Namen der Straten enz.Overkluizing van de Dommel in de Vuchterstraat, eenige meters van de Pastorie der St. Catharinakerk. | 81 |
Van deze brug, welke tusschen de Vughterstraat en den Vughterdijk lag, stond aan de Westzijde van eerstgemelde straat van oudsher de bierbrouwerij, genaamd de Witte Zwaan (Vughterstraat nos. 97 en 99). Den 26 November 1661 (Reg. n° 456 f. 119 vso) verkochten Mathijs van Osch c.s. dit huis, dat toen reeds eene bierbrouwerij was en gezegd werd te staan in de Vughterstraat bij de Molenbrug tusschen de Brouwkuip 1), toebehoorende aan de erven van Anthonis 2), zoon van Goijart Rutgerszn van Boxmeer, ex uno en de Witte Haan, toebehoorende aan den timmerman Hendrik Cornelissen, ex alio, aan Johan Kemp; Judocus van den Achter als weduwnaar van zijne dochter Maria Kemp verkocht l Augustus 1695 (Reg. n° 81 f. 58 vso) aan Joris van Kessel, bierbrouwer te den Bosch 3), dit huis, (waarvan nu gezegd werd, dat het oudtijds geheeten werd de Witte Zwaan en het thans heet de Zwarte Schoen, zijnde een huis met plaats, bierbrouwerij en tuin), mitsgaders het daarnaast staand huis de Witte Haan, dat ook door zijnen genoemden schoonvader was aangekocht,
| 292 | ||||||||||
staande die beide huizen in de Vughterstraat nabij de Molenbrug tusschen het huis de Brouwkuip ex uno en dat van Gijbertus Voetius ex alio. Ik heb nergens kunnen ontdekken wie deze Voetius was, als ook niet dat deze eigenaar was van laatsbedoeld huis 4); wel vond ik van dit huis in eene Bossche Schepenakte van 29 Januari 1669 vermeld, dat het op de Molenbrug naast het huis de Witte Laars stond; dat deszelfs toenmalige eigenaar Henrick van Tilborch het in 1641 nieuwgebouwd had en dat de notaris Johan Keyser het in 1669 van diens erven kocht. In het Lidmatenboek van de Nederduitsch-Hervormde gemeente van den Bosch komt over de Bossche Voetius'sen het volgende voor: 14 October 1674 Gisbertus Voetius met belijdenis (naar den Haag 24 Juni 1676); 13 Januari 1675 Gabriël Voetius met belijdenis en Januari 1686 met belijdenis Susanna Voetius op de Meulenbrugh. De bierbrouwerij de Witte Zwaan behoorde in de tweede helft der 18e eeuw 5) eerst aan Philippus Jacobus van Coenen, echtgenoot van Martina Suyskens, en voorts door koop in 1786 aan den Bosschen timmerman Willem van der Horst: deze was in 1746 gehuwd met Hendrica Catharina Marsmans, die hem deze kinderen schonk: a. mr. Lambertus Wilhelmus van der Horst, eerst raadsheer in het Departementaal Gerechtshof van Brabant te Breda, daarna president der Rechtbank van den Bosch; b. Johannes Carolus van der Horst, pastoor te Heusden; c. Maria Hendrica van der Horst; d. Petrus Gijsbertus van der Horst; e. Gerardus van der Horst, die het huis de Witte Zwaan van zijnen vader erfde en gehuwd was met Johanna Wendelina Deckeis en f. Gerardus Theodorus van der Horst.
Het eerste huis, dat men aan de overzijde van de Molenbrug, gaande naar Vught, aan zijne rechterhand kreeg was
| 293 | ||||||||||
het huis de Witte Laars (Vughterstraat n° 105), dat reeds in 1567 eene bierbrouwerij was en toen met het daarnaast zuidwaarts staand huis toebehoorde aan Jor. Nicolaas van Vladeracken, zoon van Gerard, ridder en heer van Geffen; hij verleende dat jaar daaruit eene grondrente, als wanneer die beide huizen gezegd werden te zijn: twee nieuwe huizen met erven en brouwhuis, staande aan de Vughterstraat bij de Molenbrug tusschen de Dieze en zijn erf; den 14 Januari 1576 (Reg. n° 226 f. 64 vso) verkocht hij deze beide huizen, waarvan toen gezegd werd, dat dat, hetwelk toen genaamd werd de Witte Laars, is eene bierbrouwerij, aan Zeger, zoon van wijlen Jan van Schijndel; in 1740 was het nog eene bierbrouwerij en in 1794 behoorde het toe aan Gerardus Theodorus van der Horst voornoemd. Op dit huis volgde het reeds zooeven bedoeld huis (Vughterstraat n° 107), dat eerst heette de Drie Morianen en daarna de Drie Suikerbrooden; de echtelieden Joost Loeff van der Sloot (zoon van Dirck Franchoyszn 6) en Margaretha van Beughem) en Maria Colen (die na zijnen dood hertrouwde met Heyliger van den Rose, koopman te Maastricht) hadden het 14 November 1650 voor de 1/2 van Jenneken, dochter van Hendrik Bus en Heylken en voor de andere 1/2 van genoemde Heylken, die de dochter van Jan Adriaanszn en weduwe van Hendrik Bus voornoemd was, gekocht; hunne kinderen waren:
| 294 | ||||||||||
Deze kinderen ofwel, voor zooverre zij toen reeds overleden waren, dezer kinderen verkochten 7 April 1688 (Reg. n° 479 f. 84) laatstbedoeld huis, dat toen gezegd werd te staan tusschen de Witte Leers ex uno en het erf, eertijds van Jor. Rogier van Broeckhoven, nu van Judith Karsmans, ex alio en zich uit te strekken tot aan het erf van de Witte Leers, aan Josina van Aelst weduwe van Mr. Evert van den Bergh, chirurgijn te den Bosch; dezer kinderen, zijnde: Reynier, Godefridus en Elisabeth van den Bergh, welke laatste gehuwd was met Johan van Loon, verkochten 30 November 1691 (Reg. n° 506 f. 453) dit huis aan den bierbrouwer Peter van Geffen, die later ook als eigenaar voorkomt van het daar naast staand huis de Witte Leers; hij had van zijne vrouw Catharina Maria Ransecremer deze kinderen: Margo, die gehuwd was met Pero van den Berghe en Beatrix, de huisvrouw van Hyacinthus van den Berghe; zij verkochten 21 October 1718 (Reg. n° 533 f. 219 en vlgd.) deze beide huizen aan Goyert van Arnhem, beenhouwer te den Bosch; later was het huis de Drie Suikerbrooden het eigendom van Catharina Susanna van Berckel (dochter van den Bosschen zilversmid Theodorus van Berckel en Theodora van Meverden), weduwe van den bierbrouwer Jacob Hack en later huisvrouw van Hendrick Botti en in 1794 behoorde het aan den dikwerf genoemden Gerardus Theodorus van der Horst. Op dit laatste huis volgde het na te melden gangetje, dat in het jaar 1910 is volgebouwd ter vergrooting van het huis Vughterstraat n° 107 en daarna kwam het huis de Vergulde Os, (idem n° 109), dat aan den hoek van de Vughterstraat en de straat stond, die oudtijds de Aert Berewoutstraat heette en thans alleen de Berewoutstraat genaamd is; zij ontleent dien naam aan de adellijke Bossche familie Berewout, welke daaraan een zeer aanzienlijk huis had staan, dat door laatstbedoeld gangetje met eene poort in de Vughterstraat uitkwam.
| 295 |
Noten | |
1. | Dit is het huls thans genummerd Vughterstraat 95. |
2. | Zijne weduwe en kinderen bezaten dit huis reeds in 1624. |
3. | Zijne eerste vrouw was Mechteld van Meerwijk, van wie hij had eene dochter Anna Lucia van Kessel (Reg. n° 530 f. 109 vso) en zijne tweede vrouw Aleida van Breugel, dochter van Geerling en Maria van der Linden. |
4. | Dit is thans genummerd Vughterstraat 101. |
5. | Genoemde Joris van Kessel had 24 December 1712 de huizen de Witte Zwaan en de Witte Haan getransporteerd aan zijne dochter Anna Lucia van Kessel (Reg. n° 530 f. 109 vso). Ten laste zijner erven werden deze beide huizen 28 November 1727 (Reg. n° 554 f. 103 en 104) gerechtelijk verkocht aan Wilhelmus Hofmans, bierbrouwer te den Bosch. |
6. | Deze Franchoys of Frans Loeff was de zoon van den op blz. 144 genoemden Dierck Henrickszn Loeff. |
1996 |
Peter VerhagenIn 1571 werd op last van het stadsbestuur de Binnendieze onder een aantal gemeentebruggen schoongemaakt.'s-Hertogenbosch waterstad (1996) 46 |
|
1998 |
Peter VerhagenDe Groote Stroom van de Waterpoort tot de Oude Dieze. De Molenbrug.De Binnendieze van 's-Hertogenbosch (1998) 178 |
1984 |
Het herstel van de ingestorte Molenbrug. Bron: De Binnendieze van 's-Hertogenbosch (1998) 178 |
1496 |
Kapittel 8. De stad verkoopt het molenhuis bij de molenbrug aan Jonker Dirck de Borchgreve.
R.A. van Zuijlen, Inventaris der Archieven van de Stad
|
|
1571 |
Kapittel 21. De Molenbrug.
R.A. van Zuijlen, Inventaris der Archieven van de Stad
|