Intern verslag 294

Archiefonderzoek naar de aanleg van de stadswal in 1542


De geschiedschrijver J.H. van Heurn zegt op blz. 407 van deel I van zijn Historie der stad en meyerye van 's Hertogenbosch (Utrecht 1776) over het jaar 1542 onder meer:
Op bevel van den Hove, werd tegen de stads muuren, een aarden wal, omtrent vier en twintig voeten dik, gelegd. Een ieder was genoodzaakt hier aan, zonder verschoning, te werken.
Om de tekst van deze ordonnantie te achterhalen en wat meer achtergrond­informatie over dit werk te verkrijgen, werd in oktober 1998 archiefonder­zoek verricht. Om te beginnen werd informatie gevraagd aan de kenner bij uitstek van de inhoud van het Bossche stadsarchief, mr. J. Hoekx. Deze kon echter alleen wijzen op een aantal mogelijkheden. Zonder resultaat werden vervolgens - naast de regesten van J.N.G. Sassen, Inventaris der archieven van de stad 's-Hertogenbosch, B (charters en privilegiebrieven van het jaar 1191-1826) ('s-Hertogenbosch 1862-1865) - de volgende archiefstuk­ken geraadpleegd:
  • de stadsrekening over 1541/42 (Oud-archief B, nr. 51);
  • ordonnanties betreffende onder meer de verdediging van de stad uit 1487-1580 (Pampiere boek; GAH, Oud-archief A, nr. 232);
  • ordonnanties van de hoge overheid en het stadsbestuur van 1530-1589 (Oud-archief A, nr. 245);
  • een register met oproepingen van gravers aan de vestingwerken van 1387-1556 (Oud-archief A, nr. 452);
  • een verzameling van aantekeningen uit onder andere ordonnanties, aange­legd door mr. A. van Heurn in 1746 (Oud-archief, nr. 565; 6 delen);
  • afschriften van privileges door mr. A. van Heurn (GAH, Coll. Prov. Gen., nr. 374; 9 delen (index in het laatste deel).
  • de index op het Bosch protocol over de delen R. 1335 (Pasen 1541-sept. 1542) tot en met 1340 (okt. 1543-sept. 1544)
Relevant maar niet ter inzage waren:
  • een portefeuille met onder meer ordonnanties (Oud-archief A, nr. 240), wegens onvindbaarheid (mogelijk zijn de stukken elders ondergebracht);
  • twee van dergelijke portefeuilles (GAH, Oud-archief A, nr. 241), wegens de slechte staat van de stukken.
Mogelijk kunnen de archieven van de centrale regering in Brussel uitkomst bieden.

Martin W.J. De Bruijn, Utrecht 16 oktober 1998