In 2007 is er gestart met een restauratieplan van het huis genaamd "de Gulden (Houten) Hand". Tijdens de restauratie is er gelegenheid om het huis uitgebreid te documenteren waarbij er speciale aandacht uitgaat naar de nog, laatmiddeleeuwse, kapconstructies. Als basis voor dit onderzoek worden de gegevens gebruikt die zijn vervaardigd door een groep studenten van een restauratieopleiding. Het huis is een kenmerkend laatmiddeleeuws woonhuis met voor- en vast achterhuis. Van dit huis is opvallend veel bewaard gebleven zoals beide zijmuren, de kelder, de achtergevel, de balklagen en de kapconstructies (eiken dekbalkjukken met sporenspannen en dakbeschot). Op basis van een jaarringenonderzoek (dendrochronologisch onderzoek) stammen de kapconstructies, van zowel het voor- als achterhuis, uit omstreeks 1565. De achtergevel is een bijzonder fraaie topgevel met top- en schouderstukken uit eveneens de 16de eeuw (1565). In de gevel zijn bogen zichtbaar die de plaats aangeven van de oorspronkelijke vensters. In het huis zijn consoles aangetroffen die eveneens in de 16de te dateren zijn wat het aannemelijk maakt dat het huis omstreeks 1565 moet zijn opgetrokken. Opvallend is de binnenplaats die in 1903 is aangebracht ter plaatse van de oorspronkelijke brandmuur tussen voor- en achterhuis. Het interieur van het huis stamt uit de 19de en 20ste eeuw. |
Straatman508. "De gulden of houten Hand". | 43 |
1865 | T. van Tuijn (stoelenmatter en wieldraaijer) |
1875 | L. van Tuijn (stoelenmatter en wieldraaijer) |
1881 | L. van Tuijn (wieldraaier) |
1908 | Jos. Schroeders (handelsreiziger) - E. Straatman (mr. timmerman en metselaar) |
1910 | Jos. Schroeders (handelsreiziger) - E. Straatman (mr. timmerman en metselaar) |
1923 | Laurent van Beers (schoenmaker) |
1928 | C.J. van Beers - L. van Beers |
1943 | H.J. van Dal (opperman) - A.G. van Eijck (koopman) |
1956 | C. Schaap (vishandelaar) |
Hans Boselie en Peter-Jan van der Heijden, Bossche monumenten in beeld (1975) 24