afb. A.F.A.M. Wetzer, 3 februari 2008
L.J. Tombrink bericht op 22 februari 1882 aan de burgemeester van 's-Hertogenbosch, dat zijn vader, Gerardus Petrus Tombrink, op 15 februari 1882 op de begraafplaats Orthen in een verkeerd graf ter aarde is besteld. Op deze begraafplaats is een eigen graf van de familie aanwezig.1 Aan het kerkbestuur van de Sint-Jan wordt door de gemeente opheldering gevraagd en op 30 maart deelt het kerkbestuur mede, dat de kinderen Tombrink er niet aan gedacht hebben de aanspreker opdracht te geven hun vader bij te zetten in het graf van hun op 11 augustus 1872 overleden moeder.2 Het kerkbestuur heeft geen bezwaar tegen het overbrengen van het lijk van hun vader van graf 5, vak 18, regel 8, naar het graf 4, vak 9, regel 2. Op 15 maart 1882 klaagt Antonius Gerardus de Leeuw, broodbakker3, te 's-Hertogenbosch, bij de burgemeester van die plaats dat zijn moeder, Catharina de Leeuw-van Oijen, overleden te 's-Hertogenbosch op 3 februari 1882, buiten medeweten van de nabestaanden begraven is in de 2e klasse, vak 18, regel 9, graf 3. Men had echter een begrafenis verlangd in de 3e klasse, vak 16, regel 6, vak 4. Het kerkbestuur van de Sint-Jan deelt op 30 maart 1882 mede, dat een en ander te wijten is aan vergaande slordigheid van de aansprekers. Men heeft geen bezwaar tegen een herbegrafenis. Dit voorval heeft er wel toegeleid, dat de reglementaire bepalingen, die de aansprekers hebben op te volgen, herzien zijn. In beide gevallen verklaart de commissaris van politie op 2 april 1882, dat er geen bezwaren bestaan tegen het herbegraven. Wel moet twee maal 24 uur tevoren het overbegraven bekend gemaakt worden, opdat een politiebeambte aangewezen kan worden die het toezicht moet uitoefenen. | 74 |
Noten | |
1. | Ingekomen stukken burgemeester 1882, agenda 58B, stadsarchief 's-Hertogenbosch |
2. | Maria Anna Catharina de Gier, 68 jaar oud, geboren te Zaltbommel, dochter van wijlen Sebastiaan de Gier en wijlen Petronella Diepen. |
3. | Ingekomen stukken burgemeester 1882, agenda 57, 's-Hertogenbosch. |
Begraafplaats Groenendaal, aangelegd vanaf 1856 op een deel van het terrein van Fort Orthen, rechts van de grindweg van 's-Hertogenbosch naar Crèvecoeur. Op 29 april 1858 wordt de begraafplaats Orthen voor 4/5 uitgegeven aan het kerkbestuur van de St. Jan en voor 1/5 aan de Protestantse gemeenschap. De begraafplaats wordt op 5 mei 1858 gebruik genomen met de begrafenis van Johannes van Groenendaal. In 1978 wordt de begraafplaats naar hem vernoemd. Centraal in het noordwestelijke gedeelte bevindt zich een naar ontwerp van L.C. Hezenmans in Neo-Gotische vormen opgetrokken bisschopsKAPEL uit 1882 waaronder zich de crypte van de bisschoppen van 's-Hertogenbosch bevindt (onderdeel I). Iets ten oosten hiervan is een klein lijkenhuis, tegenwoordig dienstgebouw (onderdeel II) gelegen dat in 1872 in Neo-Romaanse vormen is opgetrokken. De belangrijkste grafmonumenten (onderdeel III-XXV), waaronder die van vele notabele families, bevinden zich in het noordwestelijke deel van de begraafplaats en zijn veelal gesitueerd in de directe nabijheid van de bisschopskapel in de sectie 21. Hiervan worden er 23 beschermd. De meeste bevinden zich in de nabijheid van de kapel en vormen een kwalitatief en typologisch hoogwaardige staalkaart van laat-negentiende- en vroeg twintigste-eeuwse grafsculptuur. Ze onderscheiden zich door een hoge artistieke waarde en/of de bijzondere historische betekenis van de begravenen. De grafmonumenten zijn veelal opgetrokken in een Neo-Gotische of Eclectische stijl. Op het complex bevinden zich verder enkele apart aangelegde begraafplaatsen voor: oorlogsslachtoffers (Oorlogsgravenstichting), de Zusters van de H. Carolus Borromeus, de Zusters dochters van Jezus, Maria en Jozef, de Zusters van Liefde en de Zusters Carmelitessen. De begraafplaats wordt sinds 1978 beheerd door de Stichting Solamen, die in hetzelfde jaar aan de noordzijde van het terrein een kantoor en aula heeft laten bouwen. In 1984 wordt een urnenveld in gebruik genomen. Sinds enkele jaren verplaatst de stichting de bijzondere grafmonumenten van graven die elders op de begraafplaats geruimd zijn naar de sectie 25 ten westen van de kapel om ze daar verder te onderhouden. OmschrijvingDe begraafplaats bestaat uit een groot aantal planmatig aangelegde vakken en strekt zich uit over een terrein dat aan drie zijden door wegen omgeven wordt. Aan de zuidzijde is dit de Zandzuigerstraat; aan de westzijde Orthen en aan de noordzijde de Fort Orthenlaan en Herven. Aan de oostelijke zijde grenst de begraafplaats aan het terrein van de pedagogische academie. De aanleg is parkachtig waarbij er gebruik is gemaakt van het enigszins geaccidenteerde verloop van het terrein. Op het terrein bevindt zich een weelderige vegetatie met grotendeels nog de monumentale beplanting bestaande uit onder meer beuken, esdoorns, acacia's linden en populieren. De beplanting dateert uit de periode 1930-1960. De begraafplaats is in de loop der jaren steeds in oostelijke en zuidelijke richting uitgebreid. Op het terrein is de spaarzame bebouwing gespreid aangebracht met een concentratie aan de noordzijde en enkele losstaande fragmenten op de oudere gedeelten van de aanleg. In 1986 had het terrein een totale oppervlakte van ruim 11 ha.WaarderingHet complex is van algemeen belang. Het heeft cultuurhistorische waarde als bijzondere uitdrukking van een sociale en geestelijke ontwikkeling, in het bijzonder de ontwikkeling van de katholieke grafcultuur, het is tevens van belang als illustratie van de typologische ontwikkeling van het grafmonument. Het complex heeft kunsthistorisch belang vanwege de aanwezigheid van werken van diverse beeldhouwers en architecten onder wie L.C. Hezenmans en H.C. Dobbe. Het complex heeft ensemblewaarden vanwege de onderlinge cultuurhistorische, architectuurhistorische en typologische samenhang van de verschillende onderdelen en de historisch ruimtelijke relatie met de aanwezige groenvoorzieningen. Het is gaaf bewaard gebleven en typologisch zeldzaam. |
2010 |
Begraafplaats OrthenHerven 1, OrthenDit kerkhof werd aangelegd in 1858. Eenvijfde van de 11 hectaren was voor protestanten, de rest voor rooms-katholieken Het belangrijkste bouwwerk is de Bisschopskapel uit 1882. De zeshoekige grafkapel heeft een neogotische architectuur. De kerkruimte heeft een zesdelig ribgewelf, aan de buitenzijde geschoord door zes steunberen. Op het dak staat een zeshoekige dakruiter met spits. De gevels zijn opgetrokken in baksteen, hier en daar aangevuld met zandstenen lijsten en plinten. Aan voor- en achterzijde bevinden zich lagere aanbouwen, het toegangsportaal en de uitgebouwde altaarruimte met daaronder de van de buitenzijde toegankelijke crypte. Deze ruimte is afgedekt met bakstenen troggewelfjes tussen ijzeren binten. Hier zijn in nissen bisschoppen en prelaten van het bisdom bijgezet.
Magazine Open Monumentendag (2010) 56
|
|
2015 |
Begraafplaats OrthenDit kerkhof werd aangelegd in 1858 als eerste begraafplaats buiten de binnenstad. Het was de opvolger van het kerkhof rond de Sint-Jan en de protestantse begraafplaats achter de Sint-Josephstraat. Van het ruim 11 hectare grote terrein werd 4/5e deel bestemd als rooms-katholiek kerkhof, het overige deel was voor de protestantse burgers. Het belangrijkste bouwwerk op de dodenakker is de Bisschopskapel. Deze neogotische kapel is gebouwd in 1882 naar ontwerp van de restauratiearchitect van de Sint-Jan Lambert Hezenmans. Het gebouw is, zoals de meeste historische grafkapellen, gebouwd in een veelhoekige, hier zeshoekige plattegrondvorm. De gevels zijn opgetrokken in baksteen, plaatselijk aangevuld met zandstenen lijsten en plinten.Op het dak bevindt zich een zeshoekige dakruiter. Aan de voor- en achterzijde bevinden zich lagere aanbouwen, het toegangsportaal en de uitgebouwde altaarruimte met daaronder een van de buitenzijde toegankelijke crypte. In de nissen in de wanden onder het altaar zijn de bisschoppen en prelaten van het bisdom ’s-Hertogenbosch bijgezet. De nissen zijn aan de voorzijde afgesloten door een stenen plaat met inscriptie. Op de begraafplaats zelf is een aantal als monument beschermde grafmonumenten uit de late 19e en vroege 20e eeuw bewaard gebleven, waaronder die van de families Van Beugen, Deckers, Dobbe, Halewijn, Hezenmans, Kalling-Phillipon en Lutkie-Scheffers.
Magazine Open Monumentendag (2015) 47
|
2004 |
Financiële bijdrage gieten klokHet college heeft besloten het verzoek te honoreren van de kring Vrienden van 's-Hertogenbosch om een financiële bijdrage te leveren voor het gieten van een klok voor de torenspits op de begraafplaats Groenendaal. Er is een bedrag toegekend van € 2.500,-.
B&W Besluitenlijst 27 april 2004
|
Aart Vos, 's-Hertogenbosch : De geschiedenis van een Brabantse stad 1629-1990 (1997) 291