afb. Leon van Dijk, 8 december 2014

De Polderkerk

Nuland, Kerkdijk / Nulandsestraat

Kunt u het zich voorstellen dat op deze plek ooit een schipper in grote nood verkeerde en alles in het werk moest stellen om zijn schip uit de klauwen van meters hoge golven te redden? Waarschijnlijk niet. Maar toch schijnt het ooit gebeurd te zijn. Althans, dat wil de legende.
“Eens voer een schipper over het overstroomde gebied ten noorden van het huidige Nuland toen een geweldige storm op stak. Hij zag aankomen dat zijn schip met man en muis zou vergaan. Hij begon te bidden en beloofde dat hij een kerk zou bouwen op de plaats waar hij behouden aan land zou komen. Deze plaats noemde hij Nuland (Nieuw Land). De schipper hield belofte en bouwde de kerk.
Afgaande op uw gezonde boeren verstand, achten we de kans groot dat er nu een glimlach op uw gezicht verschijnt. De kans is inderdaad erg klein dat deze legende de waarheid beschrijft. Meer voor de hand ligt dat mensen zich hier vestigden vanwege de aanwezigheid van vochtige kleigrond en droge zandgrond. Een ideale combinatie om met succes een bestaan in de landbouw op te bouwen. Dat besef hadden onze voorouders in de steentijd al. Archeologische vondsten laten zien dat dit gebied al rond 2000 vóór Christus werd bewoond.
Dankzij de combinatie van klei en zand is eeuwen geleden het dorp Nuland ontstaan. Naar de exacte ontstaangeschiedenis is het gissen, maar zeer waarschijnlijk is het dorp, dat nu voor het grootste deel ten zuiden van de spoorlijn ligt, destijds hier ontstaan. Zeker is in ieder geval dat in de dertiende eeuw een kerk werd gebouwd op deze ophoging van de dekzandrug die zich ten zuiden van de Maas uitstrekt.
De Kerk was een in gotische stijl opgetrokken kruisgebouw, dat deel uitmaakte van het kapitaal van de St. Jan in 's-Hertogenbosch. Afgaande op de getuigenissen van tijdgenoten moet het een prachtige kerk zijn geweest. “Een sieraad voor de omgeving”, zo noemde dr. C.R. Hermans in 1891 het Godshuis, dat hij als jongeling had gezien toen hij met zijn vader door Nuland wandelde.
De Polderkerk heeft vaak te maken gehad met overstromingen. Met name als gevolg van de instelling van de Beerse Overlaat stonden de kerkgangers zowat iedere winter met hun voeten in het water. Tijdens hoogwater konden de doden niet worden begraven en moesten de doodskisten soms weken lang in de toren worden geplaatst. Na de inname van 's-Hertogenbosch in 1629 kwam de kerk in protestantse handen. In 1842, vijftien jaar vóór de sloop, werd de kerk teruggekocht door de katholieken.
De jaarlijkse wateroverlast was in 1857 reden om het gebouw af te breken en om op een hoger gelegen plaats, achter de dijk, een nieuwe parochiekerk te bouwen. Dit ondanks protesten van toenmalig burgemeester Van Hagens, die besefte dat met de sloop van de kerk een van de mooiste gebouwen van Nuland verloren ging.
Tijdens de sloop deden de Nulanders overigens nog een opvallende ontdekking. De vloer van de kerk bestond uit zeven lagen. Om droge voeten te houden was het vloerpeil blijkbaar regelmatig opgehoogd.
Samenstelling: heemkundewerkgroep Nuwelant
Gemeente 's-Hertogenbosch 2014