement |
1908 | C.M.Th. Rouppe van der Voort (wijnhandelaar, agent inbraakverz.-Maatschappij Nederl. Lloyd) |
1910 | H.M.Th. Rouppe van der Voort (wijnhandelaar, agent inbraakverz.-Maatschappij Nederl. Lloyd) |
1919 | fa. K. Rouppe van der Voort (wijnhandel) |
1943 | N.V. Lederimportmij. Kogel en Kalf (handel in schoenfornituren) |
19?? | pakhuis |
1979 | appartement 1e verdieping |
1910 | H.M.Th. Rouppe van der Voort (wijnhandelaar, agent inbraakverz.-Maatschappij Nederl. Lloyd) |
1919 | fa. K. Rouppe van der Voort (wijnhandel) |
1928 | Kantoor Lederhandel J. de Beer |
1943 | N.V. Lederimportmij. Kogel en Kalf (handel in schoenfornituren) |
19?? | kantoor |
1979 | appartement 2e verdieping |
1894 | J. van Grinsven (fabrikant in gouden en zilveren werken) |
1910 | J.G. van Grinsven (particulier) |
19?? | vervallen |
1979 | appartement 3e verdieping |