afb. Daria Scagliola, 22 oktober 2013
|
Tegen de zuidgevel van de doopkapel bevond zich een steunbeer met een waterspuwer die op verschillende tekeningen van voor de restauratie te zien is. De steunbeer bevond zich op de grens van de grotendeels afgebroken veertiende-eeuwse zuidbeuk en de onvoltooide, ruimer en hoger opgezette zestiende-eeuwse zijbeuk. Toen de laatste in 1882 werd afgebouwd met een neogotische travee, raakte de betreffende steunbeer met spuwer aan de doopkapel ingebouwd, en kwam deze te vervallen. De spuwer die op die plek was gesitueerd kent dan ook geen negentiende-eeuwse kopie, maar is alleen in de vorm van een afgietsel in de bouwloods bewaard gebleven. Het betreft een lange, smalle, bijna kokervormige spuwer die wat de vorm betreft a-typisch is voor de Sint-Jan. De wijze waarop de kop is vormgegeven, met grote bolle ogen, diepe oogkassen en geprononceerde wenkbrauwen, lijkt echter veel op de koppen van de drie hierna te bespreken spuwers. Verder vallen de grote achterover liggende oren op en een soort drakenvleugels aan de zijkanten van het lijf. | 65 |
Ronald Glaudemans, De Sint-Jan te 's-Hertogenbosch : Bouwgeschiedenis en bouwsculptuur 1250-1550 (2017) 65
Ronald Glaudemans, De Sint-Jan te 's-Hertogenbosch : Bouwgeschiedenis en bouwsculptuur 1250-1550 (2017) 64, 65