Sint-Catharinakerk, Herentals. Begijnhof.
Gregorius, 1547
In de smalle toren van de kerk op het Begijnhof hangt de Gregoriusklok van Jan Moer. Zij is bescheiden van omvang ook al wordt zij de 'grote' klok genoemd. Onder het opschrift dat aan boven- en onderzijde wordt ingesloten door een sierring zijn de bekende friezen geplaatst: aan de bovenkant een parelrand, een gotische boog met driepas en staande kruisbloemen, aan de onderkant hangende fleurs de lis. Als woordscheiding dient een rozet en het aanvangskruis heeft kruisarmen in lelievorm. Op de faussure werden vijf sierringen aangebracht, op de slagring slechts één. De klok heeft daarmee een traditionele vormgeving, zoals er vele door de klokkengieters Moer zijn vervaardigd. | 362 |
Noten | |
80. | Lehr 1981, p. 239-240. |
81. | A.P.B. He. Dagboek van pastoor A. Segers vanaf 22 augustus 1959; opschriften in notities achteraan. |
82. | Het oude Begijnhof werd door de staatse troepen tijdens de Tachtigjarige Oorlog verwoest. |
83. | Jan Cools stuurde zijn aantekeningen betreffende de klokken en de rekeningen, waarvoor ik hem zeer erkentelijk ben. |
84. | Cools 1995, p. 48. O.C.M.W. He.; F.B. He. nr.163, Kerkrekeningen 1739-1799, rek.1742-1745, fol.22v. |
85. | O.C.M.W. He.; F.B. He. nr.163, Kerkrekeningen 1739-1799, rek.1742-1745, fol.18r. |
86. | Cools geeft als bron: E. Put, Onrust in de zielzorg. J.T.J.Wellens, 17de bisschop van Antwerpen en zijn pastoraal beleid, 1776-1784, Brussel 1983, p. 74 en noot 159. |
Naam: Gregorius
Opschrift: | 69 |
L.F.W. Adriaenssen, 'De Bossche klokkengietersfamilie Moer (1450-1570)' in: Noordbrabants Historisch Jaarboek 6 (1989) 66
Elly van Loon-van de Moosdijk, Goet ende wael gheraect (2004) 58, 190, 362-363
John Vermulst, Klokkengieters uit de Bossche School 1367-1565 (2023) 69