Op de hoek van de Hinthamerstraat-Nieuwstraat bevindt zich een fraai pand, een van de eerste stenen huizen van Den Bosch zoals ze voortaan gebouwd werden na de grote stadsbrandf in 1463. Onder de naam Salon 'De Roosekrans' huizen er nu een koekhuis en chocolaterie. Ooit was het een rijtjeshuis, dat hoekpand werd toen het naastgelegen pand in 1644 werd gesloopt om plaats te maken voor de aanleg van een nieuwe straat: de Nieuwstraat dus. | 126 |
Als rijksmonument staat het pand Hinthamerstraat 40 te boek als ‘een goed bewaard laatmiddeleeuws winkel-woonhuis’ met voorhuis, achterhuis en kelders. Het staat reeds vanaf omstreeks 1649 bekend onder de naam De Roosekrans, weet Huub Finkers, sinds 1993 de eigenaar van de chocolaterie. Wat hij toen, in 1993, niet wist was het verrassende feit dat zijn grootmoeder het in 1924 kocht en aldaar tot 1937 of daaromtrent een chocolaterie had… Zij het zonder ook salon te zijn. ‘Onze zaak heeft dus een generatie overgeslagen’, lacht Finkers. Deze ontdekking is er een van puur toeval. Nadat de oma van Finkers de zaak had verkocht toen ze ging trouwen, werd Th. Kok de nieuwe eigenaar, die er een tabakswinkel vestigde. Toen nazaten van deze Th. Kok, nieuwsgierig hoe de zaak er nu uitzag, eens een kop koffie gingen drinken in Salon ‘De Roosekrans’, kwam boven tafel dat ze in het bezit waren van oude foto’s met daarop een jonge vrouw, die de oma van Finkers bleek te zijn. ‘Overigens’, vertelt Huub Finkers verder, ‘heet alleen de oude voorbouw De Roosekrans. Het tweede stuk was De oude Geuzenschool. Waar die naam vandaan komt weet ik niet. Ik weet trouwens ook niet of er ooit een school gestaan heeft.’ DriedimensionaalAls ‘kenmerkend voorbeeld van het middeleeuwse Bossche woonhuistype’ bestaat het pand ‘De Roosekrans’ uit een voorhuis en een vast achterhuis met kelder, van elkaar gescheiden door een dwarsmuur met stookplaatsen, zeg maar een brandmuur. Onder de voorzijde van het voorhuis zit ook een kleine kelder, een heel mooie kelder met dwars geplaatst tongewelf met enkele gewelfde nissen. Aan de linkerzijde van het pand heeft zich oorspronkelijk de toegang tot een kloostergang bevonden, die leidde naar het vroegere Predikherenklooster. Aan die zijde is tijdens bouwhistorisch onderzoek in 1993 een eiken deurkozijn aangetroffen, alsmede de oorspronkelijke opening met daarboven resten van een spitsboog.‘Tijdens dit bouwhistorisch onderzoek’, zo vertelt Huub Finkers verder in een historisch tekstje dat aan de menukaart is toegevoegd, ‘zijn in de vroegere opkamer boven de kelder resten aangetroffen van een laatzestiende-eeuwse muurschildering. Aan de hand van een reconstructietekening is de nieuwe pleisterlaag beschilderd naar het voorbeeld van het origineel. De muurschildering, bestaande uit zogeheten diamantkoppen, heeft dankzij een bijzondere schilderstechniek een verrassend driedimensionaal effect.’ Merkwaardig genoeg oogt de muurschildering door de vlakverdeling overigens vrij modern. Finkers: ‘In de woonmagazines van tegenwoordig zie je dit motief regelmatig terug.’ RijkdomDe voorgevel van ‘De Roosekrans’ – je zou het een ‘voorzetgevel’ kunnen noemen – dateert van de negentiende eeuw. Huub Finkers wijst erop hoe hoog de ‘voorzetgevel’ is. Van het erachter gelegen zadeldak is niets meer te zien. ‘Een teken van rijkdom, want als je centen had moest je dat laten zien door een gevel die hoger was dan die van de buren…’ De voorgevel is een witgeschilderde bakstenen lijstgevel. Aan de achterzijde heeft het pand een in baksteen gemetselde trapgevel met op de trappen nog de originele afdekking van gemetselde ezelsruggen. ‘Een van de oudste trapgevels van Den Bosch’, etaleert Huub Finkers zijn trots. | 127 |
De voorgevel is in de tweede helft van de negentiende eeuw voorzien van een zeer fraaie houten winkelpui die vroeger twee deuren had. Nu volstaat één deur, die toegang geeft tot een mooi winkelinterieur, daterend van 1916, dat eveneens zorgvuldig is gerestaureerd. Het bijna volledig aanwezige houtimitatie-interieur – ‘dat zat er al in toen mijn oma hier begon’ – is gehandhaafd en voor zover nodig hersteld. De decoratief gevulde vitrinekasten reiken tot het plafond. Tussen voor- en achterhuis bevindt zich een glas-inloodraam. In het achterhuis fungeren opkamer en kelder als salon de café. In de blauwgrijs getinte opkamer met muurschildering rust het groenblauwe plafond op de originele moer- en kinderbalken, die een monumentale aanblik hebben. Langs de wanden zorgen flambouwachtig geornamenteerde schemerlampen met een diffuus licht voor een warme sfeer. Oude kaarsnissen zijn nog wel zichtbaar maar niet meer als zodanig in gebruik. De kelder ligt half onder straatniveau en is voorzien van een hedendaags balkenplafond. De oude, originele balken waren min of meer vergaan. De oplettende kijker kan nog zien dat het plafond vijf centimeter verhoogd is, zoals ook de vloer een centimeter of twintig uitgediept moest worden opdat de ruimte kon voldoen aan de horeca-eisen. Een ovendeur die nog afkomstig is uit de voormalige koekbakkerij van Suys is als decoratie op de muur gemetseld. Decoratief is ook het hekje rond het trapgat dat naar de kelder onder het voorhuis leidt. Dat hekje heeft ooit in de Sint-Jacobkerk, thans Jheronimus Bosch Art Center, gestaan als afsluiting van de doopkapel. Extra mooiDe bovengelegen woning – het afgelopen jaar opnieuw bewoonbaar gemaakt – kent tegenwoordig een eigen opgang, gelegen aan de Nieuwstraat. Op weg naar de deur – met bovenlicht – passeren we de gepleisterde zijgevel. Op die gevel zijn niet alleen de opvallende vork-, kruis-, en staafankers de aandacht waard, maar ook een Mariabeeldje dat daar in 1995 is aangebracht. Achter de voordeur – met bovenlicht – geeft een wat krap bemeten trapportaal toegang tot de bovenwoning, die twee verdiepingen omvat. Met gestukadoorde wanden en plafonds is het woongedeelte op de onderste van de twee verdiepingen helemaal ‘anno nu’, met veel ramen die behalve de Hinthamerstraat ook de toren van de Sint-Jan in beeld brengen. De tweede verdieping van de bovenwoning is ondanks het lelijke houten dakbeschot veel interessanter, want daar lopen de oude balken nog dwars doorheen. Aan de voorste balk zijn twee ijzeren trekhaken bevestigd die de ‘voorzetgevel’ een steuntje in de rug geven. Aan de balken is nog duidelijk te zien dat het hout van bomen afkomstig is. Dat maakt ze extra mooi. | 128 |
De kelder aan de zijkant is de kelder van een voormalig buurpand dat aanwezig was toen de Nieuwstraat nog niet bestond. Deze kelder is dus geen typische voorkelder als uitbreiding van de opslagmogelijkheden, maar een restant van een voormalige woning. |
Oranje-bazar269. "De Roosekrans". Achter dit pand in de Nieuwstraat "De Geuzenschool". Officiële naam reeds in 1700. | 33 |
Typisch Bosch woonhuis. Was vroeger geen hoekhuis, werd dat pas toen in 1644 een pand werd gesloopt ten behoeve van de aanleg van de Nieuwstraat. Trapgevel met ezelsruggen. De voorgevel is gebouwd in de 19e eeuw, evenals de fraaie winkelpui. Winkel met insteekkamer en tussenkamer met hangkamer. Een kopie van een 15e eeuwse diamantkoppenschildering, geschilderd door Christiaan van Lith, zit in de muur van de opkamer. Deze oude muurschilderingen zijn restanten, zij zijn zoveel mogelijk gereconstrueerd en opnieuw aangebracht. Zij zijn vanaf de Nieuwstraat goed te zien. De achterkamer is hoger dan het voorhuis. Onder de achterkamer zit een kelder die half onder het straatniveau is gebouwd. Ook onder het voorhuis is een kelder. De kelder stond eeuwen geleden in verbinding met het klooster van de Predikheren. In de zijgevel is in februari 1995 een Mariabeeldje aangebracht dat is gemaakt door Cornel Snels uit Heeswijk-Dinther. Het pand kreeg op 2 april 1995 de Kringplaquette gemaakt door Henk v.d. Baast en onthuld door Wethouder Claessens. |
2010 |
De RoosekransDit huis, in de 19e eeuw ingedeeld als winkel met bovenwoning, heeft een 15e-eeuwse oorsprong met de typisch Bossche indeling in voor- en achterhuis.Het was een huis in de rij, maar sinds de aanleg van de Nieuwstraat in de 17e eeuw is het een hoekpand. De winkelpui is laat-19e-eeuws, de betimmering van het interieur is het resultaat van een verbouwing in 1916, waarbij de middeleeuwse insteekverdieping van het voorhuis gehandhaafd bleef. In de kamer boven de kelder van het achterhuis is een muurschildering gereconstrueerd, daterend uit de tweede helft van de 16e eeuw.
Magazine Open Monumentendag (2010)
|
|
2015 |
Salon de RoosenkransDit huis, in de 19e eeuw ingedeeld als winkel met bovenwoning, heeft een 15e-eeuwse oorsprong en behoort tot het kenmerkende Bossche huistype met een voor- en achterhuis. Oorspronkelijk was het een huis ‘in de rij’. Sinds de aanleg van de Nieuwstraat in de 17e eeuw is het een hoekpand. Aan de linkerzijde van het pand bevond zich oorspronkelijk een hoofdtoegang tot het daarachter gelegen Predikherenklooster. De laat 19e-eeuwse voorgevel van het pand heeft een winkelpui uit dezelfde periode. De betimmeringen van het interieur zijn het resultaat van een verbouwing in 1916. Daarbij bleef de middeleeuwse insteekverdieping van het voorhuis gehandhaafd, evenals de verdiepingsvloeren en kapconstructie (15e-eeuws). In de kamer boven de kelder van het achterhuis is een muurschildering gereconstrueerd, daterend uit de tweede helft van de 16e eeuw.Bezoek ook Salon de Roosenkrans, Orthenstraat 280 waar u kunt zien hoe de ‘Bossche Koek’ wordt gebakken.
Magazine Open Monumentendag (2015) 21
|
1865 | wed. P.H. Deventer (gepensionneerde) - A.M. Klaassen (winkelier in koloniale waren) - L.B. Loeff (2e luitenant bij het 4e regement dragonders) |
1875 | E. de Jong (onderwijzer in de gymnastie aan 's rijks kweekschool voor onderwijzers) - A.M. Klaassen (winkelier in kolonialewaren) |
1881 | wed. A.M. Klaassen (winkelier in kolonialewaren) |
1908 | H. Sanders de Leeuwe (winkelier Oranje Bazar) |
1910 | H. Sanders-de Leeuwe (winkelier, Oranje Bazar) |
1923 | Johannes P. Grovendonck (huisschilder en sigarenwinkelier) |
1928 | J.P. Grovendonck |
1936 | L. Derks (magazijn St. Jozef) |
1943 | Theo Kok (grossier in rookartikelen) |
Charles de Mooij en Aart Vos, 's-Hertogenbosch binnenskamers (1999) 17