In de voormalige Casino-tuin wordt een dorp gebouwd. Ouderen onder ons herinneren dat dat eerder gebeurd is. In 1935, bij het 750-jarige bestaan van de stad, werd er een oud-'s-Hertogenbosch gebouwd. In 1953, het gouden jubileum van het Koninklijk 's-Hertogenbosch Mannenkoor, en mede bij gelegenheid van het eeuwfeest van het Koninklijk Nederlands Zangersverbond, verrees er een 'in den muziekhof' op het grasveld. Carel Briels was de algemeen en artistiek leider van het geheel. In het begin werkte ook Herman van den Eerenbeemt (de man van de stadfeesten uit 1935) mee, maar door diens plotselinge dood kon dat geen doorgang vinden. Het tuinstadje was geheel geïnspireerd op het muziekleven, waarbij ook het overige culturele leven centraal stond. Film en muziek naast mode en muziek; literatuur en muziek naast bloemen en muziek.
Mei en juni waren de maanden met het mooiste weer, zodat er een openlucht-programma geboden kon worden. Van Kikvorschen tot Concertgebouworkest. In de feestelijke maand zouden meer dan driehonderd koren optreden, er vonden balletvoorstellingen plaats en er waren twee opera's te zien en te beluisteren: 'Faust' en 'Aïda'.
Kenmerkend voor de feestelijke jubilea was niet alleen het mooie weer, maar vooral het enthousiasme dat losgeslagen was in Den Bosch. Vele jongelui troffen elkaar hier voor het eerst in een zeer plezierige sfeer. Hoevele echtparen hebben hun latere partner hier toen niet voor het eerst ontmoet?
Uit geheel Nederland trokken belangstellenden naar de muziekstad. De gemeente zorgde voor propaganda en in het blad 'Tussen de rails' presenteerde zij zich als een 'stad van cultuur, stad van arbeid, stad met oude kern en nieuwe buitenwijken'.
De relatie met carnaval was er ook: prins Amadeiro XVI bracht een bezoek aan het 'Oeteldonk Meziekdurp' en wel speciaal aan de taveerne Moeder Hendrien. De prins was hiertoe met zijn jacht vanaf sluis XI de Zuid Willemsvaart afgevaren, terugkerend van een vorstelijke jachtpartijin de watervrije moerassen. Hem werd door Hendrien zelf het traditionele 'bèkske koffie en brood met spek' aangeboden.
Koningin Juliana bracht een bezoek aan de manifestatie en vanaf de Muziekhof werd er voor het eerst een televisieprogramma vanuit 's-Hertogenbosch verzorgd. Een kwart miljoen bezoekers telde de Muziekof en zij allen bleven goede herinneringen aan het festijn houden.
Een blijvende herinnering kwam er ook. De plotseling gestorven Herman van den Eerenbeemt werd gehuldigd met een standbeeld: de harpspeelster met een instrument waarvan het water de snaren voorstelt. De harpspeelster kreeg later haar vaste plek aan de Hertog Hendriksingel.
|
Ch. C.V. Verreyt, 'Jan van Wintelrooy, zangmeester en componist te 's Hertogenbosch in de 16e eeuw' in: Taxandria (1923) 212-214