's-Hertogenbosch 10 juni 1751 - aldaar 15 september 1818Wijnkoopman. Huwde 1779 Berlicum Anna Petronella Vermeulen (Strijp 21 oktober 1760 - 's-Hertogenbosch 22 augustus 1792) (dochter van Franciscus en Sophia Amelia Vermeulen). Diverse functies in Bataafse en Franse tijd. In 1812 als op één na hoogst in het departement aangeslagen. In 1813 werd zijn inkomen op ƒ 7000,- geschat. S.P.: 'Membre de la municipalité, Receveur des droits fonciers de l'arrondissement de Bois le Duc. Negociant en vin. Membre du conseil departementale. Il est très estimé par son manière probite. M. Van Rijckevorsel est grand cultivateur et fait defricher beaucoup de terrain inculte'. | 340 |
Gedoopt 10 juni 1751 te 's Hertogenbosch (St. Jan), overleden 15 september 1818 aldaar; lid der Municipaliteit (1795,'98), het Gemeentebestuur (1803), de Vroedschap (1808) en de Vergadering van Notabelen (1814). (Ouders: Johannes en Jacoba Ermers). Huwde 11 juli 1779 te Berlicum (de Wamberg) Anna Petronella Vermeulen, gedoopt 22 oktober 1760 te Leende, begraven 25 augustus 1792 te 's Hertogenbosch (St. Janskerk). (Ouders: Franciscis en 1a Maria (Amelia) Sophia Vermeulen). |
Gedoopt in de St. Jan, St. Cathrien en St. Pieter 10 juni 1751, vader Joannis, koopman in wijnen, getrouwd 25 juni 1747 voor schepenen, moeder Jacoba Ermers (S47 en 566); ondertrouw 25 juli en trouw 11 juli 1779 voor schepenen van Berlicum met Anna Petronella Vermeulen, gedoopt te Leende 21 october 1760, dochter van Franciscus en Maria Sophia Vermeulen, begraven 25 augustus 1792 (S 259, 570 en 571 en Voorname huizen I blz. 243 en Ned. Patr. 1936 blz. 318); zeven kinderen gedoopt in de St. Jan en St. Pieter tussen 1780 en 1790 (S 48 en Ned. Patr. 1936 blz. 318-332); zoon Joannes Franciscus gedoopt 26 maart 1780, trouwt te Onsenoord, gedoopt 14 februari 1780; zoon Augustinus Theodorus gedoopt 28 april 1783 trouwt 26 februari 1810 met Everarda Francisca Halfwassenaer van Onsenoort, gedoopt 26 augustus 1784 (S 50); bij K.B. van 5 october 1843 werd aan Augustinus Theodorus de naam Van Kessel verleend, hij was toen getrouwd met Maria Adriana van Kessel; 28 juni 1798 benoemd tot lid van de municipaliteit (Van Zuylen blz. 7); maakte in 1810 nog deel uit van de gemeenteraad als plaatsvervangend wethouder (A.R.A. S.s.k.L. 115, Kon. Alm. en Bossche Alm. en R.A.N.Br. Prov. Repr. 169); bleef raadslid tot zijn overlijden (Vorsterman van Oyen III blz. 452); verzocht 22 april 1801 paspoort voor Frankrijk (A.R.A. Uitvoerend Bewind 430); krachtens Kon. Decr. van 15 juli 1806 no 1 benoemd tot gecommitteerde voor de verponding te 's-Hertogenbosch (A.R.A. Fin. 500 not. 25 augustus fff no 54); in 1808 gecommitteerde van de polder De Ham (Kon. Alm.); in 1808 en 1809 commissaris der verpondingen en wijnkoper (A.R.A. Fin. 808 en S.s.k.L. 491); in 1810 gecommitteerde voor de verponding in het ressort 's-Hertogenbosch en opperbrandmeester bij de spuit Achter het Stadhuis (Bossche Alm.); in 1812 en 1813 lid van het Departementaal Bestuur van de Monden van de Rijn en vice-president van de Godshuizen te 's-Hertogenbosch (Alm. Dép. Bouches du Rhin); komt voor op de notabelenlijst van 2 maart 1814 (Metelerkamp blz. 84 en Ned. Stcrt no 5 van 8 maart 1814); behoorde 29 maart 1814 tot de tegenstemmers van het ontwerp van de Grondwet (Allart, Verbaal blz. 39); in 1816 gecommitteerde van De Ham en Rijskampen; overleden te 's-Hertogenbosch 15 september 1818 (N.B.S. 's-Hertogenbosch en Juten, Kwartierst. II no 78). | 514 |
1904 |
RedactieThomas Cornelis van RijckevorselNederland's Adelsboek (1904) 366 |
|
1907 |
W.J.F. JutenGenealogische Kwartierstaten van Nederlandsche Katholieken uit vroeger en later tijdBergen-op-Zoom (1907) Eerste Serie, No. 80, 81, 82 |
|
1910 |
W.J.F. JutenGenealogische Kwartierstaten van Nederlandsche Katholieken uit vroeger en later tijdBergen-op-Zoom (1910) Tweede Serie, No. 78 |
|
1935 |
RedactieThomas Cornelis van RijckevorselNederland's Patriciaat (1935-36) 318-319 |
|
1958 |
H.F. van den EerenbeemtOntginningen in Noord-Brabant bij de aanvang der 19e eeuw : De activiteiten van Th.C. van Rijckevorsel, A. Martini en F. van Lanschot in VughtBrabantia 5 (1958) 113-137 |
Nederland's Adelsboek (1938) 505
Maarten van Boven, Bossche Heeren : Een biografie van het Bossche sociëteitsleven 1789-2019 (2019) 9, 35, 40, 47, 49, 72, 139, 147-148, 150, 191, 195
Klaasje Douma, De adel in Noord-Brabant, 1814-1918 (2015) 117, 125, 321; Bijlage 128, 179
Maarten Duijvendak, Rooms, rijk of regentesk (1990) 7, 49, 51, 54, 83, 99, 100 (afb.), 315, 340, 361, t5.1, t5.2, t5.3, t5.4, t10.1
H.F.J.M. van den Eerenbeemt, 's-Hertogenbosch in de Bataafse en Franse tijd (1955) 111, 217
H.F.J.M. van den Eerenbeemt, Bankieren in Brabant in de loop der eeuwen LXXIII (1987) 130, 131, 132, 241
H.F.J.M. van den Eerenbeemt, Bestaan in bedrijvigheid XXXII (1975) 96, 106, 106n, 18-110, 110n, 111, 114
F.G.G. Govers, Het geslacht en de firma F. van Lanschot 1737-1901 XXV (1989) 31, 104, 109, 208, 209
W.J.F. Juten, Kwartierstaten van Nederlandsche Katholieken (1907) No. 80, 81; (1910) No. 78
A.R.M. Mommers, Brabant van generaliteitsland tot gewest (1953) 514
Charles de Mooij, Eindelyk uit d'Onderdrukking (1988) 81, 93
J.W.M. Peijnenburg, Van Roomsche Zegeningen en Paapsche Stoutigheden (2009) 183
A.F.O. van Sasse van Ysselt, De voorname huizen en gebouwen van 's-Hertogenbosch (1910) I. 243
M.G. Wildeman, De Ridderschap van Noordbrabant (1903) No. 36, 51, 58, 73, 79, 85