afb. Ernst van Mackelenbergh, Rosmalen
|
Iconografie: vrouw met loshangend haar en een mondain hoofddeksel, die vroom en bescheiden voor zich uit kijkt. Mara Magdalena, die door Jezus werd genezen van 'zeven duivels', was één van de vrouwen die hem in Galilea volgen en dienden (Lucas: 8,1-2; Marcus: 16,8). Deze Maria was getuige van zijn kruisiging en trof met de twee andere Maria's het lege graf aan na de verrijzenis. Volgens Markus (16,9) was Maria Magdalena de eerste aan wie de verrezen Christus verscheen, waar Johannes (10,11-18) nog aan toevoegt dat de Heer haar een boodschap gaf voor de apostelen. Elders in het Nieuwe Testament komt nog een niet bij naam genoemde zondares voor (Lukas: 7,37) en Maria van Bethanië, de zuster van Lazarus en Martha (Lukas: 10,38-42). De westerse kerk beschouwt sinds Augustinus en Gregorius de Grote deze drie vrouwen als één en dezelfde persoon. De latere in de twaalfde eeuw gevormde legende verhaalt dat Maria Magdalena na Christus' dood naar de Provence trok en daar dertig jaar als kluizenares leefde. Ze zou te Saint-Baume zijn begraven. | 60 |
125 Heiligenbeelden in de St. Janskathedraal te 's-Hertogenbosch (1984) 60
| 1984 |
A.M. Koldeweij en F.J. van der VaartDe 125 beelden: ikonografie en heiligenlevens125 Heiligenbeelden in de St. Janskathedraal te 's-Hertogenbosch (1984) 60 |
Nomina Benefactorum, qui insigne aliquod ornamentum dederunt Cathedrali (1856-1944) 16
Jo Claes, Alfons Claes en Kathy Vincke, Sanctus : Meer dan 500 heiligen herkennen (2004) 286
Ronald Glaudemans, De Sint-Jan te 's-Hertogenbosch : Bouwgeschiedenis en bouwsculptuur 1250-1550 (2017) 156
Paul Spapens, Kees van Kemenade, 366 Heiligendagen (2005) 268-269