1630 |
Henricus van den Leemputte
's-Hertogenbosch - † 1657
Leemputte, later vicarius generaal des kapittels, kon als kanunnik te 's Bosch verblijven, zijne jaarwedde genieten, en in het geheim de pastoreele functiën zelf uitoefenen of door andere priesters laten verrigten, zoo als voor het toedienen der H. Sacramenten noodzakelijk was en in de geheime bidplaatsen konde geschieden. Van een kapellaan is er na 1637 geen sprake meer, tot dat in het einde de XVII eeuw er meer godsdienstvrijheid was aangebroken.
Literatuur
Coppens II (1841) 153; Schutjes IV (1873) 316.
|
|
1657 |
Hieronymus Lintermans
's-Hertogenbosch - † december 1679
Het doopregister behelst, dat de plebaan Lintermans, die de bidplaats op de Kruisstraat stichtte, den 15 december 1679 eindigt.
Literatuur
Coppens II (1841) 153; Schutjes IV (1873) 317.
|
|
1679 |
Waltherus van den Boom
Waalre S.T.B.F. - † 26 october 1685
De 22 december 1679 begon van den Boom zijne herdelijke bediening.
Literatuur
Coppens II (1841) 153; Schutjes IV (1873) 317.
|
|
1685 |
Joannes van Kesssel
's-Hertogenbosch - † 24 augustus 1730
Van Kessel werd den 25 april 1691 protonotarius apostolicus, is tweemaal gekerkerd, eerst omdat hij iemand van de dwaalleer had teruggebragt, en daarna om de beruchte zaak van Sophia Albrechts; daarenboven heeft van Kessel, de eenige seculiere pastoor der stad, met vele moeijelijkheden wegens de jurisdictie moeten kampen, zooals uit een merkwaardig schrijven van 1718 blijkt. Zijne twee voorzaten waren in armoede gestorven en zijn bestaan was zoo karig, dat hem in 1718 een medehelper ontbrak. Zijn broeder Adrianus van Kessel priester, aanvankelijk bij den pastoor in bediening, was den 17 november 1688 gestorven. De aanwezige kapellaan trad van 1730 tot 1732 als deservitor op.
Literatuur
Coppens II (1841) 153; Schutjes IV (1873) 317.
|
|
1732 |
Simon van Wijdeven
's-Hertogenbosch - † 18 augustus 1743
Van Wijdeven, pastoor van Nuland 1710, plebaan van St. Jan 1732, had gelijk zijn voorganger jurisdictie over geheel de stad, de parochie St. Jacob alléén uitgezonderd.
Literatuur
Coppens II (1841) 154; Schutjes IV (1873) 317.
|
|
1745 |
Lambertus Hoex
Berchem - 's-Hertogenbosch 14 maart 1759
Hoex, in 1726 primus te Leuven, in 1745 pastoor van St. Jan deservitor van St. Pieter, kreeg tevens de dekenale waardigheid over de stad, en werd den 8 april 1756 door Benedictus XIV tot vicarius apostoliek van 's Bosch benoemd, doch is door de Staten niet erkend geworden.
Deze voortreffelijke priester stierf te 's Bosch en werd in het koor der cathedraal begraven; men betaalde voor het groot gelui ƒ 36, voor de begraafplaats ƒ 12 en voor de hooge baar ƒ2 en 10 stuivers.
Omtrent junij 1763 is de jurisdictie over de parochie St. Cathrien aan den pastoor van St. Jan ontnomen.
Literatuur
Coppens II (1841) 154; H. Bots, J. Matthey, M. Meyer, Noordbrabantse studenten 1550-1750 (1979) 374; J.W.M. Peijnenburg, Van Roomsche Zegeningen en Paapsche Stoutigheden (2009) 172; Schutjes II (1872) 155; IV (1873) 317-318.
|
|
1763 |
Joannes van Venray
's-Hertogenbosch - † 3 april 1797
Literatuur
Coppens II (1841) 154; Schutjes IV (1873) 318.
|
|
1797 |
Joannes Hoogaerts
Someren ca 1759 - 's-Hertogenbosch 30 augustus 1840 (81)
Hoogaerts behaalde te Leuven de vierde plaats in de tweede linie, werd vacantiarum prior, verklaarde in 1784 bij de reguliere kanunniken te Weert de Theologie, werd kapellaan te Veghel 1787, te 's Bosch 1790, pastoor van St. Jan en deservitor van St. Pieter 1797, provisor van het seminari 1798 en deken der stad 1803. Tijdens den ingedrongen, door keizer Napoleon I benoemden bisschop van Camp, droeg de handelswijze van den deken-plebaan de goedkeuring der geestelijken niet weg; Hoogaerts zag later de verkeerdheid daarvan in, schreef in 1814 deswege een brief van verschooning, werd den 4 julij 1829 ridder van den Nederlandschen Leeuw en stierf in den leeftijd van bijna 82 jaren.
Ofschoon de cathedraal in 1814 door Hoogaerts kon betrokken worden, verkoos hij in zijne kerk achter de Tolbrug te blijven en liet de St. Janskerk door een rector en kapellaan bedienen.
Literatuur
Coppens II (1841) 154; J.W.M. Peijnenburg, Van Roomsche Zegeningen en Paapsche Stoutigheden (2009) 179; Schutjes IV (1873) 318.
|
|
1814 |
Joannes van Cuijck
Oirschot 16 februari 1758 - 's-Hertogenbosch 4 januari 1829 (70)
Van Cuik behaalde te Leuven de tweede plaats in de derde linie, leeraarde eenigen tijd aan de Latijnsche school te Turnhout, werd in 1790 kapellaan te Schijndel en in 1803 rector der bidplaats in de Kerkstraat. Na de vernietiging dezer bidplaats nam hij maart 1814, onder den titel van rector, van de St. Janskerk bezit. Zijne eenvoudigheid, gepaard met een onvermoeiden ijver in het verkondigen van Gods woord, stichtte de geloovigen.
Literatuur
Ferd. Franssen e.a., Bossche Bijdragen (1917) I. 105; Schutjes IV (1873) 318.
|
|
1840 |
Petrus Henricus van Liempt
Druten 16 augustus 1794 - 's-Hertogenbosch 28 mei 1872 (77)
Van Liempt, geboren den 16 augustus 1794, werd kapellaan van het rectoraat in de St. Janskerk 1818, rector 1829 en in 1840 pastoor der parochie St. Jan, hoewel de naam van plebaan behouden bleef. In hetzelfde jaar 1840 werd hij deken der stad, den 28 november ridder van den Nederlandschen Leeuw en stierf te 's Bosch den 28 mei 1872.
Literatuur
Coppens II (1841) 154; Schutjes IV (1873) 319.
|
|
1856 |
Gerardus Petrus Wilmer
Boxtel 22 november 1800 - Haarlem 1 januari 1877 (76)
1861 bisschop van Haarlem.
In 1856 is de nieuwe pastorij bij de kerk betrokken en de oude plebanie op de Parade afgebroken.
Literatuur
Schutjes II (1870) 88-89; IV (1873) 319.
|
|
1861 |
Michael Theodorus Timmermans
Helmond 30 october 1809 - † 's-Hertogenbosch 10 october 1865 (55)
Timmermans, jongere broeder van Henricus Timmermans pastoor van Budel († julij 1873), en oudere broeder van Antonius Timmermans kapellaan van Oss en later Redemptorist; den 19 september 1809 geboren, deed zijne hoogere studie te Rome, behaalde dáár in 1835 den graad van doctor in de Godgeleerdheid, werd in 1836 kapellaan te Leuven, en in 1838 professor der Theologie aan het Seminarie te Warmond. Na in 1842 tot secretaris des bisdoms benoemd te zijn, werd de geleerde priester in 1852 deken-pastoor te Oss, in 1859 kanunnik en in 1861 plebaan van St. Jan en tevens deken der stad.
Literatuur
Schutjes IV (1873) 319.
|
|
1865 |
Cornelis Norbertus van Amelsfoort
Tilburg 2 juni 1820 - Tilburg 18 maart 1874 (53)
Van Amelsfoort, geboren den 2 junij 1820, werd in 1845 kapellaan te Asten, in 1851 kapellaan van St. Jan, in 1865 plebaan, in 1866 kanunnik en in 1867 deken der stad. Door den ijver en invloed van den deken-plebaan geschieden er milde giften tot de inwendige herstelling en verfraaijing der kerk.
Literatuur
Schutjes IV (1873) 319.
|
|